Baptiste Planckaert: “Pas op, eet hier geen vlees hé in China!”

Ann Braeckman
Ann Braeckman Sportjournaliste

Baptiste Planckaert koerste de voorbije week in de Ronde van Guangxi. Het was meteen zijn laatste wedstrijd bij Katusha-Alpecin. De renner keert volgend jaar terug naar het procontinentale WB Aqua Protect en wil er weer de oude worden. “De voorbije maanden voelde ik me echt slecht in de ploeg, het draaide voor geen meter en ik kijk er naar uit om opnieuw in een kleiner team te koersen, in wedstrijden die veel meer op mijn maat zijn.”

We spreken met Planckaert een uurtje voor de start van de openingsrit in de Ronde van Guangxi, in China, een verplaatsing van ruim 24 uur vanuit België en dus is de vermoeidheid nog niet helemaal uit de benen. De 30-jarige renner was liever thuisgebleven, maar de plicht roept en dus draafde hij nog één keer op voor Katusha-Alpecin waar hij twee jaar geleden zijn grote droom realiseerde: koersen in een World Tour-ploeg na een sterk seizoen bij Wallonie-Bruxelles met verschillende ereplaatsen en overwinningen.

“De sfeer bij Katusha zat heel goed, maar dit jaar is alles omgeslagen. De resultaten vallen tegen, niemand praat nog met elkaar, er is geen communicatie en het draait vierkant”

Planckaert won dit jaar de kermiskoers in Kortemark. (Foto Bart)
Planckaert won dit jaar de kermiskoers in Kortemark. (Foto Bart)© VDB

Intussen draait dat enthousiasme op een iets lager pitje. “Dit is inderdaad een verplicht nummertje”, geeft hij toe. “Om eerlijk te zijn: ik denk dat ik nog nooit zo dik tegen mijn goesting ergens ben gestart. Ik heb totaal geen conditie meer en kan in deze koers nog weinig betekenen voor de ploeg. In de tweede helft van het seizoen zijn er allerlei zaken voorgevallen in het team waardoor ik totaal geen zin meer had om te koersen. De conditie gaat dan snel achteruit en dus besliste ik een paar weken geleden om er een punt achter te zetten, mijn winter iets vroeger aan te vatten en het vizier op volgend jaar te richten. Maar kijk, ik moest nog naar Guangxi en dan zit er niets anders op dan te luisteren naar je bazen, ook al ben je niet in vorm.”

Niet eerste keer Azië

Het is voor Planckaert niet de eerste ervaring op Aziatische bodem. In 2012 was hij van de partij in de Tour of Hainan. “Koersen in China is helemaal anders dan in Europa”, weet hij intussen. “De cultuur valt niet te vergelijken, het wegdek en de banen zijn ook verschillend. In China koers je over viervaksbanen. Bij ons noemen ze dat snelwegen, hier is dat gewoon de weg. Al staat er hier wel meer publiek langs de kant dan in Hainan. Of ze iets van koers kennen, is dan weer een andere vraag. (lacht) Verder moet je hier wel voorzichtig zijn met je voeding.” Planckaert doelt op enkele cases uit het verleden, waarbij renners die in Azië of Zuid-Amerika hadden gekoerst, een positieve dopingtest aflegden wegens het eten van gecontamineerd vlees. “Iedereen kent die verhalen”, stelt hij. “Dus ik nam de eerste avond het zekere voor het onzekere en legde slechts een klein stukje vlees op mijn bord. Iemand van de ploeg zag dat en riep me meteen toe: Héla manneken, niet doen hé, geen vlees eten in China. Waarop ik het meteen langs de kant heb gelegd. We moeten het houden bij vis en kip. Dat is niet gevaarlijk voor renners en daarom knaag ik hier nu alle dagen aan van die kleine kippenboutjes…” (lacht)

“Om eerlijk te zijn: ik denk dat ik nog nooit zo dik tegen mijn goesting ergens ben gestart”

Baptiste Planckaert:
© VDB

Even terugspoelen naar eind 2016 toen Planckaert met veel verwachtingen sprak over zijn nieuwe team, waar hij in dienst zou rijden van Alexander Kristoff en ook af en toe zijn eigen kans zou mogen gaan. “Ik wilde echt wel heel graag naar Katusha en ik heb me in mijn eerste jaar ook heel goed geamuseerd en op een goed niveau gereden. Het was een plezante ontdekkingsreis, de sfeer in de ploeg zat heel goed, maar dit jaar is alles omgeslagen. De resultaten vallen tegen, niemand praat nog met elkaar, er is geen communicatie, het draait vierkant, er is geen onderling vertrouwen meer. dan valt ook de motivatie weg en voor je het weet beland je in een vicieuze cirkel.”

Uithangborden van de ploeg zijn Marcel Kittel, Tony Martin en Ilnur Zakarin. Dure vogels en daar tegenover staan slechts vijf zeges in 2018. Te weinig voor een WorldTour-ploeg. “Dat is jammer, voor iedereen van de ploeg”, vindt Planckaert. “Zelf kreeg mijn manager eind juni of begin juli van de ploeg te horen dat ik niet moest rekenen op een verlengd verblijf. Waarom is hem nooit verteld en zelf heb ik ook nooit een woordje uitleg gekregen. Een zware teleurstelling. Toen het aanbod kwam van Christophe Brandt, heb ik snel toegezegd. Ik wilde vlug zekerheid en wist van mijn passage in 2016 dat ik in een goede ploeg terecht zou komen. Ze rijden een mooi programma, één met koersen die me beter liggen dan de wedstrijden van Katusha. Soms stond ik ergens aan de start en wist ik al: daar zal ik moeten lossen. En dat bleek ook in realiteit. Dat werkt niet echt motiverend, terwijl voor mijn transfer wel was beloofd dat we ook in kleinere koersen als de Driedaagse van West-Vlaanderen en Le Samyn zouden starten. Helaas, we hebben daar nooit gereden.”

Val in 2016

Planckaert wil nu vooral vooruitkijken. “Ik sukkel al sinds mijn val in de Ronde van Wallonië in 2016 met allerlei blessures”, eindigt hij. “Een zware klap op mijn bekken zorgde voor de nodige instabiliteit. Het is moeilijk om een oplossing te vinden. Er is progressie, maar ik heb een winter nodig waarin ik dankzij allerlei oefeningen mijn core stability kan verbeteren. Een zorgeloze winter zodat ik weer kan scoren bij mijn nieuwe team WB-Aqua Protect. Daar kijk ik echt naar uit.”