“Als alles meezit, doen we mee voor podium”
Van 13 tot en met 17 december staat in het Deense Kopenhagen het Europees kampioenschap zwemmen in klein bad op het programma. Ons land trekt er met een sterke delegatie naartoe, onder meer dankzij de inbreng van ‘onze’ toppers Fanny Lecluyse en Emmanuel Vanluchene. Lecluyse verdedigt er haar titel op de 200 meter schoolslag, Vanluchene wil een podiumplaats op de 100 meter wisselslag en laat daarvoor de 100 meter vrije slag schieten. “Met spijt in het hart, maar mijn focus ligt op de wisselslag”, vertelt Emmanuel.
In 2015 vond in Israël het laatste Europees kampioenschap klein bad plaats. De Belgische ploeg kwam toen met vijf medailles (brons voor Glenn Surgeloose, tweemaal zilver voor Pieter Timmers, goud en zilver voor Fanny Lecluyse, red.) naar huis, maar dat hadden er meer kunnen (lees: moeten) zijn. Want onder meer de aflossingsploeg 4×50 meter vrije slag liet het toen afweten. Dit keer wil de delegatie met meer medailles pronken en rekent daarvoor op de West-Vlaamse toppers Fanny Lecluyse (25) en Emmanuel Vanluchene, die op zaterdag 9 december 25 kaarsjes mag uitblazen.
Fanny: “Ik kijk uit naar het EK, zeker omdat het in klein bad is. Dat is nog meer mijn ding. Conditioneel zit het bovendien goed. Al besef ik wel dat alles in de plooi zal moeten vallen om in Denemarken sterk te presteren: de schoolslag draait om techniek en als die niet goed zit, mag je meteen een kruis maken over je ambities.”
Emmanuel: “Ik vertrek ook met een goed gevoel naar Kopenhagen. De laatste weken heb ik veel vertrouwen getankt. Als ik goed uitgerust aan het Europees kampioenschap kan beginnen en niet ziek val, dan moet er wel iets in zitten.”
De laatste grote test voor het EK klein bad was het BK in Gent in november. Zijn jullie tevreden over de prestaties die jullie toen neerzetten?
Emmanuel: “Zeker weten. Alles verliep toen uitstekend en ik pakte een aantal nationale titels.”
Fanny: “Ik heb toen gemerkt dat ik sneller zwom op de schoolslagnummers, wat positief was. De maand ervoor had ik enkele dagen in Luik getraind onder leiding van Ronald Claes, coach van de Waalse federatie. Ze hebben die sessies toen gefilmd en mijn techniek geëvalueerd. In Moeskroen heb ik dan aan mijn zwakke punten gewerkt en dat heeft al geloond. Ik kan dus tevreden zijn. Al ben ik toch vooral blij dat ik begin november mijn eigen record op de 400 meter wisselslag verbeterde met bijna drie seconden (van 4’38″79 naar 4’35″89, red.). Ik was daar toen echt door gepakt. Ja, ik heb zelfs een traantje gelaten.” (lachje)
Zorgt die goede voorbereiding voor extra druk bij jullie?
Fanny: “Ik besef dat mijn gouden en zilveren medaille van twee jaar geleden misschien wel verwachtingen zal scheppen. Maar persoonlijk kan ik dat van mij af zetten: ik weet intussen wat ik kan. Mijn concurrenten zijn ook niet beter of slechter dan ik: bekijk je de rangschikking qua gezwommen tijden, dan is het verschil soms slechts enkele honderdsten van een seconde. Daarom ook dat ik zeg dat tijdens de wedstrijden alles perfect zal moeten verlopen: techniek, start, keerpunten. Alles.”
“De dokters hebben mijn chronische darmziekte onder controle, al moet ik wel elke twee maanden aan het infuus hangen”
Emmanuel: “Ik leg mezelf geen druk op: ik zal gewoon wedstrijd per wedstrijd bekijken, al ben wel van plan om op dezelfde manier te werk te gaan als op het Belgisch kampioenschap vorige maand: elke race starten met de bedoeling om als eerste aan te tikken. (lachje) In Gent lukte dat wonderwel. Veel zal ook afhangen van hoe snel ik recupereer. Ik zwem bijna elke dag in Kopenhagen, ik zal met andere woorden moeten zorgen dat mijn lichaam goed herstelt. Mezelf goed verzorgen en laten verzorgen wordt essentieel.”
Welke nummers zwemmen jullie straks in Kopenhagen?
Emmanuel: “De 100 meter vlinderslag, de 50 meter vrije slag en de 100 meter wisselslag. Ik maak ook deel uit van de aflossingsploegen 4×50 meter vrije slag en 4×50 meter wisselslag. Bij eerstgenoemde aflossing kom ik enkel in actie als we de finale halen, bij laatstgenoemde neem ik de rugslag voor mijn rekening.”
Fanny: “Ik hou het bij de schoolslagnummers. De 50, 100 en 200 meter schoolslag dus.”
“Ik besef dat de medailles van twee jaar geleden misschien verwachtingen scheppen. Maar ik kan dat van mij af zetten”
Emmanuel, je was ook geselecteerd voor de 100 meter vrije slag. Maar het koningsnummer laat je schieten, terwijl je op het BK Pieter Timmers achter je liet.
Emmanuel: “In Kopenhagen had ik gerust nog eens hetzelfde willen doen (lacht). Jammer genoeg heb ik keuzes moeten maken: de 100 meter wisselslag en de 100 meter vrije slag staan op de vierde dag geprogrammeerd en dat is te veel van het goede. Zeker omdat er tussen de reeksen van beide nummers maar één wedstrijd is. Dat is sowieso onhaalbaar. Omdat mijn trainer Wauter Derycke en ikzelf ervan overtuigd zijn dat ik iets moois kan laten zien op de wisselslag, gaan we daar vol voor. Bovendien ben ik op revanche belust: in 2015 strandde ik op dit nummer op 9 honderdsten van brons… En wat de 100 meter vrije slag betreft: ik voel dat ik nog vooruitgang kan boeken. Dat belooft voor begin volgend jaar, als het seizoen groot bad start.”
Fanny, jij laat dan weer de wisselslagnummers liggen. Wellicht ook een bewuste keuze?
Fanny: “Twee jaar geleden in Israël wou ik er per se de 100 meter wisselslag bijnemen, maar achteraf bleek dat ik dat beter niet had gedaan. Ik raakte op dat nummer wel in de halve finales, maar een finale zat er niet in. Door die twee extra races was ik ook niet op mijn best in de finale van de 100 meter schoolslag en werd vierde. Tot grote frustratie van zowel mezelf als mijn coach Horatiu Droc.”
Bij de heren worden twee aflossingsploegen in stelling gezet. Jammer dat jij geen deel uitmaakt van een zwemteam?
Fanny: “We hadden inderdaad een aflossingsploeg kunnen vormen voor de 4 x 50 meter wisselslag. Probleem is wel dat dit nummer op zondag wordt afgewerkt, net als de 200 meter schoolslag. Ook Kimberly Buys staat trouwens voor een zware zondag. Vandaar de beslissing om geen damesaflossingsploeg te vormen. Het zou sowieso heel moeilijk zijn geweest om de top acht te halen.”
Jij schiet goed op met Kimberly Buys. Is zij intussen een vriendin voor het leven?
Fanny: “Toch wel. Sinds het WK in 2014 in Doha zijn we kamergenoten en we komen supergoed overeen. Ik heb geleerd dat ze een heel toffe madam is en daarmee is mijn beeld van haar eigenlijk totaal veranderd: ik kende haar al voor het wereldkampioenschap natuurlijk en toen vond ik dat ze een streng uiterlijk heeft. Maar in het echt is ze niet zo streng hoor.” (lacht)
Wat vinden jullie trouwens van elkaars prestaties?
Fanny: “Ik vind het ferm hoeveel progressie Emmanuel de afgelopen maanden maakte. Na de Olympische Spelen in Rio is hij een aantal maanden gestopt en daarna geleidelijk aan weer beginnen te trainen. Maar pas sinds dit seizoen is hij weer echt bezig en in drie maanden tijd heeft hij heel mooie resultaten geboekt. Onder meer op het Belgisch kampioenschap onderstreepte hij zijn goede vorm. Dat toont dat Emmanuel een groot zwemtalent is.”
Emmanuel: “Fanny is zeker in staat om op het EK leuke dingen te laten zien. Ze weet ook hoe het voelt om Europees kampioene te worden en zal zonder twijfel opnieuw een nummer willen winnen. Deze zomer kon ze zich bovendien net niet plaatsen voor het wereldkampioenschap groot bad in Boedapest en ik weet dat dit haar totaal niet zinde. Op het EK in Denemarken zal ze daarom zeker en vast de puntjes op de i willen zetten.”
Fanny: “Toen ik niet naar het WK groot bad mocht, heb ik een paar weken echt diep gezeten. Ik had op verschillende nummers de limiettijden met enkele honderdsten van een seconde gemist. Als je op het wereldkampioenschap zelf dan de tijden zag… (zucht) Ik had daar mooie resultaten kunnen neerzetten.”
Emmanuel, toen deed je het nog rustig aan, de focus lag op gezond worden…
Emmanuel: “Ik lijd aan een chronische darmziekte en raak er dus niet vanaf, maar alles is momenteel onder controle. Elke twee maanden moet ik wel naar AZ Groeninge in Kortrijk om aan het infuus te hangen. De dagen nadien ben ik redelijk vermoeid, maar de trainers van het topsportcentrum in Antwerpen passen de trainingen in die optiek aan. Door die ziekte moet ik er wel nog meer op letten dat ik voldoende rust neem, zodat mijn lichaam niet in overdrive gaat.”
Jullie zijn geboren in 1992, 25 jaar intussen, en studeren nog. Al is het einde in zicht. Hoe voelt het om bijna student af te zijn?
Emmanuel: “Ik ben aan mijn laatste jaar lichamelijke opvoeding aan de Arteveldehogeschool in Gent bezig. Ik moet nog een paar stages afwerken en een bachelorproef maken. Wat ik wil doen als ik afgestudeerd ben, daarover heb ik nog niet echt nagedacht. Al steek ik niet weg dat ik daarna graag alles op het zwemmen zou zetten, want ik heb echt die passie voor mijn sport teruggevonden. Intussen ben ik topsporter bij Topsport Vlaanderen en is dat mogelijk.”
Fanny: “Ik ben ook bezig aan mijn laatste jaar lager onderwijs aan Vives in Tielt en moet nog enkele stages in het vijfde leerjaar doen. Aan mijn bachelorproef ben ik volop bezig en dat vind ik een goede zaak: zo ben ik niet de hele tijd met zwemmen bezig. Na mijn studies wil ik me eveneens focussen op het zwemmen. Al denk ik wel dat ik iets nog naast het zwemmen zal doen. Parttime werken in een school, bijvoorbeeld, en leerlingen die het iets moeilijker hebben begeleiden.”
Jullie blijven beiden vol voor jullie sport gaan. Denken jullie dan ook al aan de Olympische Spelen in 2020 in Tokio?
Fanny: “Ik zal dan 28 jaar zijn, dat moet dus lukken. Nu heb ik concurrentes van 28 die zeggen dat ze naar de Spelen in Tokio willen… In elk geval zou ik eens goede Spelen willen meemaken. In Londen en Rio viel het serieus tegen, dat is een extra motivatie.”
Emmanuel: “Dat is momenteel echt nog een ver-van-mijn-bedshow. Maar zoals ik me nu voel, zou ik zeker voor een nieuwe deelname aan de Olympische Spelen willen tekenen.”
Zo was het twee jaar geleden… h2>
Fanny Lecluyse zwom op het EK klein bad in Israël vier nummers: de 50, 100 en 200 meter schoolslag en de 100 meter wisselslag. Op de 50 meter schoolslag werd ze in de reeksen en de halve finales eerste, maar moest in de finale nipt de duimen leggen voor de Finse Laukkanen. Op de 100 meter schoolslag greep ze net naast het podum. Maar op de 200 meter schoolslag pakte ze het goud. Op de 100 meter wisselslag, tot slot, werd ze 16de in de halve finales. p>
Emmanuel Vanluchene zwom toen een sterke reeks 200 meter vrije slag (vijfde plaats), maar mocht niet naar de halve finales omdat Timmers en Surgeloose nog sneller waren en er maar twee zwemmers per land doorgaan. Op de 100 meter wisselslag haalde hij probleemloos de finale, waarin hij vijfde werd, op 9 honderdsten van een medaille. Op de aflossingsnummers raakte België met Vanluchene niet in de finale van de 4×50 meter wisselslag. Op de 4×50 meter vrije slag werd ons land vierde. p>
In 2015 gingen ook Jonas Coreelman en Stijn Depypere trouwens naar het EK. Maar zij haalden geen finales. p>
Watersport
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier