Vossen primus van de klas: Het grote rapport na ontgoochelend seizoen voor Essevee

Aanvoerder Jelle Vossen is de enige die een grote onderscheiding verdient. © Belga
Redactie KW

Promoveren was het doel van Essevee, dat is dus mislukt. Wij blikken terug in het grote seizoensrapport van Zulte Waregem. Daarin stellen we vast dat alleen Jelle Vossen in aanmerking komt voor een grote onderscheiding. Een overzicht.

Grote onderscheiding

Aangezien het grote doel van Zulte Waregem niet werd behaald, kunnen we kort van stof zijn in deze categorie. Aanvoerder Jelle Vossen is de enige die een grote onderscheiding verdient. De Limburger telt al 35 lentes, maar dat is er op het veld niet aan te zien. Ook bij de supporters is Vossen graag gezien, zo kreeg hij tijdens de laatste thuiswedstrijd de prijs van meest verdienstelijke speler. Als we naar de statistieken gaan kijken, en daar wordt een aanvaller toch vaak op afgerekend, zijn die gewoonweg goed: 15 goals in 31 wedstrijden én twee keer kroop hij in de rol van aangever.

Steeds ging Vossen voorop in de strijd. In de competitie miste hij vier wedstrijden wegens blessures. Vooral in de thuiswedstrijd tegen Lommel werd zijn aanwezigheid op het veld en in de kleedkamer danig gemist. Vossen wilde er alles aan doen om Essevee terug te brengen naar 1A. Volgend jaar beschikt hij nog over een contract en kan hij nog eens een gooi doen naar promotie.

Onderscheiding

Ook hier kunnen we korter van stof zijn. Ortwin De Wolf verdient toch wel een onderscheiding. Na jaren amper op niveau te hebben gekeept, kwam de Oost-Vlaming in januari over naar Essevee van Antwerp. De Wolf moest het keepersprobleem oplossen nadat zowel Louis Bostyn als Ennio van der Gouw geblesseerd waren uitgevallen. Dat De Wolf talent heeft, dat staat als een paal boven water. Sober, secuur en met veel coaching toonde De Wolf dat hij nog altijd een uitstekende doelman is.

Een toch ietwat opvallende vermelding kunnen we hier ook geven aan Andres Labie. Eind maart (!) werd deze youngster amper 20 jaar. Vooral in het slot van de competitie ontpopte het jeugdproduct van Essevee zich tot een sterkhouder centraal achterin. IJzig kalm in de meeste situaties. Je zou je kunnen afvragen waarom hij niet vroeger in de basis kwam, maar was hij al klaar?

De laatste twee namen die een onderscheiding krijgen zijn Tochukwu Nnadi en Pape Demba Diop. De twee vormden in het slot van de competitie de tandem op het centrale middenveld. Diop lag zes maanden in de lappenmand na een blessure aan de buikspieren. Nnadi streek pas in januari neer aan de Gaverbeek. Met dit duo oogt de toekomst mooi. Diop is een hardwerkende middenvelder die durft verticaal te voetballen. Nnadi is een stofzuiger die ons aan Delaplace doet denken.

Voldoening

Beginnen doen we in deze categorie in de verdedigende regionen. Louis Bostyn begon als nummer één aan het seizoen. Uiteindelijk deed hij het verre van slecht en kon hij zelfs vier keer de nul houden. Tot een vervelende blessure roet in het eten kwam gooien. We zagen Bostyn niet meer op het veld sinds de laatste thuiswedstrijd in 2023. Lukas Willen, Anton Tanghe en Rubin Seigers verdienen ook een voldoende.

Willen kende een wisselvallig seizoen, maar bleef staan en genoot het vertrouwen van de coach. Hij is de énige die aan elke wedstrijd startte en dat op 21-jarige leeftijd. Straf. Tanghe werd vaak gepakt op snelheid, maar met zijn precieze lange ballen had Essevee er toch een wapen bij. Het verhaal van Seigers valt te omschrijven in ups-and-downs. Eens een wedstrijd spelen en dan weer gekwetst uitvallen. Jammer, want de huurling van Westerlo was naar Essevee afgezakt om meer wedstrijdminuten mee te pikken. Telkens hij in de basis stond, was zijn prestatie degelijk, zonder uitschieters.

Van Alessandro Ciranni hadden we aanvankelijk niet gedacht om hem in deze categorie te kunnen indelen. De rechtsachter viel een beetje uit de gratie en zag nieuwkomer Robbe Decostere het prima doen. Tot hij op bezoek bij SL 16 op links moest depanneren en bedankte met een doelpunt. Zo speel je jezelf dus weer in de kijker. Daarna zette Ciranni het seizoen verder op zijn vertrouwde rechterflank. Hij is einde contract, benieuwd of hij aan de boorden van de Gaverbeek blijft voetballen.

Op het middenveld geven we Nicolas Rommens en Christian Brüls ook een voldoende. Het is een vaak wederkerende uitdrukking in dit rapport, maar ook Rommens sukkelde met kwaaltjes. De centrale middenvelder werd tijdens het seizoen herenigd met zijn trainer van bij RWDM, Vincent Euvrard. Rommens fungeerde vaak als regulator, maar het mocht toch ook soms wat meer drang naar voren tonen. Brüls was vaak veroordeeld tot de bank en moest dan iets extra brengen als invaller. Dat lukte bij momenten aardig, bij flarden ook minder. In het slot van het seizoen was hij dan weer basisspeler en bij de uitblinkers.

In aanvallend opzicht kunnen we een aantal jongens hier indelen. Vooral veel jong geweld met Adboulaye Traoré, Dylan Demuynck, Stavros Gavriel, Matheus Machado en dan een iets ouder exemplaar in de persoon van Zinho Gano. Traoré begon als een fusee aan het seizoen, maar kende een terugval. Demuynck moest even wachten op zijn kans, maar greep die dan met beide handen.

Daarna verdween hij weer van het voorplan door blessures. Gavriel kwam in de winter toe, maar moest al te vaak als winger te veel meters malen. Machado wisselde prima prestaties af met snertwedstrijden. Het potentieel blijft aanwezig. En last but not least vernoemen we hier Zinho Gano. Met acht goals begon hij eraan in dertien wedstrijden, tot hij disciplinair geschorst werd. Een terugkeer kwam er in maart tot hij zich blesseerde.

Onvoldoende

Modou Tambedou, Joel Bagan, Robbe Decostere, Kevor Palumets, Ruud Vormer en Alioune Ndour krijgen een onvoldoende. Tambedou haalt niet meer het niveau van weleer en schiet vooral voetballend tekort. Bagan en Decostere startten nog oké, maar zakten helemaal weg. Palumets was maar een noodoplossing als er te veel gekwetsten waren en Vormer had het lastig om zich te manifesteren. Qua ervaring en inspreken op de groep is de Nederlander nog altijd een meerwaarde, maar het mag toch wat meer zijn tussen de krijtlijnen. Bij Ndour stoorden we ons vooral aan het technische aspect, te veel knullig balverlies.

Te weinig gespeeld

Sef Van Damme (0 minuten), Arnoud Dobbels (0 minuten), Ennio van der Gouw (180 minuten), Yannick Cappelle (22 minuten), Arthur Harinck (0 minuten), Thibaud Sergeant (0 minuten), Patrick Handzongo (0 minuten) en Mohamed Guindo (33 minuten) speelden allemaal te weinig voor een beoordeling.

Doelman Van der Gouw had de pech dat hij geblesseerd uitviel toen hij net tussen de palen was gekomen. Yannick Cappelle verdient toch ook een vermelding. Bij zijn invalbeurt tegen Seraing eind december scoorde hij de verlossende 2-1. (Jochen Coorevits)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier