Actrice Sali Haidara: “Ik zie er te gezellig uit om een gemene trut te spelen”
In het dagelijks leven is Sali Haidara (26) uit Brugge al even vrijgevochten en verzoenend als haar personage ‘Maria’ in de Ketnet-reeks #LikeMe. De jonge actrice, die sinds deze week voor de klas staat, gooit langzaam maar zeker het juk van een moeilijke jeugd van zich af. “Ik ben heel lang heel verdrietig geweest omdat ik dacht dat ik raar was. Nu weet ik wel beter.”
Sinds maandag is het officieel mevrouw Haidara, want Sali staat nu ook voor de klas, meerbepaald in het Koninklijk Atheneum in Zottegem, waar ze muzikale opvoeding geeft. Een tijdelijke opdracht tot mei, waarna ze volop repeteert voor de zomertour van #LikeMe. Momenteel loopt immers het derde seizoen van de populaire Ketnet-reeks. Het was deze job of een trip naar Abidjan in Ivoorkust. “Ik heb er veel familie die ik nog nooit in het echt heb gezien. Eerlijk gezegd was ik daar als puber niet bepaald tot aangetrokken. Maar de laatste jaren vertelt mijn papa er steeds meer over. En ik was het klimaat hier even wat beu, ik had wel nood aan wat zon. Ik keek er echt naar uit, ook al omdat mijn nicht straks trouwt, maar Afrika loopt niet weg. Het was werken of deze reis doen en dan een paar weken thuiszitten, maar ik ben daar héél slecht in. Ik moet kunnen bezig zijn.”
Dan is het allicht lastig als de opnames van het derde seizoen eerst werden uitgesteld en er dan werd opgenomen met strenge veiligheidsmaatregelen.
(knikt) “De mondmaskers mochten pas af als we effectief draaiden, er was een coronamanager op de set… Het stomme was dat ik in die periode effectief corona had, net op een draaidag met 160 man. De hele crew en al die mensen moesten dan uit voorzorg in quarantaine. Pijnlijk, ja. Maar ik heb mezelf verplicht om me daar niet ambetant over te voelen. Er is al voldoende covid shaming. Alsof ik er zelf voor zou kiezen. Maar er kwam wel een hoop geregel bij voor de crew, dus ik voelde me wel wat schuldig, ja.”
Het personage ‘Maria’ maakte een stevige entree in het tweede seizoen. Heb je het gevoel dat je het personage beter onder de knie hebt?
“Ik was veel meer op mijn gemak, ja. Ik heb ook echt van die draaiperiode genoten. Meer nog, ik heb de slechte gewoonte om te laat te komen. Nu moesten we altijd wat vroeger komen voor een zelftest. Tijdens dat kwartiertje wachten op het resultaat, had ik rustig de tijd voor een koffietje. Heerlijk. Ik mocht dit seizoen net als de vorige keer een uitgesproken nummer brengen zoals Soldiers of Love de vorige keer waarbij ik mijn vrienden weer wil samenbrengen. Dat zorgt altijd voor een leuke vibe en daar werd ik meteen gelukkig van.”
Zie je jezelf nog een paar seizoenen meedraaien als ‘Maria’?
“Het ding is: ik hou enorm veel van dat personage. Maar als ik het nu nog drie seizoenen zou spelen, ben ik bang dat het niet meer geloofwaardig zou zijn. Ik word straks 27 en kan nog doorgaan voor iemand die tien jaar jonger is, maar voor hoe lang nog? Ik merk het ook aan mijn acteerstijl, dat ik nood heb aan iets volwassener rollen. Ik ben daar wel klaar voor. Ik vrees dat ik pakweg binnen drie jaar te veel kinds zou moeten spélen. Ik heb het liever naturel.”
Voor wat mogen ze je bellen?
“Een rol in een thriller, film of serie. Iets zoals Undercover bijvoorbeeld. Dat lijkt me geweldig.”
En dan bij voorkeur de rol van de ‘good girl’ of toch eerder de ‘bitch’?
“Ik weet niet of ik het bad guy-type kan zijn. Ik denk dat ik er te gezellig uitzie om een gemene trut te spelen. (tegen haar vriend die lacht: “je zegt toch altijd dat mijn bolle wangen schattig zijn?”) Ik ben een grote fan van Kerry Washington in Scandal. Een sterke vrouw met veel lagen. Als ik dan de slechterik kan spelen, dan het liefst in pakweg iets als Mega Mindy, waar ik grappig en lomp kan zijn. Dat zou ik goed kunnen.” (lacht)
Je bent vorig jaar afgestudeerd.
“Ja, het was fantastisch, maar ik ben ook blij dat ik terug ben. Ik heb West-Vlaanderen wel gemist. Wat ik wel mis aan Nederland is de mentaliteit. Ik kon daar altijd zeggen wat ik dacht. Als je dat hier doet, krijg je al snel te horen: wuk een franke! (lacht) Als ik hier op straat loop, kijken veel mensen weg. Of je krijgt niet eens een goeiemorgen van de buschauffeur. In Nederland is dat wel anders.”
Je afstudeerproject, de muzikale theatervoorstelling ‘Ik – zei de gek’, was wel bijzonder beladen en zwaar qua thema.
“Ik hou wel van die zware thema’s, ik ben ook een beetje een dramaqueen. Vooral omdat ik ze dan graag licht invul. Het was een comedystuk met een dramatische ondertoon, best confronterend ook. Mijn personage kwam terecht in een tv-show, dat aan de buitenkant superentertainend was, maar waar gaandeweg bleek dat mensen er gevangen, gecontroleerd en gebrainwashed worden.”
Vroeger was ik nogal een euh… avontuur om in huis te hebben
Voor alle duidelijkheid, het was geen sneer naar #LikeMe.
“Nee! Het draait vooral rond dat personage dat zich anders voelt, en die heel hard in een conformerende richting geduwd wordt. Als mijn personage alle rondes zou doormaken, zou ze beschouwd worden als normaal, maar halfweg de show heeft ze door dat het niet klopt. Want eigenlijk is ze vooral zichzelf. Wie bepaalt ook wat normaal is? Vroeger werden obese vrouwen aanbeden. Vandaag moeten ze eerder mager zijn, maar dan liefst met een dikke kont en dikke borsten. Dat normaal zijn, dat werd bedacht door mensen in een bepaalde context of cultuur. Maar het is niet echt. Dat is de kernboodschap, dat er geen normaal bestaat. Voor deze rol ben ik in mijn eigen verleden gaan graven. Ik heb als kind ook heel wat psychologen en diagnoses zien passeren.”
Dan lijkt het me gemakkelijk om geloof te hechten aan dat narratief, maar je zet je er net tegen af.
“Omdat ik echt gewoon wil dat iedereen zijn ding kan doen. Dat iedereen zichzelf kan zijn. Alles moet zo perfect en fantastisch zijn vandaag. Er zijn ook zoveel mensen die zo vaak sorry zeggen. Dan zie je dat mensen bijna getraumatiseerd zijn, want wat gaan de mensen wel niet denken? Maar dan denk ik: het is oké, wees maar jezelf.”
Moest dat groeien bij jou, dat idee, of is er een klik gekomen?
“De laatste jaren is er toch wel een klik gekomen. Al vanaf mijn zesde was ik zogezegd onhandelbaar. Als je dan naar een mevrouw moet, in een ander lokaal in een ander gebouw in de stad, dan weet je het wel. Ik heb me daardoor altijd erg raar gevoeld. Dat heeft me heel lang heel verdrietig gemaakt. Het bezorgde me ook een soort minderwaardigheidscomplex, omdat ik het gewoon was geworden om niet goed te doen. Ik weet wel beter nu.”
In wat uitte zich dat dan?
“Ik was geen stoute of gemene, maar ik was wel heel eigenwijs. Druk, heel aanwezig ook. Ik herinner mij dat ik als kind van zeven opmerkte dat ik een nieuwe muts van een klasgenoot niet mooi vond. Daarvoor werd ik op mijn vingers getikt door de juf, terwijl ik altijd geleerd had om eerlijk te zijn. Ik snapte dat niet. (denkt na) Als iemand mij daar dan op wees, was het hek helemaal van de dam. Ik heb die grenzen altijd wat opgezocht. Bij mezelf, maar ook bij mensen en in mijn omgeving. Ik was diegene die in bomen klom of wegliep. Toertje blok door de wijk. Ik was nogal een euh… avontuur om in huis te hebben. (lacht) Ik vond het sociologisch ook heel interessant: hoe gaan mensen reageren?”
Ocharme jouw moeder, denk ik dan.
“Zij verdient absoluut de award voor de sterkste vrouw met het meeste doorzettingsvermogen. Of ik streng ben opgevoed? Mijn mama was lang christelijk, maar toen ze mijn vader leerde kennen, is ze bekeerd. Als moslima is het een misvatting dat het strikter was. De échte islam niet die van op tv promoot respect, communicatie en vooral liefde. Dat was best lastig voor mijn ouders waarschijnlijk, want bij mij was er soms te veel communicatie. (grijnst) Ik heb ook de gave om alles goed te praten of er een eigen draai aan te geven. Als iemand zich kwaad maakt omdat zijn fiets is gestolen, dan argumenteer ik dat het misschien door een dakloze was die voor het eerst een sollicitatiegesprek had, of een meisje dat achtervolgd werd en in paniek was. Mijn interpretatie is nogal… ruim. Ik heb al veel mensen horen zuchten in mijn leven, vooral leerkrachten.” (lacht)
Wat doe je als je straks zo iemand in de klas hebt?
“Dat zou ik charmant vinden.”
Dat zeg je nu.
“Pubers zijn eigenlijk charmante monsters, vreselijke kutwezens maar heel schattig. Ik heb een broer en zus die puberen en dat is fantastisch om te zien. Ze weten heel goed wat ze willen en zijn zoekende. Fouten maken hoort daarbij. Ik ga ook niet voor de klas staan met een belerend vingertje, laat staan iemand die roept of zich boos maakt.”
Is dat de grootste uitdaging voor de jongere generatie? Amir Bachrouri, voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad, gaf onlangs aan dat het vooral gaat over met elkaar omgaan. Degelijk communiceren is de sleutel om zaken als het klimaat aan te pakken.
“Sociale media speelt daar een grote rol in. Natuurlijk heb je nu veel meer mensen die hun mening durven uiten omdat het makkelijk en comfortabel voelt achter een scherm. Dat heeft voor- en nadelen. Ik merk vooral dat veel mensen van mijn leeftijd moeite hebben met richting te vinden. Toen ik afstudeerde, dacht ik: is dit het nu? Werken en facturen betalen? Ik heb daar een paar maanden mee geworsteld. Ik heb ook een enorme kinderwens, die heel erg aanwezig is. Maar het is nog te vroeg, denk ik dan. Maar communicatie is heel belangrijk. Als ik dat vergelijk met tien jaar geleden… Mijn zus van 15, doorgaans het stille type, werd door mijn vader aangesproken dat haar kamer wat properder mocht. Je moet weten dat in de Afrikaanse cultuur vrouwen proper moeten zijn, waar het bij mannen allemaal wat bruter mag. Dat hij niets zei over de kamer van haar broer, wiens kamer ook een stal was, schoot in het verkeerde keelgat waarna ze een betoog afstak over gelijkheid. Ik was niet bezig met zaken als feminisme, maar nu is er door de jeugd veel meer bewustzijn.”
Ik hou wel van die zware thema’s, ik ben ook een beetje een dramaqueen
Toch is er nog veel werk. Dat bewees ook de recente heisa die ontstond in Nederland bij ‘The Voice’.
“Daar schrok ik van. En toch ook niet.”
Waarom?
(denkt na) “Ik kan moeilijk tegen mijn eigen winkel spreken, maar in de media- en kunstwereld is alles veel meer open. Toen ik mij omkleedde in Nederland, gebeurde dat samen met de jongens. Daar was niets raars aan, het was ook maar een vrouwenlichaam. Hier kijken ze vreemd op als ik dat vertel. (wikt en weegt haar woorden) Het is een sector die gevoeliger is voor misbruik dan als je in pakweg een supermarkt werkt. Zelf geef ik ook zangles en dat is soms fysiek. Je gebruikt je lichaam om te zingen en dan ga ik soms tijdens het coachen letterlijk bijsturen door de nek of schouders goed te zetten of mijn hand op de buik te leggen. Maar ik vraag het altijd eerst. Dat vind ik heel belangrijk. Is het oké als ik je even daar aanraak? Als je samenwerkt met mensen die de sector niet kennen, of die te veel stress hebben om daarbij stil te staan dat een hand te veel naar een andere plek gaat, dan kan ik mij inbeelden dat er onopgemerkt heel snel een grens wordt overschreden. Dat vind ik heel erg. Ik vind het heel goed dat het nu naar boven komt, dat het gezegd wordt. Daardoor weten kinderen of jongeren die straks misschien in zo’n situatie terecht komen, dat zoiets niét oké is. Die dialoog is heel belangrijk.”
Veel van je #LikeMe-collega’s gaan ook voluit voor een muzikale carrière. Camille scoort hits, solo en met Regi, en ook Pommelien en Maksim (die in de reeks ‘Caro’ en ‘Vince’ vertolken, red.) brengen muziek uit. Jij bent daar ook mee bezig, dacht ik.
“Ik ben op dat vlak nog zoekende. Het schiet nog te veel kanten op qua stijl. Ik ben een superharde drum-‘n-bass-fan, maar hou ook van jazz, disco en funk. Ik heb ook een zwak voor dramatische ballads als van Adele. Maar ik moet nog wat uitzoeken wat ik wil. Ik heb ook niet de ambitie om popster te worden.”
Welke ambitie heb je dan wel?
“Ik heb best veel dromen eigenlijk. Ik droom van een eigen bed & breakfast, een soort speelboerderij met een pannenkoekenhuisje. En ‘s avonds kan ik dan optreden. Ik heb ook een enorme passie voor het begeleiden en coachen van jonge mensen. Of een weeshuis openen in Afrika of dichter bij huis een instituut voor kwetsbare kinderen. Of een daklozencentrum.”
Je klonk even alsof je rustiger was geworden, maar duidelijk nog niet in je hoofd.
“Ik ben altijd een dromer geweest, een denker met veel fantasie.”
Een controlefreak ook?
“Ik ben dat aan het afleren. Ik hou van structuur om me heen. Als mijn omgeving ook nog eens chaos is, stop ik met functioneren. Het is raar. Ik ben in zekere zin een controlefreak, maar ik kan tegelijkertijd ook heel nonchalant zijn. Ik zit vol tegenstrijdigheden. Een beetje zoals het personage Maria.”
Je rol in #LikeMe moest de deur openen, maar het is wringen in een sector die de laatste twee jaren klappen kreeg.
“Ik heb gebaald, ja. Ik heb het gevoel dat dit een springplank moest zijn, want ik ben ook niet het meest bedreven in sociale media. Ik hoop vooral om de komende periode nog veel toffe projecten te mogen doen. Mijn lesopdracht loopt tot mei. In de krokusvakantie hopen we het Sportpaleis te doen, om dan komende zomer op tour te gaan. In het najaar staat nog een groot project op stapel, waar ik heel blij mee ben. Daartussen hoop ik nog wat andere projecten, zoals het dubben van animatiefilms, te doen. Dat is al heel leuk geweest. Het komt wel goed, denk ik. We zien wel.”
Wie is Sali Haidara?
Sali(mata) Haidara (26) werd geboren in 1995 in Knokke-Heist en groeide op in Sint-Kruis bij Brugge. Sinds vorig jaar woont ze alleen in het Brugse. Ze heeft nog vier broers en zussen.
Ze volgde een musicalopleiding aan de Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg. Ze maakte haar televisiedebuut in het tweede seizoen van de populaire Ketnet-jeugdserie #LikeMe, waarvan nu het derde seizoen loopt. Ze sprak ook een stem in van de animatieserie Berry Bees. In haar vrije tijd maakt Sali muziek en gaat ze sporten.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier