Een duizendpoot, dat vooral. Teddybeer, zeer zeker. Favoriete uitspraak: uwen beir ontbinden. Taartenkok, topacteur, podiumbeest… In lockdowntijden zelfs al eens rouwclown. Een vat engagement. Hij speelt indien nodig de onderbuik van Vlaanderen: “Een watertekort in fucking Vlaanderen..?!” Enfin, in al zijn vezels nen vree artiest. En een zen meester, te land en in zee. Dames en heren: Wim Opbrouck in al zijn glorie.
Plaats van afspraak: Oostende, koningin der badsteden. Frank Buyse duikt in het vroegere ‘Badenpaleis’, het majestueuze Thermae Palace Hotel, de hele zomer lang in leven en werk van tien boeiende West-Vlamingen. Ze praten urenlang, over vreugde en verdriet, over de veranderde wereld, over ziel en zin, bij zee en zon. Kris Van Exel fotografeert, van zonsondergang tot zonsopgang.
De zee. De zji , zingen de Ertebekers. De zji van Wim Opbroucks kinderjaren. Toen Oostende nog… Ons Tente heette. “Dat maakte ik er altijd van, als mijn moeder zei dat we naar Oostende gingen.” Opbrouck is van de eerste minuut geestig. “Want het gezin Opbrouck ging niet naar de Côte d’Azur op vakantie! Ik verstond elke keer Ons Tente en wilde altijd zo graag kamperen. Neen dus.”
Maar camping of niet, zijn innige band met Oostende is altijd gebleven. “Mijn zoon Emiel, 24 intussen, is hier zelfs geboren. An, mijn vrouw, wilde absoluut onder water bevallen. En dat kon toen in West-Vlaanderen alleen in het Serruys-ziekenhuis in Oostende. Het moest zout water zijn, zeker?! (schatert) Geen flauw idee eigenlijk of Emiel blij is dat op zijn paspoort Oostende staat. Het was midden in de zomer, een fantastische week: ‘s morgens gaan zwemmen en dan naar het moederhuis.”
Er hangen alleen maar schone herinneringen aan Oostende. En wilde avonturen, Opbrouck was er zowel master van het Film Festival Oostende als curator van Theater aan Zee. “Ik weet nog hoe ik om 5 uur ‘s morgens over de dijk naar mijn appartement heu… pikkelde en ik plots oog in oog stond met een gigantische affiche van FFO: Wim Opbrouck getransformeerd tot vrouw. Oh my god! En hoe we met de Dolfijntjes op TAZ optraden op een boot die door ons geweld letterlijk dubbel plooide. En die keer dat we het festival met een nogal wild optreden zo rond 2 uur ‘s nachts hadden afgesloten.”
(lees verder onder de foto)
“Ik kwam van het podium en backstage wachtten mijn kinderen, nog heel klein, mij op. Papa, papa, er is iets gebeurd! En dan mijn vrouw: we zijn wég, we blijven hier niet! Een beginnende brand in het appartement waar we logeerden. Ze waren met natte handdoeken voor de mond ontsnapt, sleutels en portefeuilles mee. Papa direct mee naar Bavikhove! Oostende…. Ik weet ook nog hoe ik een keer met Johan Vande Lanotte door de ruïnes van de Grote Post liep. “Hier maken we een cultuurcentrum van. Het zal wel, dacht ik. Hij hield woord, het is een fenomenale plek geworden.”
Dan is er ook nog zijn IOBZ, in oprichting. Opbroucks Instituut voor Onderzoek naar de Betovering van de Zee. Doel: de “ultieme” film over een expeditie van wetenschappers en kunstenaars over de zee in al haar facetten. “Een ode aan onze elfde provincie.”
Maar genoeg zee!
We moeten nog vragen stellen.
***
Waar begin je met Wim Opbrouck, 51 intussen? Duizendpoot. Acteur, muzikant, zanger, televisiemaker, tekenaar… Het kadertje Bio hier verder is honderd keer te klein voor alle films en series waarin hij acteerde, voor alle televisieprogramma’s die hij presenteerde en/of animeerde. Dan zijn er nog zijn talloze muziekprojecten, met voorop zijn heerlijk baldadige groep De Dolfijntjes, na de zomer weer op tour. En dan staat hij ook weer op de planken met zijn nieuwe theaterstuk Jungfrau. En volgt eindelijk zijn overzichtstentoonstelling in de Sint-Pietersabdij in Gent. Ook de Bake Off mogen we niet vergeten, heel Vlaanderen bakt. Eindeloos is het.
Hoe omschrijf je Wim Opbrouck? Een artiest in de puurste vorm, een clown in ‘t diepst van zijn gedachten. We gaan veel lachen vanavond, weten we nu al. Een zachte, poëtische beer, een reus in de zo geplaagde culturele wereld vooral. Dan wel één die weigert te zeuren, zal hij drie, vier keer benadrukken – hij is liever wat hij noemt een jihad van liefde. Een levenskunstenaar, dat vooral?
Zoon van een verpleegster en een leraar die voor de socialisten in Bavikhove, waar Wim en zijn jeugdliefde An nog steeds wonen, ooit schepen was van Feestelijkheden.
Zo mooi kunnen engagement en amusement samenkomen in een nakomeling. Het woord podiumbeest is voor hem uitgevonden. Ha, daar beginnen we: in onze voorbereiding vonden we een uitspraak van Opbrouck in 2017: als op een dag alle theaters gesloten worden, is er meer tijd om rustig na te denken.
Je kreeg drie jaar later door de coronacrisis drie maanden alle tijd.
“Eens drie maanden niet in de file staan en parking moeten zoeken! Tijd om veel te lezen, te koken, De Toverberg van Thomas Mann te bestuderen, te tekenen… En ik had gelukkig nog wel mijn werk. Mijn televisiepoot, de voorbereiding van mijn tentoonstelling, veel audio gedaan, onder meer voor het vernieuwde Ensormuseum en het Museum voor Schone Kunsten. Voor VIER heb ik vijftig dagen lang elke dag een liedje gemaakt. Dat was echt therapeutisch. Dagelijks zo’n 7.000 keer bekeken en hartverwarmende reacties gekregen. Dank u… Ik ben net vertrokken uit de Intensive care van het UZ in Gent en nu doe je mij lachen… Ik kon de vraag van mensen die filmpjes vroegen om mensen een hart onder de riem te steken, niet meer bijhouden… Op den duur voelde ik mij een rouwclown.” (lacht)
(lees verder onder de foto)
“Soms vergaderingen van twee uren, het ene puntje na het andere: die school vraagt een Slimste Mens-vraag, een moeder die 50 jaar wordt, Meyrem Almaci die een filmpje vraagt voor haar boek… Ik heb haar in een lange mail uitgelegd dat ik politiek neutraal wil blijven. Maar het was allemaal ergens wel een troost voor mij ook. Er was nog een publiek. (grinnikt) Als ik thuis op mijn eentje accordeon zit te spelen en mijn vader komt in de hof werken, weet ik dat hij denkt: is die nu aan het wérken? Maar dat die lockdown voor mij zo is meegevallen, is ook te danken aan An en Emiel en zijn lief. Mijn dochter Marthe is al de deur uit, maar Emiel trok met zijn vriendin bij ons in. Onze bubbel van vier: fantastisch! En om 19.30 uur zat iedereen netjes aan tafel!” (lacht)
De hele culturele sector bloedde dood, maar een Wim Opbrouck komt dan niet meteen in financiële problemen?
“Businesswise moet ik natuurlijk blij zijn dat ik veelzijdig ben. Maar de eerste dag was ik toch even in paniek en sliep ik niet gerust. Ik kan heus nog niet rentenieren. (trots) Al doe ik flink aan pensioensparen! En meer dan dat! Maar ik zet mij ook in voor de generatie na mij, ik moet zeker nog een jaar of tien dit prachtige vak kunnen blijven doen. En het is toch altijd weer van nul herbeginnen. Mijn naam opent misschien wel makkelijker de deuren van politici en ondernemers, maar het blijft elke keer opnieuw een project pitchen, financieringen zoeken enzovoort. Regisseur Stijn Coninx gaf me een keer een lijst van alle filmprojecten die niét zijn doorgegaan. Eindeloos. En ik ben een zelfstandige. Uit solidariteit voor de mensen die er meer nood aan hadden, heb ik geen compensatiepremie aangevraagd. Maar toen onze ruitenwasser zich verbaasd toonde dat hij nog mocht komen, dacht ik toch: hoe lang nog vooraleer ik mijn ramen zelf zal moeten wassen?”
“Maar ik heb me vast voorgenomen niet te veel te zagen. Had onze generatie dan echt verwacht nooit eens op haar doze te krijgen? Zijn we dan echt zo verwend dat we deze pandemie moeten vergelijken met de Tweede Wereldoorlog? Ik heb mij enorm geërgerd aan termen als oorlog, frontlinies… Wat hebben we nu meegemaakt? Er was toch overal brood, vlees, melk? Ik snap ook niet dat een economie die drie maanden stil ligt, zoveel schade kan toebrengen. Al die grote bedrijven met hun grote winstmarges moeten toch een paar jaar kunnen overleven? Ik onthou dan liever de positieve zaken. Plots zagen we in Venetië (jubelend) kláár wáter! En overal zuivere lucht, een natuur die ontplofte, stilte… En het solidaire applaus voor de zorgkundigen, zoveel mooie, creatieve initiatieven… Ach, al mijn hele leven hoor ik dat het niet goed gaat. Het was altijd iets: de Varkensbaai, de oliecrisis in de jaren ’70, in de jaren ’80 dachten we dat er een bom ging vallen… De schrijnende armoede onder Thatcher, de burgeroorlogen in Joegoslavië, Nine Eleven… De mens is van nature niet geneigd de vrede te bewaren. Dan zeg ik: En avant… Marche…!“
Intussen klaagt de hele culturele sector steen en been.
“Het was nooit een vetpot, natuurlijk. De overheid strooit met steunmaatregelen, maar niet voor cultuur. Al zijn er nu steeds meer versoepelingen, er zitten nog altijd te veel kunstenaars zonder inkomen. We moeten dus oplossingen zoeken. Als de Schouwburg van Brugge het protocol volgt, kunnen er 150 toeschouwers binnen: twee keer spelen op een avond dan maar? Als je gesubsidieerd bent, is dat misschien nog te doen. Ik werk evenwel ook niet-gesubsidieerd, heb voor mijn Singalongs (liedjesprogramma, red.) volle zalen nodig. Men zit al met 300 personen urenlang naast elkaar in een vliegtuig en zelfs de prostitueebars zijn open, maar over de culturele sector wordt gezwegen. Dan gaat het niet alleen over wij die op het podium staan, maar over de hele onderliggende economie. Al wil ik hier niet klagen over onze sector, iederéén zal de rekening gepresenteerd krijgen. Er wacht ons nog een enorme recessie, dat is duidelijk.”
(lees verder onder de foto)
De Engelse Sunday Times bevroeg de bevolking welke sectoren het meest steun verdienden. 71 procent noemde ‘artist’ het minst essentieel.
“Tja… Ik las ergens Don’t think that you can survive the lockdown without music, books, movies, art and… porn… Ik kan je zeggen: mijn vrouw en beide kinderen werken allen in sectoren van de zorg. Ook Emiel die turnleraar is, moest opdraven. Mijn huis was soms een callcenter. We reden zelfs rond om toiletstoelen op te halen voor het zorgcentrum waar mijn vrouw werkt. Wel: na het werk grepen ze snel naar alle mogelijke vormen van cultuur.”
Maar het podiumbeest in jou moest bedwongen worden?
“Dat is het. Mag ik dat erg vinden: het liefste wat je doet, niet meer kunnen doen? Vlak voor de lockdown was ik met Wilfried de Jong aan het werken aan het toneelstuk Jungfrau. En dan wordt dat afgesneden. Coïtus interruptus! Aaargh… Zelfs voor een vijftiger niet plezant, hé! Alles wat ik doe, is bestemd om getóónd te worden aan een publiek. Een publiek dat snakt naar entertainment. Cultuur is niet alleen theater of poëzie, het is ook 10.000 mensen die op en voor het podium uit hun dak gaan. Of in voetbaltribunes. Springen, zweten, vechten, elkaar vastpakken… Een duiveluitdrijving. Uwen beir ontbinden, is de mooiste West-Vlaamse spreuk. Nu moest alles online. Ok, maar… Ik heb al foto’s van een lege schouwburg gepost. Akelig… Eén geruststelling evenwel: de twee oudste beroepen zijn prostitutie en theater. Die twee beroepen zullen nooit verdwijnen.”
Herman Teirlinck zei ook: theater zal nooit vergaan.
“Absoluut. Het zal vervellen, in andere vormen terugkeren. Maar het zal alleen samen met de mens ten onder gaan. Als de bijen stoppen met zoemen.”
Weet je wat jij ooit nog eens moet worden? Minister van Cultuur. Na een miljoen liedjes, duizend theaterstukken en honderd films ken je als geen ander het terrein.
“Een speler is daarom nog geen goede trainer. Maar ik zou dat doen, ik zou de allerbeste kabinetschef kiezen. En ik kan ook goed bruggen bouwen. Weet je, het liefste wat ik deed als directeur van NT Gent (tussen 2010 en 2015, red.) was met politici spreken.”
***
De zon schuift aarzelend in zee. We moeten foto’s nemen. Opbrouck was gewaarschuwd. Foto’s in zee? Hij had teruggemaild: Ach zo…zwemmen hmm….ik dacht eerder aan een diepgravend, ernstig interview, eventjes therapeutisch de ziel blootleggen op kosten van De Krant van West-Vlaanderen?
Je zei daarnet dat je politiek neutraal wil blijven. Dat is interessant, met je rood bloed.
“Ik ben al veel gevraagd, maar toch blijf ik liever politiek dakloos. Allez, wel eerder aan de linkerzijde. Ik kom natuurlijk uit een rood nest, toen het socialisme nog stond voor syndicalisme, rechtvaardigheid en solidariteit. Dat is nog altijd een beetje zo, maar ik ben het vooral beu te leven in een land dat (denkt na)… Na de corona zie je dat er watertekort is in fucking Vlaanderen?! En hier komt de stem van de onderbuik van Vlaanderen: ik betaal belastingen, mag ik dan niet verwachten dat er voldoende water is ? En geen koffiefilters in de mondmaskers zitten? In het zuiden van Spanje hebben ze meer water dan hier! En het racisme, de racistische moppen… ik heb het helemaal gehad. Ik spreek met iedereen. Behalve met die ene partij die zo homofoob, racistisch en xenofoob is. Luister, ik lees veel, ken de geschiedenis van onze wereld. Het is zó gevaarlijk wat er nu aan het gebeuren is, die hele verrechtsing in Europa. Daarom ben ik aan het twijfelen. Moet ik mij niet nog méér engageren? “
Hij trekt intussen alles, op zijn onderbroek na, uit om in het water te gaan. Hij poseert graag: “my guilty pleasure.“
(lees verder onder de foto)
Conner Rousseau mag je bellen?
“Instant karma! We hadden gisteren nog contact. Via Instagram. Door mijn ongerustheid over wat met de wereld gebeurt, vind ik Rousseau heel interessant. Zonder hem de nieuwe Steve Stevaert te noemen. Net zoals Evenepoel niet de nieuwe Merckx is. Ik ben socialist en draag sneakers van 400 euro en schaam me daar niet voor: tof! Ik vind het ook goed dat hij de naam SP.A wil veranderen. Mijn vader was als sos ook zo en ik wil ook zo zijn: nooit een oude krokodil worden. Ik wil altijd de jeugd steunen, koester instagramvriendschappen met jonge, geïntegreerde Afghanen en Syriërs… die dikke hamburgers eten en een lief hebben in Heule. Fantastisch, toch: Ahmad met Tineke van Heule! Dat is de wereld waarin ik wil leven. Een humane, rechtvaardige, solidaire wereld. Een utopie, zeker? “
***
Na een half uur pletsen in het koude water volgt nog een fles wijn in de bar van het hotel. “Zet maar op mijn rekening.”
Het leven is geestig.
“Work hard, play hard. Mij amuseren is een belangrijk aspect. Ik wil na dertig jaar op de planken nog een jaar of tien doen wat ik nu allemaal doe.”
Dat is heel veel. Hoe scheef is hier nu de vergelijking met ex-voetballer Marc Emmers? Wel Rode Duivel, maar juist door zijn polyvalentie op geen enkele positie een onbetwiste topper.
(geprikkeld) “Bedoel je nu dat ik als acteur geen topper ben? Ik heb wel een Gouden Kalf (Grote Prijs Nederlands Film Festival, red.) gewonnen! Ik heb overal in de wereld, tot in Australië gespeeld, in Frankrijk en Italië belangrijke rollen, in de grootste Nederlandse films… Misschien moet ik dat meer uitroepen. Maar als het publiek mij meer zou zien als een plezante duizendpoot, dan is dat maar zo. Eigenlijk vind ik het eerder tof dat ik niet voor één gat te vangen ben. Niet alleen presentator, alleen acteur, alleen zanger. Het plastisch werk van Hugo Claus, de schilderijen van Bob Dylan… die zijn ook best goed, begrijp je? Jean Gabin was in Frankrijk een topacteur én topzanger, maar in Vlaanderen word je als multitalent, zoals ik mij hier nu even noem, anders bekeken. Jan Decleir, ook een begenadigd tekenaar, is voor mij een soort kompas. Nog meer zelfs door zijn enorme generositeit om met de jongere generaties samen te werken. In Ten Oorlog, een theaterstuk van 12 uur, speelde Jan een bijrol en ik de hoofdrol. Maar hij steunde mij ongelooflijk. Daarom die ene theaterfoto bij mij thuis: de grote Decleir in de schaduw van een jonge gast. Daar spiegel ik mij aan. Ik zou nooit willen verzuren. Ik wil mooi oud worden.”
Wat kan je het best, vind je? Of wat doe je het liefst?
“Wederom karma: mijn vader kwam toevallig vandaag binnen met mijn diploma dat hij had gevonden. Afgestudeerd aan Studio Herman Teirlinck. Cum Laude. Toneelspeler is mijn diploma, Frank. Ich bin im grunde genommen ein Schauspieler. Het medium waarin ik excelleer. Vroeger durfde ik dat niet zeggen, nu wel. Ik ga stoefen: een niveau boven Marc Emmers… Luc Nilis!”
Maak eens een balans op. Privé dan.
“Het klinkt melig, maar ik heb mijn vrouw tijdens de lockdown gezegd: ik ben heel gelukkig vast te stellen dat ik dit met jou mag delen. Wij zijn een Netflix-koppel geworden (lacht). Wat de kinderen betreft: eerst alle égards voor mijn vrouw, zij heeft alles geproducet terwijl ik veel op tournee was. Maar tegelijk kan ik met mijn hand op mijn hart zeggen dat ik er ook veel ben geweest. Toen mijn dochter Marthe haar brevet 25 meter zwemmen moest halen, vlóóg ik van de repetitie in Antwerpen naar het zwembad. Als in een Hollywoodfilm. Marthe werkt in de bijzondere zorg, Emiel zit in het onderwijs. Ik ben er trots op dat ze ook maatschappelijk geëngageerd zijn en dat ze het zo goed doen.”
Een laatste. De zon is weg en de fles bijna leeg. Je wilde je ziel toch blootleggen? Zou je het podiumbeest kunnen spelen als er een dierbare net is gestorven?
“Een moeilijke. Ik ken zulke situaties (nadenkend) Mijn vader zou zeggen: spélen godverdomme! (lacht) Toen één van mijn beste maten Marc Van Eeghem stierf, heb ik ‘s avonds gespeeld. Ik zei nochtans eerst: ik kán dat niet. Maar ik ben begonnen met een flauwe mop. Ter ere van Marc, de koning der flauwe moppen, zei ik tegen het publiek. Humor kan helpen in de meest tragische momenten. Op de begrafenis van Marc hebben we in een bomvolle Bourla-schouwburg tranen met tuiten gelachen met filmpjes van Tommy Cooper. (even stil) Het lijkt me wel fantastisch om tot je laatste dag te kunnen spelen. Zoals Johny Voners.”
***
De nacht is kort, maar bij het ontbijt is Wim alweer meteen in vorm. Nóg foto’s, hoera! Het strand is nog verlaten, de zee is onder een schrale, opkomende zon …
Betoverend, jawel. Tijd, tussen koffie en croissant, voor de traditionele spreuken die we elke gast ‘s ochtends voorleggen.
Eén over die betoverende zee.
(lees verder onder de foto)
Een getrouwde man vormt huwelijkse gewoonten en wordt afhankelijk van het huwelijk, net zoals een zeiler afhankelijk wordt van de zee – George Bernard Shaw, 1856-1950.
(schatert) “Bij ons thuis is er een andere kapitein! Andere spreuk aub.”
Allez vooruit. Poëzie is de kunst de zee in een glas te vangen – Italo Calvino…
(enthousiast) “Ken ik! Een geweldige schrijver. Perfecte spreuk ook.”
En dan één voor de opkomende zon.
Er is een dubbele bodem zon voor nodig om de bodem van menselijke domheid te verlichten – Jean-Paul Sartre, 1905-1980.
“Dit is er een voor Hannelore Vanhoenacker van de Kortrijkse CD&V, die de 150.000 euro voor Kortrijk SINKSEN virtueel in vraag durfde stellen. 65.000 mensen hebben naar Sinksen in de wolken gekeken! Ik was in shock door die onnozele uitspraak. De artiesten kwamen voor peanuts optreden en het heeft een heleboel mensen die al maanden technisch werkloos waren tenminste een béétje werk gegeven. Maar verder erger ik mij eigenlijk al niet meer aan dat soort menselijke domheid. Wel aan lompheid. En aan het spuwen van kwetsende, beledigende meningen op sociale media, soms beangstigend zelfs.”
Maar hij kent een betere over de zon.
(declameert) “Er zijn mensen nodig die zonnen aansteken….Toon Hermans!”
Juist. Dat is Opbrouck.
(zingt zacht) “Laat de zon in je hart.. Geniet van het leven. Want het duurt toch maar even…”
Bio
Geboren op 5 februari 1969 in Bavikhove
Acteur, televisiemaker, muzikant, zanger, tekenaar, presentator…
Hij speelde sinds 1992 in tientallen films (Ad Fundum, Frits & Freddy, Café Derby), talrijke theaterstukken (Ten Oorlog, En Avant Marche) en een resem succesvolle televisieseries (Tytgat Chocolat, In Vlaamse Velden, In De Gloria).
Hij was van 2010 tot 2015 artistiek directeur van stadstheater NT Gent en is momenteel vooral populair als presentator van Bake Off Vlaanderen.
Wim woont nog altijd in Bavikhove, is getrouwd met Ann en heeft twee kinderen: Emiel en Marthe.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier