Rani Vincke loopt nieuw persoonlijk record 60 m indoor: “Nog enkele jaren het beste van mezelf geven”

foto FRO
Fons Roets
Fons Roets Medewerker KW

Rani Vincke (21) is de dochter van Michel Vincke, een naam die klinkt al een klok. Michel verdiende zijn strepen, zowel op sportief als op politiek vlak. Rani kiest haar eigen levensweg. Ze studeert nog aan de RU Gent. Sportief blinkt ze uit in de atletiek, als hardloopster. Vorig weekend miste ze op één seconde de bronzen plak op het Vlaams kampioenschap 60 m indoor.

Rani Vincke werd geboren op 1 maart 2000 in een warm nest, met één broer en drie zussen. Na de lagere school, Klimop in Gistel, volgde KA Pegasus in Oostende, waar ze proefde van de atletiekmicrobe. In KTA-Brugge maakte ze haar middelbare studies, wetenschappen-sport, af. Daarna behaalde ze, aan het KASK in Gent, het diploma van bachelor interieurvormgeving. Nu volgt Rani een schakeljaar naar een master in de stedenbouw aan de UGent. Verder studeren doet ze graag, maar lopen is haar grote passie. Ze is ambitieus en wil doorgroeien tot de top van België.

Grote vooruitgang

“Van jongs af aan was ik sportief actief”, vertelt Rani. “Na vele jaren inzet bij het turnen, zwemmen, dansen, de tekenacademie en 11 jaar scouts koos ik op 17-jarige leeftijd definitief voor atletiek, met focus op lopen. Ik startte bij Hermes Atletiek Club Oostende en mocht al meteen meetrainen met de sprintgroep. Na een jaar veranderde de looptraining bij Hermes in een coördinatietraining. Ik miste het sprinten en veranderde van club. Ik werd lid van Torhout AC, bij het loopteam van Noël Coddens. Daar kon ik naar hartenlust trainen en evolueren. Toen ik mijn hogere studies startte en op kot ging, heeft Noël ervoor gezorgd dat ik, vanaf september 2018, in Gent kon trainen bij de groep topsporters van Patrick Himschoot. Ik liep al een tijdje op hoog niveau, op 60 m, 100 m en 200 m. Sinds ik bij Patrick train, heb ik een grote vooruitgang geboekt. Ik heb me nog meer gefocust op de sprintnummers. In clubverband liep ik de korte afstanden plus de 4 x 100 m en 4 x 400 m. In 2019 kwam daar nog een selectie voor de nationale aflossingsploeg juniores en beloften, 4 x 400 m bij. Dat project wordt nog bekeken.”

Teamsport zegt me niks. Ik moet mezelf kunnen motiveren en sturen

Haar beste prestatie op de 100 m heeft Rani Vincke geleverd op het BK 2020 in het Koning Boudewijnstadion. “Ik was weer fit na een hamstringblessure en tot mijn verrassing liep ik een tijd van 11.76. Op de 200 m staat mijn persoonlijk record, sedert de meeting in Heusden-Zolder 2020, op 24.38. Afgelopen weekend liep ik een nieuw persoonlijk record op de 60 m indoor: 7.49. Ik koester de ambitie dit record nog dit jaar scherper te stellen. Ik werk er keihard voor.”

Rani Vincke is een atlete die graag traint, maar ook veel vertrouwen nodig heeft. Ze wil in alles het beste, het onderste uit de kan halen.

“Ik train inderdaad graag, een goede mix van kracht en souplesse”, vervolgt Rani. “In de opbouw train ik zesmaal per week, drie uren. In een wedstrijdperiode zakt dat naar vier keer per week, gedurende twee uren. De ene dag is de andere niet en kracht moet er zeker nog bijkomen. Ik ben enorm gemotiveerd in alles wat ik doe en als het niet lukt, loop ik het risico onzeker te worden. Van mezelf weet ik dat dit nog een werkpunt is: zorgen opzij en met vertrouwen ertegenaan gaan. Ook op mindere dagen moet ik trainen, goed presteren, letten op mijn verzorging, mijn voeding en voldoende rust nemen.”

Opofferingen

“Teamsport zegt me niks”, zegt Rani. “Ik moet mezelf kunnen motiveren en sturen. Fysiek en mentaal moet alles goed zitten. Ik ben bereid nog enkele jaren het beste van mezelf te geven, bepaalde opofferingen te doen om mijn doel te bereiken: presteren en vechten tegen de tijd. Sinds ik op kot woon, let ik steeds meer op mijn voeding en ben ik koken leuk beginnen te vinden. Ik probeer veel nieuwe recepten en merk dat ik me daarmee kan ontspannen. Samen met mijn vriend Lucas, een bezige bij die werkt als vastgoedmakelaar, basket speelt en nog naar de scouts gaat, kijk ik ernaar uit om een vaste stek te hebben. Maar voorlopig is dat nog niet aan de orde.

De studies en de sportieve activiteiten komen nog op de eerste plaats. Lopen is mijn passie. Zo lang ik er plezier aan beleef of geen zware blessure oploop, ga ik door en plan ik zelf mijn doen en laten. Tijdens de recente Olympische Spelen volgde ik andere sporten, zoals turnen, basket 4×4 en hockey, maar atletiek is natuurlijk de max. Al weet ik dat ik er veel moet voor doen, toch kan ik het nog niet missen. Ik sta vol bewondering voor atleten, en voor mensen in het algemeen, die tot het uiterste gaan om hun streefdoel te bereiken. Voor niets gaat de zon op”, besluit Rani.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier