Brugge onder de loep (56): Is het Ivo of Laurentius?

De Sint-Ivokapel en de H.-Laurentius op de Burg (foto Davy Coghe) © Davy Coghe
Redactie KW

Door corona herontdekte iedereen het plezier van het wandelen. Wie de Brugse binnenstad doorkruist, passeert achteloos honderden details met een bijzonder verhaal. Gediplomeerd gids Chris Weymeis haalt elke week zijn loep boven en vertelt het verhaal van een bijzonder object. Vandaag: Ivo of Laurentius?

Elke rechtgeaarde Bruggeling heeft ongetwijfeld wel eens de Sint-Basiliuskapel op de Burg bezocht. Deze benedenkapel van de Heilig Bloedbasiliek is het meest authentieke romaanse bouwwerk van West-Vlaanderen. Sommigen bezoeken de kapel om zijn bouwkundig erfgoed, anderen om zijn volksdevotie. In de kapel staat immers het beeld Christus op de koude steen of Zezus op zijn bloktjie. Kijk maar eens hoe zijn knieën zijn geboend door de duizenden die er hebben over gewreven om een of andere gunst te bekomen.

Onbekend

Met die kapel is er iets raars aan de hand. Wie er binnentreedt, komt in een gesloten ruimte terecht. Mijn inziens is de kapel te fel verlicht, waardoor het eigenlijke karakter ervan verloren gaat. Met gedoofd licht zou men zo goed als zeker geen hand voor ogen zien en dat staat in schril contrast met wat men vanop de Burg ziet. Vanaf het plein ziet men drie grote ramen en toch is het binnenin donker. De verklaring is simpel: tussen de buitenmuren en het interieur van de kapel, staat de Sint-Ivokapel. Onbekend bij vele Bruggelingen omdat ze slechts sporadisch toegankelijk is. Zij is in 1503 tegen de Sint-Basiliuskapel aangebouwd en werd gebruikt door de broederschap van juristen en griffiers. Van de beschildering van het gewelf kan men een glimp opvangen wanneer men bij binnentreden van de Sint-Basiliuskapel onmiddellijk naar links kijkt. Op het einde van de zijbeuk kan men via een venster een klein stukje van het gewelf van de Sint-Ivokapel zien. Het feit dat de Sint-Ivokapel door juristen en griffiers werd gebruikt, verklaart zijn naam, want hun patroonheilige, de 13de-eeuwse Ivo Hélory, werd later Sint-Ivo. Hij was de advocaat van de hulpelozen en onderdrukten die hij pro Deo voor rechtbanken verdedigde.

De Sint-Ivokapel en de H.-Laurentius op de Burg. (foto Davy Coghe)
De Sint-Ivokapel en de H.-Laurentius op de Burg. (foto Davy Coghe) © Davy Coghe

Rooster

Keren we terug naar de Burg. Daar zien we op de hoek van de Sint-Ivokapel het beeld van een heilige staan. Ik hoor sommigen al denken: “Ah, dat is uiteraard Sint-Ivo.” Mis. Het is het beeld van Sint-Laurentius. Het zit zo. Tot 1531 werd Sint-Laurentius vereerd als patroon van onder andere de griffiers en pas later kwam Sint-Ivo in zijn plaats. Op het voetstuk van het beeld zijn twee gekruiste ganzenpennen afgebeeld, maar het bekendste attribuut van Sint-Laurentius is het rooster dat naar zijn martelaarschap verwijst. Hij werd immers gefolterd op een rooster boven een vuur. Volgens een legende zou hij hebben gezegd: “Ik ben al gaar, keer mij eens om.” Tegenwoordig staat hij bekend als de beschermheilige van de armen en als de patroon van bibliothecarissen en boekhouders en allen die werken met vuur zoals koks, pastei- en banketbakkers, bierbrouwers, kolenbranders en brandweerlieden. (CW)