Carine De Jaeghere steekt ook op Moederdag handje toe bij haar twee zonen Gregory (café ‘t Hoekske in Beveren) en Steve (restaurant Historic in Dadizele)

Gregory (links) en Steve geven een smakkerd aan het ma Carine De Jaeghere die voor hen altijd een steun en toeverlaat is. (foto SB)©STEFAAN BEEL Stefaan Beel
Gregory (links) en Steve geven een smakkerd aan het ma Carine De Jaeghere die voor hen altijd een steun en toeverlaat is. (foto SB)©STEFAAN BEEL Stefaan Beel
Wouter Vander Stricht

Carine De Jaeghere (60) heeft zelf het horecabloed door de aderen stromen en gaf dat door aan haar zonen Steve Grymonprez (Historic Dadizele) en Gregory Vandeweghe (‘t Hoekske Beveren). Ook op Moederdag zal ze weer een handje toesteken.

Carine De Jaeghere was dinsdag met een list naar café ‘t Hoekske, schuin tegenover de kerk in Beveren, gelokt door zoon Gregory Vandeweghe (32). Het café moest nog in gereedheid gebracht worden voor de opening en ma Carine kijkt altijd uit waar ze een handje kan toesteken. Carines oudste zoon Steve Grymonprez voegde zich al snel vanuit Dadizele, waar hij restaurant/tearoom Historic runt, bij het gezelschap.

Moederdag en de heropening van de horeca vallen in hetzelfde weekend en het leek ons een goed idee om moeder Carine, die altijd klaar staat voor haar zonen, in de schijnwerpers te zetten. “Ik was een jaar of 14 toen ik begon”, herinnert Carine zich. “Ik stak een handje toe in d’Oude Scheure in Torhout, toen wereldbekend om de ribbetjes en later in De Lanteern in Rumbeke, daar was kip aan ‘t spit de specialiteit.”

Mei normaal topmaand

Ondertussen schoolde Carine zich bij en in 1993 kon ze haar droom waarmaken en in De Mythe in Ardooie, pal aan het oude station en dus de spoorweg, begon ze haar eigen zaak. “We vormden de zaak om tot tearoom/restaurant. Maar je kon ook gewoon iets komen drinken. We bleven ook lang open. Tot soms wel 5 uur ‘s morgens en we serveerden ‘s nachts ook nog eten. De mensen uit de wijde omgeving wisten dat en zakten vaak ‘s nachts nog eens af.”

Zoon Steve stapte er al snel in de voetsporen van zijn moeder. “Ik help ook al sinds mijn 14de in de zaak, ik volgde daarna de koksschool in Ter Duinen.” Hij deed eerst ervaring op in Eethuis Pieter, De Nieuwe Barriere, Ter Bos en Son Vida, allemaal in Roeselare, vooraleer in 2006 in Historic in Dadizele terecht te komen. “In 2009 kreeg ik de kans de zaak over te nemen. We serveren de Franse keuken en hebben een vrij uitgebreide kaart. In de namiddag zijn we ook tearoom. Normaal is mei in Dadizele onze beste maand, maar dat zien we grotendeels aan onze neus voorbijgaan.”

Carine, die ook boven het restaurant in Dadizele woont, is de rechterhand van Steve. “Ze staat bij mij in de keuken, we zijn goed op elkaar ingespeeld. Ze is ook mijn vertrouwenspersoon.”

Sterke verenigingen

Steve geeft grif toe dat de lockdownmaanden hard waren. “Ik heb het heel moeilijk gehad. Gelukkig ben ik al een tijdje bezig. Mensen denken soms dat je blij mag zijn eens thuis te zijn, maar ik wil vooral werken.”

Broer Gregory is dan weer in 2017 gestart met café ‘t Hoekske. “Door een werkongeval en bijhorende operatie aan de pols was verder werken in de bouw niet mogelijk. Mijn vader runde ook café/restaurant Het Handelshuis in Koolskamp, maar is eerder dit jaar gestopt. Het zit dus wel degelijk in het bloed en samen met mijn echtgenote Delphine Deceuninck besloten we de stap te zetten. Hoewel corona ons stokken in de wielen stak, heb ik nog geen spijt om voor het horecaleven gekozen te hebben.”

Van de lockdowns maakte Gregory gebruik om thuis nog wat verbouwingswerken uit te voeren. “En ik kon er ook veel zijn voor mijn vrouwtje bij haar strijd tegen kanker. Gelukkig gaat het daar de goede kant uit.”

‘t Hoekske is een echt volkscafé waar ‘s avonds ook de jonge gasten hun weg naar toe vinden. “Overdag hebben we hier een vast cliënteel. Ondertussen mag je hier al een jaar niet meer aan de toog staan, maar ieder gezelschap heeft hier normaliter zijn vaste plaats aan de toog. We hebben ook sterke verenigingen: een wielertoeristenclub met meer dan 100 leden, twee biljartclubs, een voetbalteam en twee minivoetbalclubs, een kaartclub van meer dan 50 leden… En straks introduceren we hier ook darts. In het weekend zetten we rond 22 uur andere muziek op en dan is het aan de jonge gasten. Het kan hier soms behoorlijk laat worden. Met de jongere klanten heb ik nog via sociale media contact, met de iets oudere generatie is dat minder. Maar die zullen hier dit weekend wel snel staan. Buiten mag ik van de stad drie parkeerplaatsen innemen en daar maken we ons terras. Nu alleen nog maar duimen voor wat goed weer.”

Ook Steve heeft in Dadizele een terras. “Ik ben nog verwarmingselementen aan het aanbrengen. We kunnen 30 tot 40 mensen plaatsen, maar een restaurant is nog altijd anders dan een café. Hier drink je snel je pint uit als het begint te regenen, als je nog moet eten, is dat andere kost. Maar we gaan sowieso open. De reservaties lopen ondertussen al vlot binnen, voor het weekend van 1 mei – waarin we uiteindelijk toch niet open mochten – was het restaurant volzet.”

Verrassing in petto

Steve en Gregory dragen dan wel een andere familienaam, de broers zijn twee handen op één buik. Steve: “Ik kom hier soms ‘s avonds wat muziek draaien als mijn zaak gesloten is.” Gregory: “We zullen in de toekomst zeker samen nog iets doen in de horeca, daar hebben we al over gebrainstormd.”

Ook in Beveren komt Carine vaak een handje toesteken. “Ze kent al blindelings de weg van Dadizele naar Beveren”, zegt Gregory. “Ze heeft ervaring zat in de horeca en je weet dat alles tiptop in orde is als zij komt helpen.” Carine zou de horeca ook niet kunnen missen “En voor je zonen doe je toch alles”, benadrukt ze.

Zondag is het dus Moederdag, maar het wordt ook werkendag voor alle drie. “We hebben al een verrassing in petto, maar daarvoor moet ze wachten tot zondag.”

Er strandde ooit een zeehond in Ardooie

Een artikel uit ons archief doet het verhaal over een zeehond die in januari 1998 in Ardooie ‘aanspoelde’. “Ik doe vaak het nog verhaal aan vrienden, maar niemand die mij gelooft”, zegt Steve, die meteen als bewijs ook een foto nam van het bewuste artikel. Carine: “Hoe het dier er geraakt is of wie het achter gelaten heeft, we hebben het nooit geweten. Feit was dat het die bewuste donderdag gewoon voor deur zat. En plots waren we overal in het nieuws. We kwamen zelfs op tv. Steve besprenkelde het dier – dat toch wel vrij groot was – met water en dat weekend serveerden we een aperitief ‘Zeehond’. Uiteindelijk kwamen ze vanuit Sea Life Blankenberge de zeehond halen, maar ze hadden nog alle moeite van de wereld om het dier aan boord te hijsen.” De broers haalden ook later nog eens de tv. “We namen samen deel aan Te Land, Ter Zee en in de Lucht. Het programma waarbij je met een eigen gemaakt tuig om ter snelst naar de bel moest. We werden derde, Steve was te laat naar bel gesprongen”, lacht Gregory. Steve: “En ik nam ook nog deel aan Idool als Eddy Wally. Ik overleefde de eerste ronde, daarna raadde Koen Wauters me aan om toch maar in de keuken te blijven.”

Door hun jaren in de horeca zijn beide broers erg gekend in de wijde omgeving rond Roeselare. Maar Gregory speelde ook lang voetbal. “Ik heb ook nog gekoerst en zo ook veel mensen leren kennen. Later speelde ik bij enkele provinciale ploegen in het Roeselaarse.” Steve is dan weer de man achter minivoetbalteam Forza Dadizele dat nu verder gaat onder de vleugels van SK Roeselare-Daisel. “En wij hebben hier in Beveren ook een supporterslokaal voor de nieuwe club”, vult Gregory aan.