‘Quickie’: weinig bijnamen zijn toepasselijker. Vincent Van Quickenborne bijna 47, Kortrijks burgemeester en boegbeeld van Open VLD raast al meer dan twintig jaar door het Belgische politieke landschap. Kortrijk moét en zal de beste stad van Vlaanderen worden. En geen regeringsvorming zonder zijn stem in de cockpit. Kunnen ze zo’n snelheidsduivel thuis wel volgen? “Ik steek het niet weg: we hebben tijdens de lockdown moeilijke momenten gekend.”
Plaats van afspraak: Oostende, koningin der badsteden. Frank Buyse duikt in het vroegere ‘Badenpaleis’, het majestueuze Thermae Palace Hotel, de hele zomer lang in leven en werk van tien boeiende West-Vlamingen. Ze praten urenlang, over vreugde en verdriet, over de veranderde wereld, over ziel en zin, bij zee en zon. Kris Van Exel fotografeert, van zonsondergang tot zonsopgang.
“Ober, mag ik een lege tas?” Vincent Van Quickenborne (46), burgemeester van Kortrijk slash fractieleider Open VLD, heeft keelpijn en bracht zijn eigen gemberthee mee. De zeelucht zal hem goed doen. Hij is zelf een kind van de zee, zegt hij. En niet alleen omdat hij vroeger nog gezeild heeft.
“Dat was voor mij weliswaar een intense einde-van-de-wereld-beleving, meer nog zijn mij elke maand juli, van mijn geboorte tot mijn twaalfde, aan zee bijgebleven. Bij tanteke nonneke, die les gaf in Gent en elke zomer een kamp voor meisjes organiseerde in De Panne. Mijn moeder, die heel goed kon koken, zorgde voor het eten. Mijn vader die dokter was, bleef in Kortrijk, en ik mocht met mijn broers en zussen een hele maand mee. Tussen de schone meisjes van 12 tot 16 jaar, op mijn twaalfde hebben ze er mij moeten weghalen… (lacht) Grapje, de kampen zijn toen gestopt! Maar herinneringen… Het pretpark de Meli, mijn eerste muziekcassette, Duran Duran, mijn eerste buitenlandse reis: te voet over het strand Frankrijk binnen…”
Badkuip vol pinten
Hij komt er nog vaak, op het strand net over de grens, maar dan aan de andere kant van de Belgische kust. “In Cadzand, in Nederland. Mijn schoonouders hebben er een appartement.” Straks, op 1 augustus, viert hij er weer zijn verjaardag. “Het is mij al drie keer gelukt. Dan zet ik er op het strand een badkuip vol pinten in het ijs, zorg ik voor sandwichkes met hesp en nodig dan zo’n 70 tot 80 vrienden uit. Wel nog even afwachten met hoeveel het straks mag, begin augustus. En dan genieten tot zonsondergang.”
De zonsondergang in Oostende is voor later. Hij is blij nog eens tot zonsopgang in de Koningin der Badsteden, precies tussen De Panne en Cadzand, te vertoeven. Aan Oostende hangt voor hem vooral een veeg kunst. James Ensor. “Daar was ik altijd een grote fan van. Een kleurrijk figuur, de rebel van Oostende, dat sprak me wel aan. Het enige kunstwerk dat ik ooit heb gekocht, op mijn 20ste op een veiling van Galerij De Vuyst, was een ets van Ensor. Voor 18.000 frank, 450 euro dus. Ik heb het nog steeds, geen idee hoeveel het nu waard zou zijn.”
We maken een bruggetje van het Oostende van James Ensor naar het Oostende van Bart Tommelein. Ook Open VLD – al heet blauw in Kortrijk Team Burgemeester – en ook burgemeester van een centrumstad in volle transitie. Net als Bart Somers in Mechelen, het wordt drummen voor de prijs van de Mooiste en Beste Stad van Vlaanderen.
“Het is een gezonde competitie aan het worden”, knikt de Kortrijkzaan. “Vroeger was het burgemeesterschap een uitbolbaan, een fin de carrière. Nu brengen veertigers en vijftigers een nieuwe dynamiek met hippe en charmante invalshoeken die hun stad doen herleven. Dat zie je hier ook. Al zijn Kortrijk en Oostende wel twee heel verschillende steden. Kortrijk moet het meer hebben van ondernemerschap, Oostende meer van toerisme.”
Wat zou jij als burgemeester van Oostende doen met het standbeeld van de zo verfoeide Leopold II, hier honderd meter verder? Je bent nog steeds Commandeur in de Orde van Leopold II, niet?
(blaast) “Dat zat in 2004 plots in de brievenbus. Ik dacht nog: wat is dát… ? Met zo’n medaille om op je revers te spelden. Ik was toen twee jaar staatssecretaris. Blijkbaar krijgt elk nieuw regeringslid dat. Het is een aftandse traditie. Onderin stond: indien je nooit meer wil toetreden tot een Orde, moet je dit hier aanduiden. Dat heb ik gedaan, maar deze kon ik dus niet annuleren.”
“Ik heb wel al in 2005 op de radio gezegd dat ik er afstand van wilde doen. Binnen de huidige commotie rond Leopold II dat papier nog eens publiekelijk verbranden op het strand van Oostende hoeft nu ook weer niet. Maar ik weet wel dat ik ook nooit een titel van baron of zo zou aanvaarden. Je moet de mensen niet beoordelen op hun verleden maar op hun toekomst. Hun inzet.”
Quickie, altijd overactief, moet drie maanden in zijn kot hebben afgezien.
“Van zodra de deur dicht is, ben ik meer vader dan burgervader. We zijn aan het bouwen, we woonden met twee kleine kinderen op een appartement. Ik steek dat niet weg: we hebben moeilijke momenten gekend. De zenuwen stonden zowel bij mijn vrouw als bij mij vaak héél gespannen. Ik was veel vaker thuis, al mijn avondactiviteiten en weekends waren weggevallen.”
“In normale tijden is het mijn ambitie één avond per week vrij te houden en zaterdag of zondag proberen thuis te zijn. Ik moet eerlijk zeggen dat ik echt heb afgezien. Ik kan nu eenmaal heel moeilijk zonder sociale contacten. Ik zou dood gaan zonder vrienden, zonder gezelschap… Maar dat wist ik al voor corona. Politiek is heel intens.”
En toch kruipen kinderen van politici vaak in hun spoor.
“De appel valt doorgaans niet ver van de boom, zeker? (enthousiast) Ik heb nog jonge kinderen, ik heb nog een heel leven voor mij, ik kijk er naar uit hoe Bo en Scott gaan opgroeien. Scott is pas een jaar, maar Bo (4) lijkt alvast enige aanleg te hebben, ze is in elk geval zeer sociaal. Het is ook een zeer pienter meisje.”
Dat heeft ze dan mee van haar vader, die één van de intelligentste politici van het land wordt genoemd…
“Ik heb haar tijdens de coronacrisis wel eens gechallenged. Mijn moeder, die verzamelgek is, had op zolder nog spelletjes van in de jaren ’70. Lotto heette dat: associaties maken met kaartjes, tussen bijvoorbeeld rechte en scheve lijnen. Ik zat met Bo meteen op het hoogste niveau. Ze leert zelfs al een beetje schrijven, tellen…”
Wat als Bo ooit zegt: ‘Ik rook jointjes, mijn papa deed dat als senator Q ook”?
“Ik had het Groot Nederlands Dictee gewonnen en toen een krant me vroeg wat ik daarna had gedaan, zei ik: meteen in een koffieshop wat wiet gehaald. Mijn moeder was furieus. Gij met zoveel talenten, het gaat alles verklooien! Ach, ik ben intussen met de jaren een stuk rustiger geworden. Al ben ik op feestjes bij vrienden wel meestal nog de DJ van dienst. (grijnst) Er is geen risico dat er later filmpjes worden gepost, ik heb goede maten.”
Hoe kijk je als politicus terug op de coronacrisis?
“Elke dag was crisisvergadering, iedereen zat telkens in crisismodus, de nadruk lag op heldere communicatie. Kortrijk heeft het goed gedaan. Een burgemeester moet een behoeder zijn van zijn gemeenschap. Ik wil me niet vergelijken met Winston Churchill maar ik heb me laten vertellen hoe hij op de radio zijn oorlogsspeeches altijd besloot met All will be well…“
“Laat ons eerlijk zijn, een oorlog was nog iets heel anders dan de coronacrisis. Het land is niet kapot geschoten, hé. Maar die alles komt goed, dat heb ik altijd onthouden. Ik kreeg ook ontzettend veel positieve reacties op ons filmpje van 2 à 3 minuten met een heldere uitleg.”
Terwijl de communicatie nationaal net vaak een drama was. En blijft.
“Weet je nog, die eerste powerpoint-presentatie van de Veiligheidsraad? De mensen waren toen in opperste verwarring, ze verstonden er niets van. Ik zat met mijn vrouw in de zetel te volgen. Ik werd zot. Mijn vrouw heeft mij moeten tegenhouden. (zucht) Het is te vaak niet goed geweest. De bijzondere commissie is terecht. Ik zei bijvoorbeeld van in het begin: stop met die zever van de mondmaskers! Elke gemeente moet daar zélf voor zorgen! Dat is gelukt, hé.”
“Op een bepaald moment hadden de ministers niets meer te doen. De koffiefilters van Koen Geens liggen nu opgestapeld in depots. Ik hoop nu vooral dat er lessen worden getrokken. Op veel vlakken. Op vlak van digitalisering: we moeten, ook de medewerkers van mijn stad, veel meer thuis gaan werken. De coronacrisis heeft ons allen millennials gemaakt. We waren al jaren aan het discussiëren over het nut van digitalisering en nu was het op drie dagen opgelost. Fenomenaal, toch?”
“Als je vandaag de problemen ziet van de evenementensector, zeg ik dat er dringend een minister van Evenementen moet komen. België is niet langer het land van bier en chocolade oh clichés maar van evenementen. Van Tomorrowland tot de Tinekesfeesten: geen land kan beter organiseren dan wij.”
Wanneer zien we Vincent Van Quickenborne terug als minister?
“Ik sluit een terugkeer naar de nationale politiek niet uit. Maar, geloof me, ik ben daar nu niet mee bezig. En als ik zou mogen kiezen: ik vind Financiën een heel interessant departement.”
Jij op Financiën en Alexander De Croo als premier?
“Alexander zou dat perfect doen. Hij is geen haantje. Hij is heel intelligent, perfect tweetalig, zachter en diplomatischer dan ik. Soms een beetje te zacht zelfs voor mij. Hij is ook zeer empathisch, anders schrijf je geen boek De Eeuw van de Vrouw. Verder weet hij zeer goed dat de belastingen in ons land te hoog liggen.”
Geef jezelf eens punten voor je politieke carrière.
“7,5 op 10. Ik had op de unief altijd grote onderscheiding. Grootste onderscheiding hoefde niet, het moest plezant blijven. Dat wil ik in alles wat ik doe. Geen middelmaat. De tweeduizend mensen die werken voor de stad weten dat: Kortrijk moet en zal de beste stad van Vlaanderen worden. Goud op de Olympische Spelen!”
Jouw manifestatiedrang en ambitie zijn soms onstuitbaar, niet?
“Als klein jongetje wilde ik eerst toptennisser worden. Daarna professionele drummer. Maar ik was te slecht voor tennis of drums. Politiek bleek wel een metier voor mij. Dat groeide al aan de universiteit waar ik in een aula van 600 man de zaak van de studenten verdedigde. Waarna men op het advocatenkantoor waar ik stage deed, al snel zei: gij zijt geen advocaat. Want advocaten moeten de wet toepassen.”
“Dat interesseerde mij niet. Ik maak liever de wetten. Als politieker kan je veel meer het verschil maken. En ik had een drang, ja. Ik was 29 en zat naast de eerste minister in de Wetstraat. Mijn vader was apetrots. Guy Verhofstadt zat in de Wetstraat 16 en ik in de 18. En dan belde Guy: los dat eens op. En ik loste dat op, hé. Politiek is mijn hobby, mijn passie en mijn geloof.”
Als je op je 29ste al de problemen van de premier oploste, wil je dan op je 47ste niet zelf stilaan premier worden?
“Het is idioot te denken dat het op korte termijn zou kunnen. De Open VLD haalt momenteel nauwelijks 10 procent, er is nog een héél lange weg te gaan. (blaast) Ik zal heus niet ongelukkig worden als ik nooit premier word. Ik zit nu toch al op de eerste rij, als fractieleider in de Kamer? Een droom voor mij: een team leiden van twaalf mensen, na een nieuwe start met een nieuwe voorzitter… Én ik sta met mijn voeten in het veld, als burgemeester. Fantastisch toch, die combinatie?”
***
Hoofdgerecht: zeetong meunière. Boterzacht. Quickie is zelf ook zachter geworden, hij is niet langer het baldadige politieke toptalent dat het oubollige roodpluche tabernakel van de Senaat deed daveren. En die voor het mannenblad Menzo poseerde in korte scoutsbroek. Voor het Gulden Sporen-standbeeld in Kortrijk, zo Vlaams was hij wel. Ex-VU-iD21 en ex-Spirit tenslotte, vooraleer hij in 2002 overstapte naar de VLD. Dat een paar jaar later Jean-Marie Dedecker wipte.
Dedecker voelde zich verraden, ook door zijn vroegere kompaan Van Quickenborne. De twee hebben het pas vorig jaar bijgelegd. “Dertien jaar later. In alle stilte, in een visrestaurant in Middelkerke. Een fantastische avond. Jean-Marie is geen ploegspeler, hij heeft het hart op de tong. Zo’n mensen heb je nodig. Oude en jonge rebellen.”
Die oude rebel zit nu wel in een levensfase die hij omschrijft als onthecht. “Gelukkig zijn met een glas water”, luidt het. Zo ver kom jij nooit, denk ik.
(droog) “Jean-Marie woont in Middelkerke ook langs het water…. (denkt na) Ik ben meer Jekyll & Hyde. Nog steeds rebels en een losbol maar ook serieus. Men is voor of tegen Van Quickenborne, denk ik. Ik heb mij daar bij neergelegd. Ik ben nu eenmaal niet zo empathisch en je kan jezelf niet bedriegen. Ik heb wel altijd geprobeerd mijzelf opnieuw uit te vinden. Nooit schrik gehad voor risico’s. Van vice-premier naar burgemeester, bijvoorbeeld. (grinnikt) Sommigen dachten al dat Kortrijk na Stefaan De Clerck helemaal zou vervallen.”
Je zit intussen weer in de cockpit van de partij. Dat betekent dat je een belangrijke stem hebt in de steeds wanhopiger gesprekken voor een nieuwe regeringsvorming. Een stem waar sinds de laatste verkiezingsnederlaag van Open VLD steeds meer naar geluisterd wordt, lijkt me.
“Ik heb wakker gelegen van de verkiezingsuitslag van vorig jaar. Ik neem dat dan ook mee naar huis, dat weegt dan zwaar op mijn gemoed. (denkt na) We waren te weinig uitgesproken. Noch mossel, noch vis. Alles en iedereen willen sparen. Geen keuzes durven maken. Zo konden we niet blijven aanmodderen. Met Egbert Lachaert (de nieuwe partijvoorzitter, red.) krijgen we weer een ideologie. Wat die regeringsvorming betreft: ik geloof in Arizona.”
Aan Vlaamse kant de drie klassieke partijen met NV-A, aan Waalse kant MR en CDH. SP.A zou dus nog steeds mogen aanschuiven. Doet de onstuimige Conner Rousseau denken aan Van Quickenborne in zijn jonge jaren?
“Nieuwe mesjes snijden goed. Maar ik mag hem wel, ik ben altijd voor vernieuwingen. SP.A is best een moderne politieke partij, ik kan alleen maar hopen dat zij zich kunnen losrukken van de oude schema’s van de PS.”
Moeten jonge gasten aan de bomen schudden?
“Het is niet meer de tijd van de grijze mannen in maatpakken, die op het bordes van het paleis stonden. Van Rompuy, Leterme… allemaal zo’n degelijke, serieuze mensen…. Ik heb het meer voor mensen met een hoek af. Ik vind bijvoorbeeld Boris Johnson (de premier van het Verenigd Koninkrijk, red.) een heel fascinerend figuur. Niet meteen omwille van zijn brexit, maar dat rebelse element, een fantastische pen… Ik heb het voor zo’n mavericks. Onafhankelijk denkende personen. Gasten die dúrven.”
The Mavericks is een traditionele countryband. Was jij geen heavy metal-fan?
“Ik amuseer me kostelijk op Graspop, Alcatraz… Ja, maar dat heeft niets te maken met durven. Ik doe niet speciaal om speciaal te doen.”
Ik heb mij geïnformeerd: je staat in Kortrijk bekend als een veeleisende baas die verschrikkelijk snel wil gaan. Een beetje hyperkinetisch zelfs.
“Het voordeel is dat ik al mijn energie kan verdelen over negen schepenen.”
Word je nooit moe? Fysiek noch mentaal?
“Ik word pas moe als de vakantie begint. Dan word ik zelfs elke keer een paar dagen ziekjes. Maar verder voel ik me nog steeds topfit, ik denk dat ik tot mijn laatste dag dezelfde energie zal opbrengen. Ik loop nog steeds mijn kilometers. Onlangs liep ik langs de Leie richting Desselgem. Ik was aan het rekenen: elke kilometer die ik loop, moet ik ook teruglopen…”
“Als ik nu eens 10 in plaats van 5 km loop vooraleer mijn karre te keren. (trots) Ik werkte dus een halve marathon af, zonder training. Twintig km in minder dan twee uur. Anouk zei: zijt ge nu helemaal zot geworden? Ik heb altijd een sporthart gehad. Al profiteer ik graag van het goede leven. Ik eet graag, biefstuk frites met veel saus zelfs, ik drink vaak een goed glas… Toch weeg ik nog steeds netjes 80 kilo. Aan vijf uren slaap heb ik genoeg. De dag begint meestal om 5.30 uur met kranten lezen en eindigt zowat altijd na middernacht. (grijnst) Tot dan zit ik nog met Egbert en Alexander te whatsappen. Maar, ik zeg dit niet snel, ik voel me elke dag geprivilegieerd te kunnen doen wat ik doe.”
Zien alle Kortrijkzanen je graag, denk je?
“Dat kan moeilijk. Dat hoeft ook niet meteen. Ik ben niet het type gezapige burgervader. Eerder een innovator. Ik ben ook nog steeds maar 47 jaar.”
***
We gaan foto’s nemen. De zon kleurt geweldig. Hij neemt selfies. Voor Anouk thuis. “Dit zijn de mooiste momenten.”
Jouw partij kreeg de laatste jaren dan wel rake klappen, jijzelf hebt eigenlijk nooit een verkiezing verloren. Je werd altijd verkozen.
(denkt na) “Eens verliezen, zou een zware slag zijn. Ik zou niet kunnen aanvaarden dat ik onder de lat, die ik altijd zeer hoog leg, ga. Ik heb een enorm strebersgehalte. Ik wil gewoon altijd de beste zijn.”
Het moet nogal een klap zijn geweest voor de streber om er al in de eerste ronde van ‘De Slimste Mens ter Wereld’ uit te vliegen.
“De eerste editie, 2003. Een drama. Maar er waren verzachtende omstandigheden: ik had net na mijn allereerste fractieweekend als staatssecretaris een hele nacht met Geert Versnick amaretto gedronken. Toen we voor de opname om 11 uur naar Brussel reden, was ik nog niet nuchter. Een broodje proberen eten, dat er even later weer uitkwam… In die toestand moest ik quizzen. Mijn enige troost is dat ik verloor van Erik Van Looy. Ik heb dat later nooit mogen rechtzetten, ze hebben mij nooit meer gebeld. Niet goed genoeg, zeker?”
***
Na de fotoshoot trekt hij in ons hotel snel naar boven. Ongetwijfeld nog bellen, mailen en whatsappen. Hallo, Egbert? Tot na middernacht dus. We missen net de zonsopgang, we hebben ons wat misrekend. Spontaan en in alle ernst: “Ik kom morgenochtend om 5.30 uur terug. Ok?”
Hoeft niet. Wel nog even filosoferen over de zon, bij het ontbijt.
De jeugd warmt zich aan de zon der hoop, de ouderdom aan de kachel der herinnering – Fliegende Blätter, Duits humoristisch weekblad, 1844-1944.
“Ik heb nooit heimwee naar het verleden, ik verlang elke dag naar de toekomst. Ik heb zelfs een hekel aan mensen die almaar over het verleden spreken. Oud-politici kunnen dat goed. In onzen tijd… Of Jean-Luc Dehaene, dat was nog eens een staatsman! Terwijl er toen nauwelijks democratische controle was en bijna geen communicatie, journalisten werden gewoon afgeblaft. En hoeveel manifesten van de bevlogen Verhofstadt zijn er uitgekomen? Elke tijd heeft zijn oplossingen.”
De opkomst van extreem-rechts raakt dus ook opgelost?
“Het Vlaams Belang is zeer goed in het bespelen van angsten voor vreemdelingen. Soms met schabouwelijke methodes. We mogen daar niet in meegaan. Ik ken hun leiders, ik zie ze in het parlement. Met zo’n ranzige mensen sluit je geen compromissen. Terwijl er nochtans ook Vlaams Belangers zijn die eerlijk zijn en zich soms zelfs schamen.”
Tot slot is er nog de zee. Begin en einde van alles.
Een man die schipbreuk leed, is bang voor iedere zee – Ovidius, Romeins dichter, 43 v.Chr. – 17 n.Chr.
“Ik denk hier aan één schipbreuk. De dementie van mijn vader, al zes, zeven jaar. Bij het begin van zijn pensioen. Eindelijk had hij kunnen genieten van een rustiger leven. Zijn grote hobby was fotografie, hij hield dan dia-voorstellingen op grote schermen. Ik las hem laatst nog een van zijn verhalen voor die hij daarbij had geschreven. Hij herinnerde zich er niets meer van. Dàt is een schipbreuk. Op zo’n momenten denk ik: wat heb je dan nog aan je leven? Ik weet het nu al. Niet met mij…”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier