Wim Opbrouck brengt stuk cultuur naar Oostendse haven

Wim Opbrouck, hier met Havenvoorzitter Charlotte Verkeyn, vestigt het ‘Instituut voor Onderzoek van de Betovering der Zeeën’ in het havenhuis. © Haven Oostende
Marc Loy
Marc Loy Medewerker KW

Haven Oostende zette in 2021 het beste financiële resultaat ooit neer en kijkt met vertrouwen de toekomst tegemoet. De haven wil nu zelfs cultuur aantrekken. Het IOBZ, het ‘Instituut voor Onderzoek van de Betovering der Zeeën’, opgericht door acteur Wim Opbrouck en Tania Berkovitch, heeft zijn intrek genomen in het havenhuis.

In het kader van de quadruple helix, waarbij kennis- en onderwijsinstellingen, bedrijven, overheid en burgers elkaar versterken, heeft het IOBZ zijn intrek genomen in het havenhuis van Haven Oostende. IOBZ, het Instituut voor Onderzoek van de Betovering der zeeën, bestudeert zowel de schoonheid als het acute lijden van de zee. Het is in principe een ontmoetingsplaats tussen wetenschap, kunst en economie. Een perfecte aanvulling op de fundamenten waar Haven Oostende voor staat, namelijk enerzijds veiligheid, gezondheid en milieu en anderzijds het ondersteunen van onderzoek, incubatie, ontwikkeling en innovatie. Oprichters zijn acteur Wim Opbrouck en Tania Berkovitch.

Elfde provincie

Het IOBZ werkt aan een eerste film, De 11de provincie, en gaat hiervoor opereren vanuit Haven Oostende. Wim Opbrouck zelf ziet de zee als één grote verkaveling van windmolenparken, mosselboerderijen en onbemande platformen. “Het is in principe een elfde provincie, waar mensen werken”, vindt hij. De documentaire zal een unieke inkijk bieden in een maritieme wereld die elk voorstellingsvermogen te boven gaat. Wim Opbrouck stelt hiervoor een team samen van wetenschappers, mariene biologen en kunstenaars. Zij zullen elk binnen hun vakgebied onderzoek doen naar alle aspecten van de Noordzee.

“Haven Oostende zet zich in om een uitvalsbasis te bieden voor die elfde provincie, een motor van tewerkstelling, en zal daarvoor de handen in elkaar slaan met het IOBZ”, vertelt Havenvoorzitter en schepen Charlotte Verkeyn. “Haven Oostende zal een plek bieden voor het brainstormen, creëren en vormgeven van de film. Op die manier wordt opnieuw een stuk cultuur naar Haven Oostende gebracht”, vult CEO Dirk Declerck aan.

Zalmkwekerij

In de achterhaven zitten een paar projecten in de opstart- of afwerkfase. ECA Robotics Belgium bouwt vanaf april onderwaterdrones en is nog op zoek naar werknemers. Het Noorse Columbi Salmon investeert 200 miljoen in de bouw van een zalmkwekerij: de eerste Oostendse zalm is wellicht voor het kerstmenu 2025. Het gerenoveerde Entrepotgebouw creëert bureauruimte voor havenbedrijven, zal tegen midden 2023 klaar zijn en krijgt een polyvalente iconische dakverdieping.

Tevreden over 2021

Haven Oostende kijkt intussen tevreden terug op het voorbije jaar. “We zijn tevreden over 2021, ondanks een daling van het verhandelde tonnage met 5,7 procent door het wegvallen van de trafiek naar de sinds 2020 afgewerkte offshore parken. Voor de vaste trafieken zoals zand en grint, chemicaliën, ertsen, pellets en attapulgiet (kattenbakvulling, red.) noteren we een stijging van 3,1 procent” , aldus Dirk Declerck. “Vandaag vinden volgens de Nationale Bank van België ongeveer 10.000 mensen direct of indirect werk in de Oostendse haven die ondanks het virus heel het jaar optimaal operationeel bleef.”

In 2020 kon de haven al het boekjaar afsluiten met het beste resultaat in 15 jaar tijd. “Sterker nog: dat financiële resultaat was beter dan de voorbije 14 jaar samen. En vorig jaar werd met een nettowinst van 1,09 miljoen euro en een positieve cashflow van 3.420.953 euro dit resultaat nog wat verbeterd. Voor het derde jaar op rij. Hiermee is de trendbreuk een feit. Diverse werkschepen hebben Oostende als thuishaven. De kaaien en terreinen worden gebruikt om zich klaar te maken voor opdrachten op zee.”

Investeringsplan

“Daarnaast haalt Haven Oostende haar inkomsten uit havenrechten ten gevolge van verhandelde tonnages, concessie-inkomsten van de haventerreinen en de opbrengsten van ons gebouwenpatrimonium. Vooral de concessiegelden zijn de voorbije drie jaar flink gestegen door het aantrekken van bedrijven”, gaat Dirk Declerck verder. “Om verder te groeien, keurde de Raad van Bestuur van de haven voor 2022 een investeringsplan goed van 10,5 miljoen euro, waarvan 760.000 euro in het bijzonder voor de verbetering van veiligheid en gezondheid. Zo zetten we het programma verder van de voorbije drie jaar waarbij voor 10.070.954 euro aan eigen middelen geïnvesteerd werd in infrastructuurwerken. Een solide financiële basis om verder te bouwen. Na de voorbije drie jaar waarin diverse bedrijven aangetrokken werden en de werkgelegenheid met meer dan 400 voltijdse equivalenten steeg, ligt de focus nu op het aantrekken van maritieme trafieken. We investeren in aanleginfrastrutuur en andere faciliteiten om een nieuwe roro-trafiek te kunnen ontvangen”, weet Charlotte Verkeyn.

Windturbinetrafiek

De REBO-terminal lag er in het voorbije jaar werkloos bij. Blijft het nog tot 2026 wachten op mogelijke nieuwe windturbinetrafiek bij de bouw van de Prinses Elisabeth offshorezone? “Sinds 2019 is de REBO-terminal een volle dochter van Haven Oostende en die willen we 100 procent benutten. We voeren een actieve politiek om deze terminal in alle Noordzeelanden te promoten. Het volledige terrein is 16 hectare groot met een zwaarlastkade die 20 ton per vierkante meter kan torsen. Onderdelen voor de stormvloedkering in de Nieuwpoortse havengeul komen eerst vanuit Antwerpen naar REBO voor ze naar Nieuwpoort verscheept worden. En ook aandrijfkasten van een aantal windmolenparken zullen hier tijdelijk voor onderhoud gestockeerd worden”, aldus het duo.

“De haven van Oostende is de kleinste van de vier Vlaamse zeehavens, maar we willen wel groots zijn in welbepaalde duurzame groeimarkten. Daarbij creëren we economische groei en duurzame jobs”, aldus de schepen.

“De Haven neemt nu veel meer dan in het verleden haar rol op als motor voor werkgelegenheid. Daarom willen we dat de Oostendenaar haar haven opnieuw ontdekt en dat jongeren overtuigd geraken dat we hier enorme kansen qua jobs presenteren. Het is onze maatschappelijke rol om samen met het Economisch Huis onze haven ook zichtbaar te maken in onze scholen. We zijn nog te weinig trots op onze haven als motor voor onze economie.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier