We branden kaarsjes dat iedereen in Westkapelle verschijnt zonder al te veel fysieke ongemakken

“Ik ben trots als ik zie hoe hij wordt platgeknuffeld door een wereldster als Haaland na zijn zoveelste assist in drie dagen tijd voor zijn land Noorwegen.” © FREDRIK VARFJELL AFP
Henk Vanhee
Henk Vanhee Zanger 'Cowboys & Aliens' en gastblogger voor kw.be

Hard in hun muziek, hard in het supporteren voor hun club/vereniging. Dat zijn hardrockers Henk Vanhee (Club) en Roel Jacobus (Cercle). Zij vormen dit seizoen onze VAR, oftewel onze Voetbal Analyserende Rockers. Beurtelings werpen ze hun blik op de meest opvallende voetbalmomenten.

Plaspauze

Voor wie het clubvoetbal met veel aandacht volgt, tot over de landsgrenzen heen, komt een interlandperiode steevast zo ongelegen als een plaspauze tijdens een spannende film. Plots zit je te gluren naar een gedrocht als Azerbeidzjan tegen België, op een draak van een veld met voetballers als Carrasco en Tielemans waarmee de band hier op het thuisfront op zijn zachtst gezegd niet bepaald inning kan worden genoemd. Het is ook een opdracht om de beschouwende commentaar achteraf te ondergaan. Ooit waren de bespiegelingen van Jan Mulder een fijne mix van ’s mans columns en zijn ontwapenende voetbalfilosofie, maar deze periode ligt al een tijd achter ons. De duozit met Marc Degryse is voorspelbaar geworden en meestal een schoolvoorbeeld van scorebordjournalistiek. Mulder zou, als het even kon, hoogstpersoonlijk de buitenspelregels afschaffen en Degryse dient een beetje als hyperrealistisch tegengewicht om de romanticus in Mulder wat te temperen. Maar goed, als de Rode Duivels spelen gaat het land meestal in een kramp, ik kan er maar beter als een grote jongen mee omgaan. Ik neem er de website van Club bij en noteer waar alle spelers met internationale verplichtingen naartoe vliegen om de eer van hun voetballand te verdedigen.

Nusa

Met zijn negenen waren ze, de spelers uit de blauw-zwarte A-kern die vaderlandse verplichtingen hadden. Daarbovenop wil je uiteraard ook graag weten hoe het gaat met jongens als De Ketelaere en Openda, dus heb je als voetbalfan best wel iets om naar uit te kijken als je een beetje kieskeurig bent. Het meest in het oog springt toch de adembenemende evolutie die Antonio Nusa momenteel doormaakt. Van een bedeesde, overgetalenteerde tiener die te vaak het overzicht verloor naar een opwindende flankspeler die door vele topclubs met stip staat genoteerd in het vooruitzicht van een nieuwe transferperiode. Het mag gezegd: ik ben trots als ik zie hoe hij wordt platgeknuffeld door een wereldster als Haaland na zijn zoveelste assist in drie dagen tijd voor zijn land Noorwegen, maar stiekem hoop ik dat Nusa zijn ontwikkeling doortrekt in de competitie en hier ontegensprekelijke de basispion wordt die in de volgende maanden statistieken kan voorleggen waarmee Club kan dingen naar een nieuwe titel en/of beker. Het zou zonde zijn mocht Club niet kunnen profiteren van hun eigen geduldige werk om van deze jongen de wereldvoetballer te maken die iedereen in hem ziet. Er is dus werk aan de winkel, want Deila deelt geen geschenkjes uit. De Noorse trainer werd gehaald om succesrijk te zijn na het vorige, ontgoochelende seizoen en zoekt steeds naar de beste balans in zijn elftal. Het is dus niet eens zeker dat Antonio volgende zaterdag tegen Charleroi aan de aftrap komt. Mulder wordt hier geheid horendol van.

Lefgozer

Terug naar de orde van de dag, dus. Het clubvoetbal eist voor een paar weken vol alle aandacht op en voor Club betekent dit dit weekend een thuismatch tegen de Karolo’s. We branden kaarsjes dat iedereen in Westkapelle verschijnt zonder al te veel fysieke ongemakken, want ik heb het onzalige gevoel dat er niet veel mag gebeuren vooraleer we in de problemen komen wat inzetbare pionnen betreft. De spoeling achteraan is met het uitvallen van Buchanan alweer wat dunner geworden. We duimen voor streekgenoot en lefgozer Kyriani Sabbe (Ichtegem) om zijn stekje op te eisen in de blauw-zwarte verdediging. Het moet van Koen Sanders geleden zijn dat er nog iemand uit mijn geboortestreek de heilige grond op Olympia mocht betreden in die mooie blauw-zwarte strepen. Ikzelf deed trouwens ook ooit een niet onverdienstelijke poging, maar zonder verder te willen uitweiden strandde ik eerder tussen de fanatieke fans in de tribunes dan als sierlijke nummer tien achter de spitsen, wat de bedoeling was. Al zal dit verhaal voor een andere keer zijn, als ik ooit zelf de knopen in mijn levenswandel heb ontward.