Sebastien Dewaele (45) speelt hoofdrol in thrillerreeks in zijn Oostende: “Ik heb niet de ambitie om de beste acteur te worden”

‘Styx’ is het zoveelste orgelpunt in een carrière die stilaan indrukwekkend mag genoemd worden, maar Dewaele blijft bescheiden: “Het meest dwaze in de hele filmindustrie is dat er prijzen zijn voor beste acteur.” © Christophe De Muynck
Bert Vanden Berghe

In tegenstelling tot zijn personage in ‘Styx’ nu te zien op Streamz is hoofdrolspeler Sebastien Dewaele al even springlevend als zijn carrière. Dit voorjaar kan je hem ook op het podium zien met Preuteleute en ‘Once upon a time in de Westhoek’. “Ik heb al mijn kinderdromen waargemaakt.”

Hij had al een naam gemaakt met Preuteleute en een paar leuke gastrollen op zijn palmares, maar Vlaanderen leerde Sebastien Dewaele pas echt kennen door zijn rol als Steven in Eigen kweek. Dat hij tien jaar later de hoofdrol zou vertolken in een thrillerreeks in zijn Oostende, met Koen De Bouw nota bene in een bijrol, zou hij indertijd wellicht nooit geloofd hebben. In de reeks Styx, gebaseerd op het gelijknamige boek van Bavo Dhooge, speelt hij een levende dode – bij de makers gaan de tenen krullen van het woord zombie – die op zoek gaat naar zijn moordenaar en intussen probeert uit te vogelen wat hem overkomt, terwijl zijn gezin langzaam maar zeker uiteenvalt.

Styx is een zoveelste orgelpunt in een carrière die stilaan indrukwekkend mag genoemd worden, maar één ding typeert Dewaele als geen ander. Hij slaagt er nog altijd in om zijn succes te relativeren én bescheiden te blijven.

In hoeverre was je al vertrouwd met het verhaal?

“Toen ik auditie deed – nog voor corona uitbrak – bestond er nog geen scenario, dus heb ik het boek gelezen. Ik vond het bijzonder interessant, omdat het een heel nieuw gegeven is binnen de fantasy-wereld. Doorgaans is een levende dode eerder een figuur dat ontstaat in de cinema, omdat het een bedreiging vormt: zonder een brein los op een doel afgaan. Terwijl dit personage een geweten heeft, hij kampt met een relatiecrisis en hij beseft dat hij aan het sterven is.”

Met veel nacht- en buitenopnames én een erg fysieke rol leek me dat pittig om te draaien.

“Toch was het minder zwaar dan ik had verwacht, omdat er echt een goeie omkadering was. Dat moet ook wel. Op dag vijf of zes moest ik uit de zee komen. Als je dan ziek wordt… We zaten met een schitterende crew, waardoor het zeer aangenaam werken was. Er werd goed voor mij en elkaar gezorgd. Met Jeroen (Dumoulein, regisseur, red.) kom ik heel goed overeen, het was fijn om ’s avonds ook samen een pintje te drinken of een mondje te eten. Ik werkte reeds met hem toen hij aan het RITCS in Brussel zat en ik op het Conservatorium van Gent. We werkten ook al professioneel samen bij Gent-West. We hebben ook een gezamenlijke vriend, Nicolas Daenens, die onlangs zijn film Hazegras voorstelde op het Filmfestival van Oostende.”

“Het was even wennen voor die naaktscènes. Zelfs mijn kont moest geschminkt worden”

Wat was de voornaamste motivatie om ‘ja’ te zeggen op dit project?

“In Vlaanderen hebben we niet altijd de luxe om snel nee op iets te zeggen. Ik zit ook niet in die positie. Aan de andere kant denk ik ook niet dat iemand daar nee op zou kunnen zeggen. Soms zie je collega’s passeren in een rol waar je zelf auditie voor deed en dan vloek je wel eens. Heel vaak begrijp je het ook waarom ze voor die of die kozen, maar in het geval van Styx ging ik het wel héél spijtig vinden, zeker omdat het zich afspeelt in Oostende.”

Had je er stress voor?

“Ik moest heel wat afvallen en ook flink wat spiermassa kweken voor één bepaald shot. Het was ook even wennen voor die naaktscènes. Zelfs mijn kont moest geschminkt worden. (lacht) Maar we hebben ook goed gelachen, we hadden allemaal hetzelfde doel.”

Wat was het meest uitdagende?

“Het klinkt niet zo spannend, maar dat waren toch de vele uren make-up. Meestal was ik anderhalf tot twee uur eerder op de set dan de rest. Ik kan mij voorstellen dat dat momenten zijn die je kraken. Ik denk wel dat je je kan verliezen als je je aan dat lange wachten begint te storen. Maar ik dronk een koffietje en blokte toen mijn teksten. Ik mocht dus niet klagen.”

Doorgaans ben je als acteur iemand die steelt met zijn ogen, maar plots ben jij diegene van wie anderen wat kunnen leren. Hoe voelde dat?

“Goh, ik weet niet of er veel mensen geschoept hebben met hun ogen. (lacht) Het is tof om dat respect te voelen, maar ik wilde ook tonen dat het niet hoefde. We waren daar allemaal om iets schoons te maken. Samen. Je moet sowieso respect hebben voor iedereen, van je tegenspelers tot de mensen die de straat afzetten. Ik stond erop om iedereens naam te kennen. Je ziet dat mensen dat appreciëren. Het maakt je job ook veel makkelijker. Dat vind ik wel een belangrijke boodschap om mee te geven aan beginners.”

© Christophe De Muynck

Je klinkt bescheiden, maar ik kan me wel inbeelden dat als je een grotere rol hebt dan Koen De Bouw…

(snel) “Nee, man. Echt niet. Nink, dat komt zelfs niet bij mij op. Het meest dwaze in de hele filmindustrie is dat er prijzen zijn voor beste acteur. Dat er prijzen zijn voor make-up of kostuum, oké. Maar de rol van acteur hoef je niet in een competitie te gooien. Iedereen doet zijn best. Ik ben vereerd met deze rol. In mijn achterhoofd wéét ik dat ik er al verdomd hard voor gewerkt heb, maar het is niet alsof ik iets groots heb bereikt.”

Wanneer denk je dat wel te hebben?

“Ik wíl dat niet hebben. Mijn kinderdromen heb ik waargemaakt. Eén voor één. In de spiegel spelen alsof je voor een vol stadion staat? Dat heb ik kunnen doen. Een prijs winnen? Ik was genomineerd voor een Ensor. Ik heb in zowat de best bekeken serie van de afgelopen jaren gespeeld. Ik heb een hoofdrol beet in een fictiereeks… (blaast) Ik sta er niet vaak bij stil, want veel tijd heb ik daar niet voor. Maar als ik het doe, kan het wel een heel zaligmakend gevoel geven. Dat als ik eens één of twee weken geen werk heb, ik niet meteen moet panikeren. Dat ik ook eens vakantie mag nemen. Dat is het voordeel van al langer bezig te zijn, dat ik wat meer kan plannen en bundelen, waardoor er ook effectief congé mogelijk is.”

Kan je dat? Mild zijn voor jezelf? Veel mensen in je vak ervaren een grote druk om altijd maar te blijven presteren.

“Het helpt als je een vrouw hebt die af en toe zegt dat ik nu efkes rustig moet blijven. Alles wat ik doe, is ook maar gelukt dankzij de steun van mijn vrouw en mijn familie. Ik heb een zeer kunstminnende vrouw. Heel eclectisch ook, van schilderen tot beeldhouwen. Als zij goed vindt wat ik doe, is dat een van de belangrijkste zaken voor mij.”

Had je tien jaar geleden kunnen inbeelden waar je vandaag zou staan?

“Nee. Maar of ik het gehoopt had? Ik zou liegen moest ik zeggen van niet. Ik wilde vooral spelen en gaandeweg kreeg ik de smaak steeds meer te pakken. Ik voelde dat het mij echt lag. Ik had dit niet durven dromen. Het hangt ook af van zoveel factoren. Het ligt deels aan mij, ja, maar ook aan de mensen die in je geloven. Ik heb ook heel veel dingen mogen spelen, van een weeddealer tot een transgender (Gent-West, red.), iemand met een beperking (Bevergem, red.), een visser (Cargo, red.)… Allemaal personages waar ik als acteur maar kon van dromen. Weet je, toen ik begon aan het Conservatorium was Hollywood de grote droom. Maar je stelt je dromen elke keer bij en maakt ze bereikbaar. Want als ze onbereikbaar zijn, word je ongelukkig.”

“Op het podium ben ik vrij. Daar doe ik wat ik wil. Naast het podium wil ik vooral bescheiden blijven”

Waar haal jij de motivatie om altijd maar verder te doen en te geloven in jezelf?

“Je kan het gerust ambitie noemen.”

Dat is iets wat veel creatieve mensen vaak moeilijk durven uitspreken.

“Ik heb niet de ambitie om de beste acteur te worden. Ik heb wél de ambitie om uitgedaagd te worden. Of dat nu een grote of kleine rol is, dat maakt me niet uit. Ik heb heel veel gedraaid voor Het Smelt en ik heb daar enorm van bijgeleerd. Uiteindelijk werd mijn rol eerder ingeperkt, maar ik sta daar volledig achter.”

‘Styx’ is straks te zien in Nederland, nadat je daar ook al te zien was in ‘Undercover’. Het is niet meteen Hollywood, maar droom je van méér dan Vlaanderen?

“Nogmaals, mijn ambitie ligt vooral in werken. De enige angst die ik misschien heb naar Vlaanderen toe, is dat ik een soort van gevestigde waarde zou worden die minder en minder gevraagd wordt. Daarom wil ik zo breed mogelijk gaan. Alles wat ik doe, van Preuteleute tot theater, gaat in golfbewegingen. Ik probeer daarin een zo recht mogelijke lijn te houden.”

© Christophe De Muynck

Heb je schrik om te bekend te worden?

“Ik heb geen ambitie om dat uit te buiten in elk geval. Ik heb eens meegedaan aan De Slimste Mens, maar dat is niets voor mij. Ik hoef geen publiek figuur te worden.”

Dan steel je liever de show op het podium.

“Voilà. Daar ben ik vrij. Daar kan ik doen wat ik wil. Naast het podium wil ik zo bescheiden mogelijk blijven en dat lukt goed dankzij een goeie omkadering.”

Dit voorjaar sta je niet alleen op het podium met Preuteleute, maar ook met het wondermooie ‘Once upon a time in de Westhoek’.

“Voor de gelegenheid spelen we ook op locatie in Gijverinkhove bij Alveringem, waar het verhaal zich ook afspeelt. Heel benieuwd wat het daar zal doen.”

Zijn er nog rollen die je ambieert? Eventueel zelf regisseren?

“Een scenario voor een serie of een film staat nog op mijn bucketlist, ja. Iets helemaal vanaf nul opstarten. Regisseren in theater heb ik al gedaan en ook teksten geschreven ervoor. Er zijn wel ideeën, die ik af en toe pitch, maar nog niets concreet. Theater kan op een korte periode heel intensief zijn, terwijl je voor een film of serie toch al snel een paar jaar bezig bent. Dat engagement wil ik wel eens aangaan. Ik blijf trouwens ook theater doen. Zo ga ik voor Compagnie Cecilia in 2025 een stuk maken over Marcel Kerff, de Belg die deelnam aan de allereerste Tour de France (hij werd toen zesde, red.). Een prachtig levensverhaal dat evenwel triest is geëindigd toen hij gefolterd werd door de Duitsers en stierf in 1914.”

De komende maanden doe je zowel Preuteleute als beklijvend theater. Weinig acteurs kunnen zo’n spreidstand aan.

“Op 18 april spelen we de laatste met Preuteleute en een dag later spelen we Once upon a time…. Dat is een klik maken, ja. Maar het kan ook dat je na een draaidag een optreden van Preuteleute hebt, dat is eigen aan ons vak. Je moet al die dingen doen en thuis ook nog eens papa zijn.”

Het zijn wel twee heel uiteenlopende zaken op een podium.

“Maar het is op een podium. (grijnst) Dat is altijd het fijnste.”

‘Styx’, nu te zien op Streamz en later op VTM. Tickets en info voor Preuteleute via www.comedyshows.be Voor ‘Once upon a time in de Westhoek’: surf naar www.compagniececilia.be

Lees meer over: