‘La douce France’ in de Caraïben

Ontstressen in een altijd zonovergoten en tropisch stukje Frankrijk ? Het is mogelijk, zelfs in deze barre pandemie-tijden. Welkom op Martinique, waar de voertaal Frans is, er met de euro wordt betaald en… er Franse flitspalen staan.

Op een verrassend groen Martinique kan je aan de ene kant van het eiland zwemmen in de Atlantische Oceaan en aan de andere kant in de Caraïbische Zee. De afstand tot de verste punten van het eiland bedraagt 80 kilometer in de lengte en 39 kilometer in de breedte. Geen enkele plaats bevindt zich op meer dan 12 kilometer van de zee. Bekende eilandbewoners waren politicus Victor Schoelcher, die in 1848 de slavernij afschafte op het eiland en Joséphine de Beauharnais, die geboren is in Trois-Ilets, trouwde met Napoleon Bonaparte en in 1804 keizerin van Frankrijk werd.

Toch hebben we het gevoel op de snelweg tussen Kortrijk en een groot winkelcentrum in Roncq te rijden wanneer we ons van de luchthaven naar Fort de France, de hoofdstad van Martinique, verplaatsen in onze huurwagen. Overal langs de autosnelweg zien we de grote Franse retailers zoals Hyper U, Darcy, Lapeire of Décathlon. Pas wanneer we het centrum van Fort de France naderen beseffen we dat we ons op een ander continent bevinden. Heel veel mooie bloemen en planten langs de kant van de weg, majestueuze palmbomen, de snelweg die het heuvelachtige Fort de France doormidden snijdt en flitspalen die jammer genoeg blijken te werken.

Vrolijke kleuren

Wanneer we de afslag nemen naar het centrum gaat het zachtjes bergaf tot aan de zee. Fort de France is een open, luchtige en zeegerichte stad waar 100.000 van de 400.000 inwoners van Martinique wonen. De stad werd in 1669 gesticht. Een imposant fort heerst over deze havenstad waar cruiseschepen graag aanmeren voor enkele dagen.

Fort de France is een prachtige stad om te ontdekken: kleurrijke Creoolse villa’s met houten veranda’s, overdekte markten en levendige bars en bistro’s. Absoluut te bezoeken zijn de Cathédrale Saint-Louis, de Place de la Savane met zijn leuke bars en restaurants en de vlakbij gelegen Bibliothèque Schoelcher. Het gebouw werd in 1889 door architect Henri Picq ontworpen voor de wereldtentoonstelling van Parijs. Na de expo werd het ontmanteld, verscheept naar Martinique en er heropgebouwd waar het nu nog altijd dienstdoet als nationale bibliotheek. Een juweeltje dat zeker enkele uren vraagt om te bezoeken.

Wanneer we Fort de France verlaten en de kustlijn volgen, rijden we door pittoreske kustdorpjes die vragen om ontdekt te worden. Case-Pilote werd genoemd naar de Indiase chef Pilote die er woonde. Het dorp aan zee is een absolute topper. Er wonen wellicht meer hanen dan inwoners maar diegenen die er wonen, zijn gezegend met misschien wel het mooiste uitzicht ter wereld. Zoals Jessica, die er op het strand een ecoshop uitbaat met uitwasbare make-updoekjes, zelfgemaakte zeep en zelfgevlochten hoeden van palmbladen. Haar man Paul zeilt met toeristen naar prachtige inhammen waar het heerlijk snorkelen is. De vers bereide biolunch wordt aan boord van de catamaran gegeten. Daarna is het tijd voor een siësta in de netten of voor nog een uurtje snorkelplezier. Net voor de ondergaande zon zeil je terug naar Case-Pilote. Een 100% zenbeleving en dus een absolute aanrader.

Vleugje kunst

We volgen de kustweg verder en rijden door Bellefontaine. In dit vissersdorp verkoopt iedere vrouw vis of maakt ze visgerechten klaar op de promenade aan zee. Verser dan hier kun je de vis onmogelijk eten. Enkele kilometers verder houden we halt in Le Carbet, waar we de musea van Laval en Gauguin bezoeken. Hun schilderijen komen er uitstekend tot hun recht. Onze laatste halte van de dag is Saint-Pierre, waar we in het pottenbakkerswinkeltje Sable et Cendre kennismaken met Miguelle. Deze dame geeft er begeesterende keramiekworkshops en verkoopt ook mooie voorwerpen in keramiek.

In Case-Pilote heb je het mooiste uitzicht ter wereld

De volgende dag nemen we de ferry vanuit Fort de France naar Anse Mitan. Dit strand of anse is zeer populair omdat het slechts twintig minuutjes varen is vanuit Fort de France. In het vlakbij gelegen Trois-Ilets bezoeken we La Savane de l’Esclavage waar stichter Gilbert Larose en zelf afstammeling van slaven, ons persoonlijk een beklijvende uitleg geeft over de geschiedenis van Martinique. We bekomen van ons bezoek in restaurant La Voile Blanche in het dorp Le Diamant. Van een wauw-locatie gesproken! Heerlijk lunchen met de voeten in het zand onder een parasol, een deugddoend zeebriesje dat voor afkoeling zorgt en een prachtzicht op de turkooiskleurige zee met een grote, eenzame rots (Le Diamant) in. Op Anse Caffard houden we even halt bij een memoriaal dat uitkijkt over de Caraïbische Zee. Het bestaat uit 15 monumenten en staat op de plaats waar het laatste schip met zwarte slaven aankwam op Martinique.

Rum degusteren

In Trois-Ilets moeten we wel het geboortehuis van keizerin Joséphine de Beauharnais bezoeken. Nu is het een museum maar ook de botanische tuin is meer dan de moeite, net als de ruïne van een suikerrietfabriek naast de suikerrietvelden.

Van de suikerrietproductie is het maar een kleine stap naar de rum en daar is er meer dan genoeg van op Martinique. Wij kiezen Maison La Mauny uit voor een bezoek en we hebben het ons niet beklaagd. La Mauny produceert al AOC-rum sedert 1749. In deze nog werkende ‘rumfabriek’ kan je het volledige productieproces volgen. Proeven van alle mogelijke rumsoorten mag gelukkig ook. Nadien is het genieten van de rust op Anse Mitan tot zonsondergang.