Bekaert trekt van Zwevegem naar Duitsland, op zoek naar zijn machines

Duitse soldaten bij wat afgewerkte prikkeldraad in de firma Bekaert. De Duitsers hadden het moeilijk om te arbeiders tot een aanvaardbare productie te dwingen. © Repro DVZ
Redactie KW

Langzaam maar zeker. Zo kan je de heropstart van de firma Bekaert na de bevrijding beschrijven. ‘In Etappengebied’, het boek van auteur Jan Deloof, beschrijft hoe Zwevegem er tijdens en na de Eerste Wereldoorlog aan toe was. “De Bekaerts zijn zélf naar Duitsland getrokken, op zoek naar hun overgebrachte machines”, vertelt Jan.

In Etappengebied bundelt tal van getuigenissen over de Eerste Wereldoorlog in en rond Zwevegem. Er gaat veel aandacht naar het verhaal van de toenmalige pastoors van Zwevegem en Sint-Denijs, alsook naar dat van dokter Froedure, eveneens uit Sint-Denijs. Vooral het verhaal van de heropstart van Bekaert toont aan hoe zwaar Zwevegem het te verduren had gekregen.

“Na het definitieve einde van de oorlog keert Leo Leander Bekaert naar Zwevegem terug. Hij stelt met lede ogen vast hoe zijn werkplaatsen zich in een erbarmelijke toestand bevinden. De Duitse bezetters gebruikten de fabrieken van Bekaert om allerlei zaken te fabriceren die aan het front konden dienen“, vertelt auteur Jan Deloof. “De uitrusting werd echter zeer slecht onderhouden. De bezetters hadden het bovendien niet onder de markt om de weerbarstige arbeiders tot een aanvaardbare productiviteit te dwingen.”

Wederopbouw

Leo Leander Bekaert, inmiddels 63 jaar geworden, vertrouwde de dagelijkse leiding van de zaak meer en meer aan zijn twee zonen, Maurice en Leon Antoon, toe. “Met ongemene krachtdadigheid werd de wederopbouw aangevat en doorgevoerd. In 1918 was zelfs een belangrijk gedeelte van het machinepark naar het Roergebied weggesleept”, aldus Jan. “Maurice kreeg de leiding van de productie. Door de zeer zware schade veroorzaakt door de oorlog moest hij op zoek naar productie-uitrusting, wat beslist niet eenvoudig was. Samen met zijn vader slaagde hij erin een deel van de naar Duitsland overgebrachte machines op te sporen en naar Zwevegem te laten terugkeren.”

“De opmars van de firma Bekaert, gestuit in 14-18, kon opnieuw beginnen”

“Een andere bron zegt dat het vader Leo Leander zelf was die op zoektocht ging”, zegt de schrijver nog. “Hij zou door toedoen van Fritz Esser, een Duitse meestergast die al van rond 1895 in Zwevegem woonde, het adres bekomen hebben van de officier die bij de ontmanteling van de machines het bevel voerde. Hij zou bij die kerel aangebeld hebben en slechts één zinnetje hebben uitgesproken: “Ich bin Bekaert, von Zwevegem”. De man ging bijna van zijn stokje van de alteratie, maar heeft dan toch de gewenste inlichtingen gegeven. En zodoende werden de weggesleepte machines grotendeels teruggevonden.”

Burgemeester Marc Doutreluingne van Zwevegem, Robert Santy (co-auteur), Luc Vanassche (voorzitter heemkundige kring Amantine), auteur Jan Deloof en André Velghe (Amantine) bij de voorstelling van 'In Etappengebied'.
Burgemeester Marc Doutreluingne van Zwevegem, Robert Santy (co-auteur), Luc Vanassche (voorzitter heemkundige kring Amantine), auteur Jan Deloof en André Velghe (Amantine) bij de voorstelling van ‘In Etappengebied’.© GJZ

Vuil en smerig

De opmars van Bekaert, gestuit in 14-18, kon opnieuw beginnen. Maar de ravage die de bezetter aangericht had, was groot. Er was geen draadtrekmachine, geen triagemachine, spoelmolen noch bobijnmolen. Alles was meegenomen door de Duitsers.”

“Daniël Vandenhende begon enkele maanden na de wapenstilstand bij Bekaert te werken. Hij beschrijft de harde situatie waarin de werknemers zaten: ‘Ik zat in de zinksmelterij. Dat was allemaal afval van zink en zinkplaten, voornamelijk uit de frontstreek. Bekaert kocht die oude zinkplaten, zelfs zink uit lijkkisten, en dat kwam daar allemaal toe. Soms zaten er dan nog koppen van obussen in, dat ontplofte nu en dan als het in de zinkbak kwam! Dat stonk ook, en het was vuil en smerig. Maar we waren dat gewoon. Meer nog, een wasplaats was er niet. We moesten trachten ievers een ketel water te vinden om ons een beetje te wassen.’ Aangenaam was het niet, maar Bekaert keerde beetje bij beetje terug”, besluit Jan. (Dominique Vandenberghe)

Feiten

Zaterdag 19 oktober: de ‘Ortskommandantur’ waarschuwt de bevolking de gemeente te verlaten of te schuilen in de kelders. Het is streng verboden Zwevegem te verlaten richting Kortrijk.

Zondag 20 oktober: Engelse soldaten trekken Zwevegem binnen, terwijl de Duitsers in hun aftocht de spoorlijn en alle bruggen over het kanaal vernietigen. Niettemin is Zwevegem bevrijd.

De dagen daarop vallen echter nog vele slachtoffers. Het mag een wonder heten dat er in Zwevegem tijdens de bevrijding ‘slechts’ vijf burgerslachtoffers vielen.

Zaterdag 26 oktober: Otegem wordt bevrijd. Vanuit stellingen op de Kluisberg en de Kwaremont bestoken de Duitsers het gebied met gas!