Voormalig Club-speler en Cercle-coach Lorenzo Staelens over ‘Brugse derby van de eeuw’: “Een burenduel voor de titel, mooier kan toch niet?”

Lorenzo Staelens heeft een verleden bij Club, Cercle en Anderlecht. © BELGAIMAGE
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Sportjournalist

Zondagavond valt met een hoogst interessante Brugse derby het doek over de Champions’ Play-offs: Club heeft aan een gelijkspel voldoende om de landskampioen te pakken en Cercle maakt nog kans op Europees voetbal. Zo’n ‘scone’ Club-Cercle maakte ex-Club-speler en ex-Cercle-coach Lorenzo Staelens in zijn indrukwekkende carrière nooit mee. “Het is een unieke derby.”

Lorenzo ‘Lorre’ Staelens is tegenwoordig vertegenwoordiger voor chapebedrijf Carro-Bel in Ternat. Hij volgde Anderlecht-Club Brugge vorige zondag met klanten vanuit de loge van zijn werkgever in het Lotto Park. “Die mannen waren enorm content”, zegt hij, “want het zijn allemaal Club-supporters.” Voor de rest zag hij een zwakke wedstrijd. “Met veel middenveldspel en heel veel slordigheden. Anderlecht durfde precies niet, terwijl Club een heel volwassen wedstrijd speelde en verdiend won zonder echt top te moeten zijn.”

Wat leerde je over Club met het oog op de Brugse derby van zondagavond?

“Club heeft weer de vechtersmentaliteit, de fighting spirit. Iedereen doet zijn job en vecht voor elkaar. Toen Skov Olsen inviel, waren er die vreesden dat hij zijn verdedigende taak niet zou doen en het gevaarlijk zou worden voor Club, maar dat deed hij dus wel. Er staat een goeie organisatie, Odoi is met zijn polyvalentie een belangrijke factor, Nielsen en Vetlesen zorgden er op het versterkte middenveld voor dat Anderlecht daar niet veel in de pap te brokken had, Vanaken was weer de regisseur en Thiago hebben ze niet echt gemist. Je voelt dat er één geheel staat, dat ze allemaal aan hetzelfde zeel trekken en die titel absoluut willen. Maar wat we ook weten, is dat ze het van Cercle niet cadeau zullen krijgen.”

In tegenstelling tot Anderlecht is Cercle wel een ploeg die zijn tegenstander collectief onder druk kan zetten: zal Club targetman Thiago in die omstandigheden niet méér missen?

“Ja. Cercle is onder Muslic een sterk, moeilijk te bespelen collectief geworden met voorin ook nog eens een spits als Denkey die makkelijk een goal maakt. Op Anderlecht ving Club de afwezigheid van Thiago op door Vetlesen en Nielsen goed in de ruimtes te laten lopen.”

“Ik voel dat er niemand nog echt op mij zit te wachten”

Club kon dit seizoen nog niet winnen van Cercle: drie keer kwam het niet verder dan een gelijkspel.

“Een punt is nu genoeg, hé.”

Maar gevaarlijk. Dan loop je het risico dat Denkey er in de 93ste minuut één binnenramt en je een kruis mag maken over de titel.

“Ja, dat is een risico. Het wordt een zeer moeilijke wedstrijd voor Club. Ook omdat de druk toeneemt en dat nefast kan zijn, voor onzekerheid kan zorgen, zagen we zondag ook bij Anderlecht.”

De supporters van Cercle hebben een vriendschapsband met die van Union: zouden ze er plezier in scheppen, mocht Club alsnog naast de titel grijpen?

“De spelers niet, die spelen voor Europees voetbal. Maar mocht Cercle ervoor zorgen dat Club geen kampioen wordt, dan zou dat bij de Cerclesupporters wel voor euforie zorgen, denk ik. Het is een unieke derby hé, omdat Cercle het zo goed doet. Mooier kan toch niet? In mijn tijd speelde het altijd in de middenmoot of tegen de degradatie.”

Mis je het profvoetbal niet?

“Ja, ik mis het, dat ga ik niet ontkennen. Maar je moet ook realistisch zijn. Ik ben een jaartje ouder geworden, jonge gasten nemen de fakkel over en ik voel dat er niemand nog echt op mij zit te wachten. Je moet je daar ook een beetje bij kunnen neerleggen en zeggen: ik heb mijn tijd gehad, ik focus mij nu gewoon op mijn job. Dit seizoen heb ik de kans gehad om met Glen De Boeck mee te gaan naar KV Kortrijk. Maar daar ben ik niet op ingegaan omdat ik geen garantie kreeg om daar een bepaalde periode te kunnen blijven. Ik ga mijn job niet aan de kant zetten om drie, vier maanden later weer buiten te liggen. Uiteindelijk had het zelfs nog niet zo lang geduurd, dus is het een verstandige keuze geweest om het niet te doen.”

Wat zou je het liefst nog eens willen doen in het voetbal?

“Mocht ik trainer kunnen worden in Japan, dan ben ik direct weg. Het is een cultuur met veel meer onderling respect, althans dat was zo toen ik er speelde – intussen al meer dan twintig jaar geleden. In België zie ik het niet meer gebeuren. Ik heb overal mijn ideeën doorgegeven en mijn gedacht gezegd, maar dat wordt niet altijd geapprecieerd – al is alles wat ik toen verkondigd heb, uitgekomen. Ik heb geen goesting meer om met mijn kop tegen de muur te botsen.”

Je werd eind april 60. Wat verwacht je nog van het leven?

“Gewoon mijn job verder doen tot aan mijn pensioenleeftijd, met de kleinkinderen bezig zijn en overwinteren in Spanje. Als je iedere dag in de zon kunt ontwaken, word je daar blij van. In België hunkert iedereen naar goed weer. We zijn bijna juni en hebben nog geen goeie periode gehad.”