
Al sinds zaterdagnamiddag is Brugge in de ban van een grote brand die de opslagplaatsen van fietsengroothandel De Scheemaecker in industrieterrein Waggelwater in de as legde. Vooral de aanwezigheid van asbest in de dakplaten, waarvan restanten tot kilometers ver te vinden waren, zorgde voor nervositeit. “De betrokken diensten werken goed, maar het verzamelen van contactgegevens van bedrijfsleiders en schooldirecties uit de buurt verliep moeilijk”, maakt burgemeester Dirk De fauw de analyse.
Nu het stof is neergedwarreld en het asbest hopelijk allemaal is opgeruimd, blikken we met burgemeester Dirk De fauw terug op de verwoestende brand bij fietsengroothandel De Scheemaecker op het industrieterrein Waggelwater.
Wanneer precies en hoe vernam u voor het eerst over de brand?
“Ik moest zaterdag in Zeebrugge spreken bij de opening van de nieuwe lokalen van de zeilclub RBSC – ’t Werftje. Daar net aangekomen kreeg ik van brandweercommandant Jeroen Bonte om 17.44 uur een telefoontje met de melding van een zware uitslaande brand bij fietsen De Scheemaeker. Drie minuten later belde ook korpschef Yves Rotty mij met de melding dat de Bevrijdingslaan moest worden afgesloten wegens de hevige rookontwikkling. Na mijn speech in Zeebrugge ben ik onmiddellijk vertrokken naar de brand, terwijl ik in de wagen verdere meldingen ontving van onze noodplanningsambtenaar.”
Al snel bleek dat er asbest aanwezig was in de afgebrande infrastructuur.
“Inderdaad, de aanwezige brandweerofficier stelde alvast dat daar zeker een risico op was. Om 17.57 uur stuurde de noodplanningsambtenaar een Be-Alert uit in een zone van ongeveer 500 meter rond het bedrijf met de boodschap om ramen en deuren dicht te houden. Ook aan de politie werd gevraagd een veiligheidsperimeter in te stellen om doorgaand verkeer te vermijden. Omstreeks half zeven werd overgegaan tot een officiële coördinatie, met aanwezigheid van alle noodplanningsdisciplines en dit dus vanuit één commandopost in het Politiehuis.”
“Zondagmorgen kreeg ik dan omstreeks half zes een oproep van de brandweercommandant met de melding dat er asbest was gevonden. We zijn meteen in actie geschoten en om 7 uur ’s morgens zat de gemeentelijke crisiscel al samen. Die is samen gebleven tot zondagavond. Om de twee uur kwam er een update van de asbeststalen en konden we de perimeter bijstellen.”
Heeft het coördinatieorgaan met crisiscel en noodplanning volgens u goed gewerkt? Of zijn er toch pijnpunten naar boven gekomen?
“Ik durf te zeggen dat alle diensten als een geoliede machine hebben samengewerkt. Maar iedere crisis brengt leerpunten. Een belangrijk aandachtspunt was de moeilijkheid om snel contactgegevens te verzamelen van alle bedrijfsleiders in het getroffen gebied. Van lokale ondernemers hadden we deze info, maar van grote ketens met een hoofdzetel in Brussel was het veel lastiger om de juiste persoon te bereiken. Ook bij de scholen was het een uitdaging om snel de directie te contacteren. Dat is zeker iets wat we meenemen in de evaluatie.”
Gemeenteraadsleden Nele Caus en Maaike De Vreese uiten kritiek op de aanpak en de communicatie. Er zou te weinig duidelijkheid geweest zijn over al dan niet mogen openen van horeca of winkels, of toch geen eenduidigheid genoeg.
“Op sociale media, maar ook in mijn persoonlijke mailbox, kregen we net heel wat positieve reacties en bedankingen voor de aanpak van de crisis en de transparante en frequente communicatie-updates via al onze informatiekanalen. Dat ging via via persberichten, een Whatsapp-kanaal voor de pers, Facebook en de stedelijke website. We hebben enkel gecommuniceerd wat zeker was, omdat correcte informatie altijd primeert. Wat de communicatie naar horeca betreft, en het zwembad Lago waar ook naar verwezen werd: onze beslissingen werden genomen in functie van de veiligheid. Wat we verbieden kan niet doorgaan, wat we niet verbieden kan wel doorgaan. Een algemene sluiting van de horeca was niet aan de orde. Bij zwembad Lago namen we geen risico omdat er vuiligheid vanwege de brand was aangetroffen op de parking.”
Groen-gemeenteraadslid Eva Vanhoorne stelt dan weer vragen bij de manier waarop de perimeters bepaald werden. Het zou niet duidelijk zijn op basis van welke gegevens en criteria zijn bepaald.
“Zoals al aangegeven werd een aanvankelijke reflexperimeter meegegeven van 500 meter, die fysiek werd afgesloten in de richting van de rookpluim. Deze perimeter werd verder uitgebreid tot heel Sint-Andries en Sint-Michiels, Oostkamp, Zedelgem en Torhout, waar de instructie tot het sluiten van ramen en deuren en het uitschakelen van ventilatie werd gegeven. De asbestdeskundige is ’s nachts al aan de slag gegaan. Door zijn vaststellingen en testen in het labo werd de perimeter vastgelegd op 3,5 kilometer in de windrichting. Het is beter om eerst ruim te rekenen en dan af te schalen. We hebben alle risico’s beperkt en zijn voorzienig geweest. Natrappen is jammer, maar dat is het politieke spel zeker?”
De voetbalwedstrijd Club Brugge – Charleroi in het Jan Breydelstadion, waar ook afval vanuit de brand was neergedwarreld, mocht na aanvankelijke onzekerheid daarover toch doorgaan. Een moeilijke beslissing?
“We hebben de beslissing zolang mogelijk uitgesteld. We wilden ons kunnen baseren op de analyses van de meetresultaten, maar hebben intussen gelijktijdig preventief ingezet op sanering van de volledige perimeter, waarbinnen ook Jan Breydel viel. Rond de middag werd duidelijk dat de saneringswerken tijdig zouden kunnen opgeleverd raken. Nadien bleken ook de eerste analyseresultaten in de goede richting te wijzen. Het was zeker een moeilijke afweging. Indien de analyseresultaten anders zouden hebben uitgewezen, of indien onvoldoende garantie zou kunnen gegeven worden omtrent het correct opleveren van de saneringswerken, dan had ik die wedstrijd wel verboden. Gelukkig is het zover niet moeten komen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier