Bruggeling onder de loep: componist Alfons Wybo

Alfons Wybo aan zijn piano. ( © Stadsarchief Brugge/Beeldbank
Redactie KW

Brugge zag in de voorbije eeuwen veel mensen passeren die in hun tijd grote bekendheid genoten, maar daarna in de nevelen van de geschiedenis verdwenen. Gediplomeerd gids Chris Weymeis haalt elke week zijn loep boven en vertelt het verhaal van die ‘vergeten’ Bruggelingen. Vandaag: componist Alfons Wybo.

Een componist die in het vierde kwart van de 19de en het eerste kwart van de 20ste eeuw in Brugge heel wat bekendheid genoot, was Alfons Wybo. Hij werd op 2 juli 1849 in de woning Genthof 44 in Brugge geboren als zoon van kleermaker Frans Wybo en Prudence Brasseur. Langs de kant van zijn vader was Alfons een gespogen Bruggeling, tot vier generaties ver. Met zes kinderen in zeven jaar was de kinderlast in het gezin Wybo-Brasseur bijzonder zwaar. Daarom werd Alfons opgevoed bij zijn oom, de steendrukker Karel Baeyens.

Alfons volgde lager onderwijs in de stadsjongensschool Sarepta – in de volksmond den Duinen – aan de Langerei. Tevens zong hij al op jonge leeftijd als koorknaap in de parochiekerk Sint-Walburga. Het was kapelmeester Vande Caseele die hem de raad gaf muziekonderricht te volgen. Na de lagere school leerde Alfons een tijdje voor kleermaker en etser, maar koos ten slotte voor een muzikale opleiding aan de nieuwe Brugse muziekschool. Zo volgde hij viool, harmonie en compositie en zang.

Spanningen

Op 4 september 1872 huwde hij met de modiste Mathilde Devriese. Omdat hij als zanger in de Sint-Salvatorskathedraal werd betaald, kon hij zijn muzikale studies verderzetten.

(Lees verder onder de foto)

Alfons Wybo werd geboren in het Genthof. Een gevelplaat herinnert aan de Brugse componist en musicus.
Alfons Wybo werd geboren in het Genthof. Een gevelplaat herinnert aan de Brugse componist en musicus. © Davy Coghe

Het gezin kreeg een dochter en een zoon, maar dat belette niet dat er spanningen in het gezin waren. Bewijs hiervoor is dat Alfons in 1876 met drukker Baeyens mee naar Gent verhuisde, waar hij kerkzanger werd aan de Sint-Michielskerk en violist in het orkest van de Gentse Opera. Korte tijd later keerde Alfons Wybo echter naar zijn geboortestad terug, waar hij zijn studies verderzette.

Guldensporenfeesten

Na 1880 was Wybo gedurende tien jaar bezieler en leider van de jaarlijkse Guldensporenfeesten in Brugge en vanaf 1887 fungeerde hij als inspirator, organisator en dirigent van de nachtelijke concerten op het Minnewater. In 1901 kwam er echter een einde aan Wybo’s succes. Het was tot een breuk met het Willemsfonds gekomen, mogelijk wegens een taalkwestie. Wybo vertaalde Nederlandse en Duitse teksten immers naar het Frans voor ze werden uitgevoerd. Dat was mogelijk niet naar de zin van het vooruitstrevend-Vlaamse Willemsfonds van Julius Sabbe. Brugse kranten schreven zelfs: Kooren van Mendelssohn in het Fransch uitvoeren is een esthetische fout. Op het einde van zijn leven genoot hij nog enkele maanden de gastvrijheid van de Zusterkens der Armen, terwijl de kranten er zich na zijn overlijden op 5 maart 1931 vanaf maakten met enkele regels en een kort in memoriam.