Harm Vanhoucke wil rotjaar zo vlug mogelijk vergeten
Harm Vanhoucke (21) maakte vanaf 1 juli de overstap naar de profploeg van Lotto-Soudal. De Aalbeekse pocketklimmer kende echter gezondheidsproblemen en kampte met bloedarmoede. In 2019 wil hij tonen dat zijn talent niet verdwenen is. “Dit was een rotjaar. Volgend seizoen moet veel beter.”
Harm Vanhoucke maakte met Steff Cras en Bjorg Lambrecht in 2016 en 2017 het mooie weer in de beloftecategorie. Vanhoucke won de Ronde van Lombardije bij de U23 (2016), pakte de eindzege in de Ronde van Navarra (2017) en eindigde verschillende keren in de top drie of vijf van enkele hoogstaande rittenkoersen die op naam kwamen van Pavel Sivakov of Egan Bernal, toptalenten in hun leeftijdscategorie en intussen aan de slag bij Team Sky. Bjorg Lambrecht maakte begin dit jaar al de overstap naar de profs, graaide een ritzege mee in de Tour des Fjords in Noorwegen en reed naar zilver op het jongste WK in Oostenrijk. Vanhoucke zelf verdween een beetje in de anonimiteit en liet het voorbije seizoen ook geen klinkende uitslagen noteren. In juli maakte hij de overstap naar de profs van Lotto Soudal en sindsdien timmert hij aan een harde weg terug.
“Je mag niet te scherp staan, anders rijd je constant in je reserves. Ook dat is een les die ik heb geleerd”
Hoe bevalt dat profbestaan jou?
Vanhoucke: “Mijn eerste koers was meteen de Ronde van Polen in augustus. Dat was echt lastig na mijn lange periode zonder competitie. Het was een WorldTour-koers waar steenhard gereden werd. Wel drie à vijf kilometer per uur sneller dan bij de beloften. (lacht) Ik heb er enorm afgezien en hing meer tussen mijn kader dan dat ik aan koersen toe kwam. Toen ben ik toch wel wat geschrokken van het niveau.”
Je was misschien niet helemaal klaar om daar te starten, na je ziekte. Leg eens uit wat er aan de hand was?
Vanhoucke: “Ik kampte met bloedarmoede en stond daardoor bijna drie maanden aan de kant. Het zorgde er ook voor dat ik het in het begin van het seizoen niet op mijn niveau presteerde. Ik was niet meer de renner van 2017.”
Hoe krijg je bloedarmoede?
Vanhoucke: “Afgelopen winter heb ik te hard getraind. Ik wou me te graag bewijzen en heb zo mezelf kapot gereden. Mijn piek lag al in februari en maart, terwijl ik wilde oogsten in mei, de maand van de belangrijke wedstrijden bij de beloften. Na mijn piek kreeg ik een complete terugval, mijn lichaam was uitgeput en dat is mijn eigen schuld. Ik was te gemotiveerd en daar moet ik lessen uit trekken voor volgend jaar.”
Jullie worden toch begeleid?
Vanhoucke: Jawel, maar het is volledig mijn eigen schuld. Als ik een trainingsschema kreeg, werkte ik elke training wat langer af dan er voorzien was. Dat kun je een paar keer doen, maar niet een hele winter. Vooral op stages ging ik te vaak in het rood. Toen ik op stage ging met Brent Van Moer, Viktor Verschaeve en Sander De Pestel heb ik me echt overzet, vier jonge gasten onder elkaar. Je weet hoe dat gaat, je wil je tonen. Alleen hadden die anderen na de stage het verstand om het wat rustiger aan te doen, terwijl ik net nog wat meer ging trainen. Dat heeft mijn lichaam uitgeput en ik moest rust nemen. Daarna moest ik opnieuw de basisconditie opbouwen. Normaal doe je dat tijdens de winter, maar ik moest dat doen in de zomer.
Na Polen reed je eind augustus de Ronde van de Toekomst voor beloften.
Vanhoucke: “Dat werd een mislukking. Ik was er met veel ambitie gestart en de eerste dagen voelde ik me fit en stond ik goed in het klassement, maar zodra er moest geklommen worden, zakte ik er volledig door. Ik kon niet meer de wattages van vroeger trappen. Mijn basisconditie was goed, maar echt diep gaan lukte me niet en ik moest de toppers laten rijden. Blijkbaar vroeg mijn terugkeer toch wat meer tijd dan voorzien.”
Hoe ga je voorkomen dat je niet weer te veel traint in de komende winter?
Vanhoucke: (lacht) “Ik ga mezelf intomen, mijn trainingsschema perfect volgen en wil in de winter een goede basis leggen om in 2019 al het goede van mij te bevestigen bij de profs. Ik moet dit rotjaar vergeten.
Ben je nog altijd zo maniakaal bezig met je voeding?
Vanhoucke: “Neen, dat heb ik ook geleerd. Je moet scherp staan als het nodig is, niet de hele tijd. Ik ben er nu minder mee bezig, probeer weer wat bij te komen. Je mag niet te scherp staan, anders rijd je constant in je reserves. Ook dat is een les die ik heb geleerd.”
Intussen reed je met de Ronde van Guangxi je laatste koers van het jaar op Chinese bodem. Hoe beviel je dat?
Vanhoucke: “Het was toch wel een beetje een cultuurshock. Het is helemaal anders koersen dan bijvoorbeeld in België door het landschap, het publiek, de beveiliging. Om de tien of 20 meter staat er een agent of vrijwilliger langs de kant van de weg. De snelweg wordt hier gewoon afgesloten tijdens de koers, maar ook erna als we met het wielerkonvooi naar het hotel rijden. Dat gebeurt niet in andere wedstrijden. Alles wordt hier echt zot geregeld. Het was alleszins een goede zaak om hier vlak voor de vakantie nog een rittenkoers van een week te rijden.
Profwielrennen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier