Groentebedrijf Verduyn uit Kortemark en het uitzendkantoor Adecco moeten zich voor de strafrechter verantwoorden voor een heftruckongeval waarbij een Franse arbeider het leven liet. De man had geen opleiding genoten om met het voertuig te rijden.
Op 26 juli 2017 was een 30-jarige uitzendkracht uit Frankrijk bij groentebedrijf Verduyn in Kortemark met een zware heftruck bakken met wortelen van de snijlijn naar de koelwagen aan het vervoeren. De man nam een bocht te snel waardoor het gevaarte kantelde en op hem belandde. Het slachtoffer, dat nog maar drie maanden bij Verduyn aan de slag was, overleed in het ziekenhuis aan zijn verwondingen.
“Het onderzoek wees uit dat hij geen attest had om de heftruck te besturen”, stelde de arbeidsauditeur vrijdag in de Brugse strafrechtbank. “Hij had er dus nooit mee mogen rijden.” Volgens de arbeidsauditeur ging ook het uitzendkantoor Adecco in de fout. “Hadden ze daar de werkpostfiche met het slachtoffer overlopen, hadden ze gezien dat hij niet over de nodige kwalificaties beschikte. Die nonchalance was een grove fout. De werkpostfiche is geen vodje papier”, klonk het streng.
Voor de firma Verduyn vroeg de arbeidsauditeur een geldboete van 24.000 euro, deels met uitstel. Voor het uitzendkantoor werd dezelfde boete gevraagd, maar dan effectief. De firma Verduyn drong aan op de vrijspraak. “Er geldt in het bedrijf een absoluut verbod om zonder attest met een heftruck te rijden“, stelde de raadsman van het bedrijf. “Dat de mensen op de werkvloer het toch oogluikend toestonden, kan de bedrijfsleiding niet verweten worden. Iedere arbeider moet trouwens zo’n attest hebben.”
Ook Adecco waste de handen in onschuld. “Het slachtoffer was een losse arbeider en die werd niet verondersteld met een heftruck te rijden”, stelde advocaat Luc Arnou. “Dat elke arbeider zo’n attest moest hebben, wist mijn cliënt. Toen Adecco de firma Verduyn er attent op maakte dat hij geen attest had, bleek dat trouwens geen bezwaar. Hij ging daar wel de nodige opleiding krijgen.” Heel wat familieleden van het slachtoffer stelden zich burgerlijke partij in de zaak en vragen in totaal 26.400 euro schadevergoeding. De uitspraak volgt op 10 januari.
(AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier