“Paard en jockey moeten elkaar aanvoelen”
Waregem Koerse is zonder meer de bekendste paardenrenwedstrijd uit de regio. Ook in Kuurne, Oostende, Bergen en andere hippodromen vuren jockeys hun drafpaarden aan. Thierry Hoorne (48) uit Gullegem kreeg de microbe te pakken toen hij tien jaar was. Samen met vader Jacques (71) begon hij drafpaarden te trainen in hun eigen stal Hoorne.
Dit artikel maakt deel uit van ons Dossier Paardenrennen in West-Vlaanderen. p>
Hoe is het gestart?
Jacques: “We begonnen met één paard op de boerderij in Heule waar ik opgroeide, eetje dat we echt uit een fokkerij kochten. Voordien had ik enkel werkpaarden. Stap voor stap leerden we het klappen van de zweep en volgden er meerdere paarden. Momenteel hebben we vier paarden. Drie lopen er wedstrijden, en een ander is nog in trainingsmodus.”
Vergt het trainen van drafpaarden veel tijd?
Thierry: “Laat ons zeggen dat het bij ons een uit de hand gelopen hobby is. Je steekt er uiteraard zoveel tijd is als je zelf maar wil, maar net zoals bij bijvoorbeeld wielrenners of atleten geldt de regel: hoe meer je traint, hoe beter je wordt. Dat geldt ook voor paarden. Zij mogen pas beginnen wedstrijden lopen zodra ze twee jaar oud zijn. Maar het is vooral belangrijk om ze goed te trainen en dat serieus te nemen. Doe je je werk maar half, dan moet je echt geen paarden inzetten voor wedstrijden.”
Op welke leefdtijden zijn de paarden op hun sterkst?
Jacques: “Dat hangt echt af van paard tot paard. Sommige zijn laatbloeiers, andere zijn al vanaf de eerste wedstrijd in hun beste doen. Er zijn natuurlijk ook andere factoren die een belangrijke rol spelen, zoals de ondergrond of de draairichting. Die varieert van piste tot piste. We merken dat paarden ook pieken in bepaalde periodes. Daarom nemen we nu niet deel aan Waregem Koerse. Onze paarden zijn in vorm zijn die periode. In het verleden pakten we er wel al prijzen.”
Waren jullie zelf al jockey?
Thierry: “We hebben het allebei nog gedaan, maar laten dit nu over aan professionele jockeys. Zij kunnen er voltijds mee bezig zijn, dat is wel belangrijk. Zij voelen de paarden aan en omgekeerd. Die combinatie is heel belangrijk om prijzen te kunnen pakken.”
Lokken paardenrennen veel volk gedurende het jaar?
Thierry: “Niet zoveel meer als vroeger. Ik zit in het bestuur van de Kuurnse hippodroom. Enkel bij speciale evenementen zoals Mardi Gras komt het volk massaal. Maar op zondag is het overwegend een ouder publiek dat je ziet. Vroeger was er enkel paardenrennen en voetbal, nu zijn er zoveel meer sporten. Bovendien kunnen mensen de wedstrijden online zien en via hun smartphone wedden. Ze hoeven dus niet ter plaatste te komen.”
Is drafpaarden trainen een dure hobby?
Jacques: “Het is niet meteen iets voor jonge mensen, want het vergt een enorme investering. Natuurlijk heb je de paarden zelf, maar er is ook het materiaal, de locatie om je paarden te stallen en te trainen en het voedsel. Om de zoveel tijd moet je naar de smid en er is het transport van en naar de wedstrijden. En dan spreken we nog niet van de tijd die je er aan spendeert. Nu, je moet de microbe echt te pakken hebben anders begin je er niet aan.”
Beschikken jullie met de stal Hoorne ook over een eigen logo en kleuren?
Thierry: “Zeer zeker, dit moet je aanvragen bij de federatie. Geen enkele stal heeft dezelfde outfit. Onze stal heeft blauwe en witte kleuren, met een patroon op de mouwen. Dat zorgt voor herkenbaarheid. Daar zijn echt duidelijke regels voor, net als bij de naamgeving van paarden. Neem nu Glenda Zwartland. Zwartland refereert naar de fokkerij waaruit onze merrie kwam. Niemand mag een paard uit een andere fokkerij deze familienaam geven. De voornaam wordt bepaald bij de geboorte. Dat veranderen kost enorm veel geldt. Bovendien bepaalt het geboortejaar van het paard de beginletter van de voornaam. Glenda is zeven jaar oud, alle voornamen van paarden van dezelfde leeftijd zullen dus beginnen met letter G.”
Dossier Paardenrennen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier