Roeier Marlon Colpaert is Oostends sportman 2024: “Niet-deelname aan de Spelen heeft me extra gemotiveerd”

Marlon Colpaert van de KRNSO boog het voorbije jaar zijn olympische frustratie om in motivatie. Hij kroonde zich in skiff tot vice-Europees kampioen en behaalde hiermee een WK-ticket. “Ik kon in Canada tonen wat ik waard ben en werd er uiteindelijk achtste. Een prestatie waar ik heel trots op ben.”
Voor Marlon Colpaert (25) was 2024 een bewogen jaar waarin hij de Spelen, toch wel het hoofddoel in zijn sportcarrière, door verschillende omstandigheden net niet heeft behaald. Uiteindelijk was hij reserve voor de lichte dubbeltwee in Parijs en had hij weliswaar een succesvol jaar, zij het in een boot alleen. Marlon werd vice-Europees kampioen in Szeged (Hongarije) in lichte skiff, met daarna het WK in Sint-Catherines (Canada) wat voor hem een heel mooie ervaring was en er op heel hoog niveau werd geroeid. “Zij die voor mij eindigden en ook enkele na mij namen deel in Parijs.”
Heeft je niet-deelname aan de Spelen je extra gemotiveerd?
“Zeker in het begin. Ik wilde bewijzen dat ik wel voldoende in mijn mars had om naar Parijs te gaan. De testen intern gaven dit ook aan. Na mijn niet-selectie had ik niets te verliezen en heb ik dan het beste in mezelf naar boven gehaald. Al bleef ik wel betrokken. Zo kon ik met de olympiërs mee op stage, met Tim Brys trainen. Hij heeft mij bijzonder veel geholpen. Zowel technisch in de boot, alsook fysiek, mentaal. Tim werd in Parijs vierde op het zwaarste nummer. Zijn ervaring heeft mij naar een hoger niveau getild. En ik ben hem daar heel dankbaar voor.”
In februari heeft het WK indoor plaats. Vorig jaar werd je vierde op een tiende van brons?
“Ik ben nu bij de zwaargewichten en ik ben er mij van bewust dat mijn ergotijd bijlange zo goed nog niet is als op eliteniveau in die gewichtsklasse. Op het water is dat heel iets anders. Het zijn andere factoren dan brute kracht die daar een rol spelen. Meedoen aan het WK indoor zou dit jaar niet echt een meerwaarde zijn. Ik zou wellicht nooit bij de eerste tien geraken.”
Ondertussen is je plusvader Jeroen Neus nationaal elitecoach?
“Er zijn duidelijke afspraken gemaakt: wie welke groep coacht. Waar ieders verantwoordelijkheid ligt. Ter vergelijking met enkele maanden voor de Spelen is er niet zozeer iets veranderd. Het is een heel goede werking, waarin ik mij kan vinden. Nu zijn het vooral veel wintertrainingen. Kilometers draaien of een groot volume en dus niet zozeer de intensieve prikkels. Als zwaargewicht staat er voor mij nu ook meer krachttraining geprogrammeerd. Een drietal keer per week. Als lichtgewicht moest ik dit zo laag mogelijk houden.”
Hoe staan de plannen voor komend seizoen?
“We hebben een eerste selectiemoment achter de rug. Twee kilometer op de ergometer met daags nadien nog eens die afstand op het water. Die zijn voor mij goed verlopen. Op de ergo kon ik mijn besttijd benaderen of dezelfde tijd als op het WK indoor vorig jaar, zij het als een lichtgewicht toen. Op het water werd ik tweede van het land. Een goede start van het seizoen.”
Eind maart, na jullie jaarlijkse stage in Varese, volgen de trials?
“Een heel belangrijk moment dat bepaalt wie naar de wereldbekers gaat en in welke ploegen. Een bijkomend vraagteken wordt het WK dit jaar in Shangai. Ze gaan daar niet zomaar de eerste de beste naartoe sturen. Ik zal mij moeten bewijzen. Als een transitieroeier dit jaar zal dit niet zo simpel zijn, maar ik ga er de volle honderd procent voor gaan. Stel dat ik er niet bij ben, wat ik niet voor honderd procent uitsluit, is er nog beach sprint rowing wat nu ook olympisch is geworden.”
Beach Sprint Rowing?
“Ik heb dat nog niet gedaan. Het is iets wat ik wil exploreren om te zien hoe mij dat ligt en of er daar kansen in zijn. Het is olympisch, waarom niet? In het verleden moest ik als jonge roeier veel tussen boeien manoeuvreren en was daar heel goed in. Ik ben behendig in een boot en explosief. Dit komt goed van pas tijdens het beachsprinten, omdat het kort en krachtig is.” (ACR)
Metamorfose van lichtgewicht naar zwaargewicht
Na Parijs is het lichtgewicht roeien niet langer olympisch. Dus heeft ook Marlon Colpaert deze categorie vaarwel gezegd. Voortaan hoort hij bij de zwaargewichten. Een transformatie die vooral gepaard gaat met extra calorieën. “Een roeier is officieel een zwaargewicht als hij meer dan 72,5 kilogram weegt. Ik ben nu volop bezig met een transitie te maken. Het is niet dat ik al een volwaardig zwaargewicht ben. Ik zit nu rond de grens van 80 kg. Er zou nog 5 kg moeten bijkomen want voor een goede zwaargewicht zou ik minstens 85 kg moeten wegen”, vindt Colpaert. Die verhoging gaat niet in een jaar, maar stapsgewijs. “Het gaat de goede richting uit. Diverse scans wijzen dat ook uit. Mijn spiermassa is aan het stijgen. In de gym merk ik dat er extra aan kracht bijkomt. Dat zijn tekenen om in het zwaargewicht roeien door te zetten, om te zien hoever ik op dat niveau kan geraken.”
In vergelijking met zijn periode als lichtgewicht is er bij Marlon nu 11 tot 12 kg bijgekomen. Hij merkt dat ook. “Het is een immens verschil, al houd ik mij uiteraard aan de volwaardige voedingsstoffen op de juiste momenten. Met iedere dag iets extra’s te eten kom ik er niet. Uit mijn ervaring als lichtgewicht weet ik wat ik beter kan en niet mag eten. Nu gaat dat iets langzamer, maar het blijft in grote lijnen hetzelfde. Er is ook een diëtist in ons team die ons uitstekend helpt om die metamorfose te ondergaan. Al is het wonderbaarlijk hoe snel een lichaam zich kan aanpassen.”
Tim Brys is bij de nationale Belgian Sharks de absolute ondermaat in het zwaargewicht roeien. Hij weegt ongeveer 83 kg, maar qua gestalte is hij een stuk groter dan Marlon. “Tim beschikt over heel veel ervaring en is technisch bijzonder sterk in de boot. Dit draait in zijn voordeel. Dus als je iets minder hebt aan kracht, kan je dit met je techniek en uithouding ophalen.” (ACR)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier