Emile Vanspeybrouck (16) leeft toe naar komende weken: “Ik droom al een hele tijd van de klimkoersen”
Emile Vanspeybrouck (16) is goed begonnen aan zijn tweede campagne bij de nieuwelingen, maar kijkt vooral uit naar het grote werk dat er nog zit aan te komen. Vooral enkele klimkoersen staan met stip aangeduid. “Ik weet al een tijdje dat ik goed kan klimmen.”
Emile Vanspeybrouck begon als laatstejaarsminiem te koersen en is nu aan zijn zesde seizoen in het peloton bezig. De voorbije maand liet hij al enkele mooie ereplaatsen optekenen: een elfde plek in Sint-Maria-Lierde, een tiende in Ichtegem en een veertiende vorig weekend in Zandvoorde-Zonnebeke. “Net als de week ervoor in de Beker van België-manche in Boezinge, waar ik de koude en regen niet goed verdroeg, kregen we opnieuw met slecht weer af te rekenen”, vertelt Emile. “Maar ik voelde me goed en was mee toen een kopgroep van 17 renners zich vormde. Alleen is mijn sprint niet zo denderend en moest ik me tevreden stellen met een een verre ereplaats.”
Woensdag mocht Emile naar Stoumont afzakken om er klimtests voor Belgian Cycling af te werken. “Je kon je als nieuweling kandidaat stellen op basis van een lactaattest. De 25 beste renners over heel België werden geselecteerd. Ik zat daarbij. Lange beklimmingen liggen me goed”, vertelt de Ruddervoordenaar, die met gemengde gevoelens op de eerste maand van het seizoen terugkijkt. “De koers in Boezinge was echt mijn ding niet, vooral door het slechte weer. Gelukkig ging het in Zandvoorde al beter. Mijn beste prestatie tot nu toe is voor mij de koers in Ichtegem, maar de grote wedstrijden komen er pas nu aan. Hopelijk kan ik me daarin tonen. Maandag betwist ik de volgende Beker van België-wedstrijd in Moeskroen. Donderdag wacht het provinciaal kampioenschap tijdrijden in Ruddervoorde-Baliebrugge en nog eens drie dagen later is er de belangrijke interclub in Vézin.”
Emile, die uitkomt voor Cycling Team Luc Wallays-Jonge Renners Roeselare, kijkt vooruit uit naar het lastigere klimwerk in de Ardennen, maar op het PK voor eigen volk wil hij evenmin ontgoochelen. “Het zal speciaal aanvoelen om in mijn eigen dorp van start te gaan. Ik hoop dan ook op een goed resultaat, maar tot op vandaag trainde ik nog niet zoveel op het tijdrijden. Bij de nieuwelingen rijden we wel niet op een tijdritfiets. Dat is pas iets voor bij de junioren”, vertelt de Ruddervoordenaar, die school loopt in Sint-Jozef Humaniora Brugge. Daar volgt hij de richting natuurwetenschappen met optie CLIL (sommige lessen worden in het Engels gegeven, red.) volgt. “Mijn coach, Marc Hemeryck, laat me gemiddeld twaalf uur per week trainen, maar daarnaast rijd ik op droge dagen ook met de fiets naar school. Samen met provinciaal kampioen Briek Plasman, die in Baliebrugge woont. Hij volgt de richting sport-wetenschappen met optie koers in het KTA.”
Studie ook belangrijk
Over zijn toekomst wil Emile nog niet al te veel nadenken “Ik weet dat het verre van evident is om profwielrenner te worden, maar ik zou er wel veel voor opgeven om dat doel ooit te bereiken. Vooral van de klimkoersen droom ik. Ik weet al lang dat ik goed bergop kan rijden, dus was het geen verrassing dat ik vorig seizoen in de Ardennen (Vanspeybrouck werd als eerstejaars onder meer 15de in Herbeumont, red.) al goed mijn plan kon trekken. Ik besef echter maar al te goed dat studeren ook belangrijk is.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier