Aagje Vanwalleghem in ‘De Verraders’: “Liegen en bedriegen? Nooit! Maar in een spel? Graag!”
Zondag 17 september gaat het tweede seizoen van de VTM-reeks ‘De Verraders’ van start. Twintig BV’s, onder wie drie ‘verraders’, mogen daarin ongeremd hun manipulatieve talenten ontplooien. Ook voormalig turnkampioene Aagje Vanwalleghem besloot haar grenzen op het vlak van liegen en bedriegen zonder een spier te vertrekken af te tasten. Ze belooft alvast… vuurwerk.
Staf Coppens duidt in een mysterieus kasteel in Frankrijk drie bekende verraders aan die zo lang mogelijk onder de radar moeten blijven. Samen met 17 bondgenoten spelen ze een spel vol leugens, manipulatie en verdachtmakingen. Vuil spelen is toegelaten, zo bewees de eerste editie van de tv-reeks al met brio. En de hoog oplopende emoties die de voorbije weken het VTM-scherm passeerden in de aanloop naar het tweede seizoen, maken duidelijk dat dat deze keer niet anders zal zijn. Niet dat dat Aagje Vanwalleghem (35) ervan weerhield om volmondig ja te antwoorden op de vraag of ze ook eens wou deelnemen. “Ik heb genoten van de eerste reeks. Ik had mezelf ook al de vraag gesteld hoe ik zou reageren in dergelijke situaties. Dus ja, ik deed graag mee. Met de instelling dat ik gewoon mezelf zou zijn, en dat ik wel zou zien waar dat me zou brengen”, vertelt ze. In 2022 won Aagje al de Spartacusrun op VTM, een race onder BV’s over een bepaald uitdagend parcours.
Nog altijd niets mis met jouw conditie?
Aagje: “Die zit goed, ja. Ik train momenteel voor mijn eerste marathon, op 8 oktober in Eindhoven. Al wordt het allicht ook meteen mijn laatste, want mijn spierstelsel blijkt minder geschikt voor duursporten. Maar ik heb de smaak van lopen te pakken gekregen, dus dat ga ik ook nadien wel blijven doen. Dan zal een halve marathon wel volstaan.”
Na het turnen heb ik geleerd mezelf meer open te stellen. Het leven is veel aangenamer en gemakkelijker sindsdien
Ben jij na je turncarrière altijd blijven sporten?
“Zeker niet. Ik had echt een overdosis sport gehad. Maar na twee bevallingen ben ik toch weer beginnen bewegen. De voorbije jaren heb ik de smaak van sporten weer helemaal te pakken, ik zag er ook de schoonheid opnieuw van in. Maar zonder trainingsschema lukt het me niet goed, ik moet een doel voor ogen hebben. Het vraagt ook wel wat: ik heb een drukke job en een gezin met twee kinderen, ik geef dus toe dat het wel wat discipline vraagt om daarnaast de nodige uren te trainen. Maar ik beschouw die uren onderweg nu als een mentaal cadeau: even weg van alles en nergens aan hoeven te denken.”
In 2012 haalde Evi Hanssen je ook al eens over om deel te nemen aan een uitdagend programma, ‘Expeditie Robinson’. Maar daar gaf je er na een week al de brui aan.
“Ik had toen net mijn turncarrière afgesloten. Ik zag het als een unieke kans om iets nieuws te doen. Fysiek was dat voor mij zeker geen probleem, maar ik was er mentaal niet klaar voor. Ik had op dat moment geen flauw idee van waar ik in mijn professioneel leven naartoe wilde. ’s Nachts lag ik daar op dat eiland constant over te piekeren, ik kwam er mezelf keihard tegen.”
Met welke troeven ben jij aan deze editie van ‘De Verraders’ begonnen?
“Mijn belangrijkste sterkte moet mijn sociale kant zijn, denk ik. Ik leer graag nieuwe mensen kennen. Ik ben niet degene die liefst ergens achteraan in een hoekje gaat staan, maar gooi me gewoon in de groep. Verlegen ben ik op dat vlak in elk geval niet.”
Is dat altijd zo geweest?
“Eigenlijk niet. Toen ik topsport deed, stelde ik me veel gereserveerder op. Vrienden en familie wezen me er toen al op dat er een groot verschil was tussen Aagje in de turnzaal en die daarbuiten. Ook collega-turnsters kenden me vooral als teruggetrokken, zelfs een beetje nors. In de zaal was ik louter gefocust. Ze keken ervan op als ze me buiten het circuit ontmoetten, want ik bleek dan een stuk jovialer. Maar goed, als er competitie bij komt kijken, dan steekt die vechtersmentaliteit weer op. Ik vermoed dat de kijkers van De Verraders ook een kant van Aagje te zien zullen krijgen die ze niet meteen verwachten.” (lacht)
Heeft ‘De Verraders’ jou dan van jezelf versteld doen staan?
“De vraag hoe ik me zou opstellen in een groep waarin gelogen en gemanipuleerd wordt, had ik mezelf inderdaad al van bij het begin gesteld. Turnen is een vrij individuele sport, ik had dus ook niet veel ervaring met groepsdynamiek.”
Ben je het altijd ‘een spel’ blijven vinden?
“Zo dacht ik er bij het begin alleszins over: het is maar een spel. Maar eens je er helemaal in zit, kantelt dat gevoel toch wel en ga je ervoor. De programmamakers zorgen ook dat de ambiance gegarandeerd blijft, natuurlijk. Ja, en dan speelt dat willen winnen bij mij, maar ook bij de rest, weer helemaal mee. En dan krijg je dus… vuurwerk.”
Je bent sinds deze zomer atletenvertegenwoordigster bij de Gymnastics Ethics Foundation (GEF), in 2019 opgericht door de Internationale Gymnastiekfederatie, om ethische principes in de turnsport te bewaken. Wat wordt van jou verwacht?
“De foundation is een aanspreekpunt voor atleten, coaches en officials uit de gymnastieksector, ze kunnen er terecht met allerhande klachten. Van issues rond selectieprocedures tot cases rond grensoverschrijdend gedrag. Ik werd inderdaad gevraagd om daar het gezicht van het zijn, als voormalig gymnast die zich nu bezig houdt met een veilige trainingsomgeving en integriteit in de sport. Ik woon in die functie ook regelmatig meetings bij waarop die klachten behandeld worden. Daar ben ik bij aanwezig in een adviserende rol.”
Geïntimideerd door professoren als Hendrik Vos en Guy T’Sjoen in ‘De Verraders’? Ik ben niet zo gauw onder de indruk
“Het is de voorbije drie jaar niet gemakkelijk geweest. De gymnasten en ex-gymnasten die de mistoestanden binnen de turnwereld hebben aangekaart, kregen vaak de wind van voren. Maar het resultaat was dat de problemen erkend werden, er excuses volgden en er nu ook echte aandacht is voor het mentale welzijn van atleten. Dus ja, het doet me ook persoonlijk veel om die erkenning te krijgen.”
Maar dan tóch deelnemen aan een programma waarin het vertrouwen wel erg op de proef wordt gesteld?
“Maar dat vond ik net interessant! Het is een spel en daarin zijn liegen en bedriegen toegestaan. Dat is ook het formaat en iedereen weet dat op voorhand. Maar ik vroeg me af hoe ver ik daar zelf in zou gaan. In hoeverre zou ik de normen en waarden die ik in het dagelijkse leven hanteer, opgeven – of zelfs kwaad opzet toelaten – om tóch maar te winnen?”
En?
“Watch and see!” (lacht)
Wie van de deelnemers kende je al voordien?
“Nora Gharib en Klaasje leerde ik kennen toen ik meewerkte achter de schermen van K3 zoekt K3. Hans Van Alphen ook, uit de sportwereld. En met Véronique De Kock had ik al eens deelgenomen aan Waarheid durven of doen. De rest kende ik niet, maar bleken allemaal toffe mensen. Een paar hele slimme ook!”
Geïntimideerd door de professoren Hendrik Vos en Guy T’Sjoen?
“Oh nee! Ik ben niet zo gauw onder de indruk van anderen. Dat heb ik ook geleerd als turnster.”
Vertrouw je anderen gemakkelijk?
“Niet zo gauw, neen. Dat heeft niets met het turnen te maken, ik ben altijd eerder afwachtend geweest van natuur. Iemand moet eerst mijn vertrouwen winnen, vooraleer ik diegene volledig durf te vertrouwen. Al is ook dat veranderd na het turnen: ik heb geleerd om me meer open te stellen. Ik was getraind om de ander als een concurrent te zien, om zelf zo perfect mogelijk te zijn en dan nog te horen dat goed niet goed genoeg was. Ik had een schild om me heen opgetrokken, om dat aan te kunnen. Nadien is dat schild afgebrokkeld. Gelukkig maar! Het is zoveel aangenamer en gemakkelijker om zonder schild te leven.”
Werd dat vertrouwen in het verleden ooit beschaamd?
“Dat is wel gebeurd. Momenten waarin ik me kwetsbaar opstelde maar die openheid niet terugkreeg. Dat gaf me dan wel het gevoel om verraden te zijn. En daar maak ik dan ook gauw komaf mee. Als iemand mijn vertrouwen beschaamd heeft, dan wordt dat niet zo gauw weer hersteld. Maar in mijn privéleven is dat eigenlijk niet dikwijls gebeurd. Ik ben gewoon zo kieskeurig op vlak van vriendschappen, dat ik die pas ten volle toelaat als ik iemand al heel goed ken. Ik kan me zo niet meteen herinneren dat ik daar echte flaters in heb geslagen.”
Kunnen anderen jou volledig vertrouwen?
“In het spel: dat valt straks te bezien. In het echte leven: voor 100%.”
Nooit zelf iemand bedrogen?
“Bij mijn weten niet, maar ik ben dan ook enorm principieel. En als er iets op mijn hart ligt, dan spreek ik het gewoon uit.”
Programmamakers doen hun best om met steeds straffer materiaal uit te pakken. Mogen ze jou ook vragen voor ‘Special Forces’?
“Zeker. Ik push mezelf graag.”
Waar trek je dan toch de streep?
“Als het gevaarlijk wordt voor mijn gezondheid. In die zin dat ik er blijvende schade van zou kunnen ondervinden. Een maand kniepijn of een keertje flauw vallen: dat maakt me niets uit. Maar ik ben intussen mama van twee, ik heb verantwoordelijkheden en die spelen mee in die beslissingen.”
Je begeleidt vandaag mensen, ook jongeren en kinderen, in hun zoektocht naar meer weerbaarheid. Heb je daarmee je professionele bestemming gevonden?
“Ik heb inderdaad een tijdje gezocht naar wat ik wilde doen na mijn turncarrière. Uit wat ik daar zelf heb ervaren, maar ook omdat weerbaarheid en veerkracht enorm belangrijk zijn geworden in onze maatschappij, ben ik me op die aspecten gaan toespitsen en heb ik opleidingen daartoe gevolgd. Fysieke en mentale weerbaarheid én wendbaarheid in topsport: uiteraard moet je talent hebben, maar dat alleen volstaat niet langer. Dat is ook zo in het dagelijkse leven. Kinderen hebben het de dag van vandaag met alle onzekerheden, veranderingen, maatschappelijke verwachtingen en een te grote blootstelling aan sociale media niet altijd even makkelijk. Hen mentaal weerbaar en wendbaar maken is een van mijn missies.”
Sportief, die kinderen van jou?
“Zoontje Nael turnt, zwemt en tennist. En dochter Noa turnt intussen al in een pre-topsporttraject. Ze doen het erg graag. Bloed kruipt waar het niet gaan kan zeker?”
‘De Verraders’, vanaf zondag 17 september om 19.55 uur bij VTM.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier