Reisblog (8): dagtrip strandt in kleimodder

In de vallei van Viñales 'vin je alles' om verliefd op te zijn. © CT
Charlotte Therssen

Onze collega Charlotte stapt voor zes maanden uit het mediawereldje en volgt haar verloofde naar Cuba. Op kw.be vertelt ze tweewekelijks over haar leven aan de andere kant van de wereld. Maak kennis met onze journaliste, bijna-bruidje en Jetair-hostess in een veel te krappe broek.

Mits wat teamwork – mijn lief rommelde in de lades en gooide de sportzak vol met kleren, ik wisselde handdoeken en zocht onder het bed naar dat laatste én noodzakelijke flesje muggenmelk- konden wij vlak na het werk vertrekken naar de groene tabaksprovincie Pinar Del Rio. We haalden de afrit met glans, maar dan hé… We krijgen ondertussen het gevoel dat stedenbordjes hier uitgewist of losgevezen worden, zodat Cubanen aan kruispunten een fooitje kunnen verdienen als gids. Na wat gemok boven onze onvolledige wegenkaart stak ik mijn platte hand door het open raam, bewoog die snel op en neer, en vroeg zo een fietser te vertragen. Na een verrassend heldere uitleg voor de weg naar de Vallei van Vinales -waar onze Bed & Breakfast zich bevond- bracht hij ter sprake dat hij ons naar een tabaksplantage kon brengen. Daar zouden zijn vrienden ons maar al te graag loodsen door het sigarenproces.

Ik vermoed dat Cubanen stedenbordjes uitwissen of losvijzen om aan kruispunten een fooitje te kunnen verdienen als gids

Met nog wel een halfuurtje marge in onze planning besloten we mee te gaan. Daar stonden zijn companeros ons in de opening van hun schuur met een brede glimlach op te wachten. Ze hielden ook al een reeks schouderklopjes klaar voor onze vriend, die nieuwsgierig uitkeek naar zijn commissie op onze aankopen. Toen we wilden vertrekken, stond het rond onze auto vol met kinderen. En ik vind het heel erg om zeggen, maar nooit heb ik armoede zo dichtbij op een hoopje gezien. Maar enkelen onder hen hadden een bovenstukje aan. Ze droegen lange haren in klitten, hadden korstjes van de dorst rond de lippen en strekten kleine handjes met vragende vingertjes naar ons uit. Ik grabbelde in de koffer tussen de werkmappen om daar iets van cadeautjes te vinden, maar raakte niet verder dan een gestikt geldbuideltje, een vliegtuigkussen en een afgedragen sjaaltje. De felgekleurde spulletjes werden gevoeld, beroken, gedragen, … Met de oudsten voorop gingen ze daarna samen naar hun kleine containertje terug, waar wat banken in stonden. Daar wachtten ze wellicht de terugkeer van hun ouders af die op het land werkten. Hoewel onderwijs gratis is in Cuba, kan ik me niet voorstellen dat kinderen in deze regio vervoer vinden naar de stad, en dus naar de school. Een extra kreukje in dat ooit zo keurige communistische uniform.

Te veel eten voor ons alleen. We betaalden hier 30 euro voor. Vier cocktails en koffie inbegrepen!
Te veel eten voor ons alleen. We betaalden hier 30 euro voor. Vier cocktails en koffie inbegrepen!© CT

Eerste echte stilte

Na wat spannende haarspeldbochten keken we al snel uit op de reusachtige ‘mogotes’ in de Vinales-vallei, de natuurplek in Cuba met een Unesco-paspoort. Mogotes zijn kalkrotsen die van het gebergte zijn ‘losgescheurd’ door bijtende regen. We haastten ons naar onze kamer om een uurtje later de heuvel naar een Finca, een restaurant-boerderij, op te rijden met de toepasselijke naam ‘El Paraiso’. Daar zouden we de zon zien wegtrechteren in de kloof tussen twee mogotes, in het gezelschap van lekker eten en elkaar. Hun terras bevond zich boven hun moestuin, die zich naar beneden afrolde tot in de vallei. Alles wat er op tafel kwam verbouwden ze zelf, van okra tot guayabas over sla, aardappelen en bananen. Maar ook hielden ze er hun eigen vee. Voor onze neus vonden een tiental gevulde borden hun plek, met genoeg eten om een gezin met vijf kinderen mee te trakteren. Een overvloed waar we verlegen van werden, en dat voor maar 10 euro per persoon. Met de anti-stresscocktail van het huis (met onder meer honing en kokos) voor mij en een ‘Ecologico’ cocktail voor mijn Lief (met onder meer rum en basilicum) aanschouwden we het lichtspektakel. De eerst zo scherp afgetekende schaduwen trokken in de bodem en maakten plaats voor volledige duisternis in het dal. Hoge palmen en bergtoppen vingen de laatste warmte en nooit eerder heb ik ‘stilte’ zo duidelijk gehoord dan tijdens de momenten dat ons bestek op het bord rustte. Zo waauw dat het hoofd even zwaar werd van emotie en we elkaars schouder zochten.

Nooit eerder heb ik ‘stilte’ zo duidelijk gehoord dan tijdens de momenten dat ons bestek op het bord rustte

De laatste cowboys vind je hier. Afgezonderd van de wereld zorgen ze voor het vee.
De laatste cowboys vind je hier. Afgezonderd van de wereld zorgen ze voor het vee.© CT

Grot-zeepaardjes en cowboys

De volgende dag startten we met een boottochtje op een ondergrondse rivier, binnenin een mogote. Na het zien van wat spectaculaire spelonken konden we ons toch amper serieus houden bij de informatie die we van onze veerman kregen. In plaats van ons te informeren over het ontstaan of over de bewoners van de grot liet hij ons figuren ontdekken in de wanden. Met wat verbeelding zag je in een paar rotsblokken een leguaan en een krokodil opduiken, en dan -serieus- ook nog een zeepaardje, duidelijk manueel uitgehouwen. Heerlijk amusant. Daarna trokken we langs plattelandswijken en lanen naar onze laatste stop, een geneeskrachtige bron. We startten de verlaten route ernaartoe te voet en lachend om ‘hoe sportief we wel eens waren’ zakten we plots tot onze enkels in de blinkende warme kleimodder. We hielden vol en gingen volledig op in de prachtige natuur, passeerden velden waar echte cowboys ons de weg toonden en meteen daarna weer te paard met een zwaaiende lasso achter een geit aanholden. Buffels trokken op antieke ploegen de boer voort en Cubaanse valken speurden de vlakte af naar prooien.

Carlos en zijn 'caballo', wat waren we blij dat zij de terugreis vergemakkelijkten.
Carlos en zijn ‘caballo’, wat waren we blij dat zij de terugreis vergemakkelijkten.© CT

Na twee uur wandelen en zoeken, kwamen we aan bij de bron, en spraken al snel met een boer in de buurt een prijs af om ons per koets naar het beginpunt te brengen. We konden écht niet meer. Echt niet. Hoewel we beiden zo inzaten met de last dat we het jonge paardje bezorgden, waren we zo dankbaar. We gaven zijn menner een pint en wat geld en startten onze terugweg.

Het bezoek aan deze plek was heftig mooi en ik wil bewust de roestbruine aarde niet van mijn camerakoordje wassen. Zolang dat mogelijk is, hou ik alles nog heel dicht bij mij.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier