Niemand blij met sluiting kerstmarkten in Oostende

Zondag begon al het opruimen van de standjes op Winter in het Park. © Leen Belpaeme
Leen Belpaeme
Leen Belpaeme Medewerker KW

De beslissing om de kerstmarkten Winter in het Park en Christmas Village te sluiten, stuit op verzet van oppositiepartij Vooruit. Enkel de ijspiste en twee horecabars in het Leopoldpark zijn momenteel nog geopend. Het was volgens burgemeester Bart Tommelein, na lang overleg met de organisatoren, niet mogelijk om de nieuwe maatregelen te handhaven. “We hebben niet de mankrachten om dat allemaal te controleren”, aldus Tommelein. Organisator Quinten Goekint van Winter in het Park riep de overheid ondertussen al op om de standhouders financieel te ondersteunen.

Het werd een kerst met een wrange nasmaak voor handelaars met een stand op Winter in het park en Christmas Village. De stad had er alles aan gedaan om de winterevenementen te kunnen laten doorgaan, door zelf onder meer stewards in te zetten die controleerden op het Covid Safe Ticket. Nadat het Overlegcomité extra maatregelen oplegde voor buitenevenementen, werd het volgens de stad te moeilijk om de kerstmarkt nog te laten doorgaan.

“We wachtten eerst het Koninklijk Besluit af alvorens beslissingen te nemen. Dat was maar goed ook, want uiteindelijk bleek dat de extra verplichtingen voor kerstmarkten het onmogelijk maakte om deze evenementen nog te organiseren. Zo werd er een beperking opgelegd wat het betreft het aantal aanwezigen per vierkante meter, wat voor het Leopoldpark neerkwam op een maximum van 1.250 mensen. Om dit te handhaven zou er aan de ingang niet enkel gecontroleerd, maar ook moeten geteld worden. Als het park vol zit, moet je dan weer mensen weigeren. Dit alles vraagt een enorme inspanning qua mankracht van zowel de stad als de politie. Na lang discussiëren zijn we tot de conclusie gekomen dat dit gewoonweg niet haalbaar is”, aldus Tommelein.

Zware dobber

De beslissing was een zware dobber voor de standhouders. Zij moesten hun chalets terug leeghalen, twee weken vroeger dan verwacht. Patrick Van Lantschoot uit Aalter heeft een dubbel gevoel bij de beslissing. “Wat kan ik zeggen? In de winkelstraten lopen de mensen schouder aan schouder, maar hier worden strenge maatregelen opgelegd. Het was hier nochtans veiliger dan in de winkelstraat, want de mensen die langskwamen, moesten hun Covid Safe Ticket voorleggen en een mondmasker dragen”, aldus Patrick.

Patrick Van Lantschoot: “Het was hier veiliger dan in een winkelstraat.”
Patrick Van Lantschoot: “Het was hier veiliger dan in een winkelstraat.” © LB

De beslissing heeft ook financiële gevolgen. “We raken er momenteel wel uit, maar eigenlijk moesten de weken waarin we het meest zouden verdienen nog komen. Ik heb niet veel hoop dat we zullen vergoed worden. Veel standhouders hebben het er ook moeilijk mee dat er andere regels zijn voor de twee bars die wel nog open mogen blijven aan de ijspiste, maar buiten aan een standje mag je niets drinken. Er zijn twee maten en twee gewichten.”

Ook Danny Zanders, afkomstig uit Oostende, is teleurgesteld. “We hadden het niet meteen verwacht, maar we hadden wel schrik. We hadden altijd gehoopt dat het niet zou gebeuren omdat de stad achter de kerstmarkt stond, maar het kan nu blijkbaar niet anders”, zegt Danny. Hij heeft samen met zijn echtgenote twee standen. “We komen net uit de kosten, maar dat betekent wel dat we na drie weken niets verdiend hebben. We hopen op een compensatie, maar omdat wij dit in bijberoep doen, konden we nog op geen enkele compensatie rekenen.”

Niet te handhaven

De burgemeester benadrukt dat hij de kerstmarkt liever had opengehouden. “Ik vind het jammer en niet echt handig. Want wat krijgen we nu? Mensen komen naar Oostende en zoeken toch iets om te doen. Je krijgt dan pakken volk op de dijk en in de winkelstraat. Met de winterevenementen konden we dat volk nog spreiden over verschillende buitenevenementen die strikt georganiseerd werden. Men staat er niet bij stil dat dit gevolgen heeft. Dit was een buitenactiviteit, waar het risico niet zo groot was. Mensen zoeken intussen nog altijd ontspanning en in grote groepen. Wij krijgen dat niet meer gehandhaafd. De draagkracht van de politie loopt ten einde. Ik kan geen politie van de boom plukken. Er zijn zoveel regels die wij moeten controleren.”

Organisator Quinten Goekint neemt de stad niets kwalijk, maar hoopt de hogere overheid tussenkomt. “Dit is voor deze mensen echt een drama. De eerste drie weken zijn traditioneel kalme weken en nu het zou beginnen draaien, moeten ze sluiten. Ze betaalden heel veel standgeld, maar kregen nog niet de kans die terug te verdienen. Wij kunnen hen als organisatie ook niet compenseren, want dat geld werd al geïnvesteerd in de chalets, marketing, personeel, noem maar op. Ik hoop dat de overheid in actie schiet en deze mensen financieel bijspringt. Ik heb schrijnende situaties gezien”, zegt Goekint. Hij verwijt de stad niets. “Ze hadden het lef om het te organiseren, maar het was niet te handhaven. De regels zijn weer veel te nauw gezet en dat terwijl het spel al gespeeld werd. Het kost een hoop geld om overal stewards te zetten en alles te controleren. De beperking van aantal bezoekers is ook heel scherp. Op een zaterdag zijn hier 4.000 tot 5.000 mensen tegelijk. 1250 is dan ook peanuts en wat doe je met al die mensen die een rij staan aan te schuiven aan de ingang?”

Vooruit klaagt aan: “Openluchtbars dicht, overdekte niet”

Oppositiepartij Vooruit stelt zich vragen bij de sluiting van de kerstmarkt. Ze baseren zich op gesprekken met enkele standhouders. Ze begrijpen niet waarom de stad het evenement liet doorgaan en niet op mogelijke problemen anticipeerde.

“Deze manier van werken roept heel pertinente vragen op”, zeggen Karel Labens en Jeroen Soete. “Waarom moeten 50 standhouders hun stand, te bezoeken in open lucht, sluiten en mogen twee andere standhouders, de Bärenhutte en Ice-bar, wel open blijven, terwijl net zij wel met overdekking werken? Het was veel logischer en correcter geweest om net de standen, te bezoeken in open lucht en waarbij beide ingangen gesplitst kunnen worden als in- en uitgang, wél open te houden, en de overdekte inrichtingen te sluiten. Waarom werd dit niet gedaan?”, vraagt de partij luidop. Vooruit vraagt zich ook af of het standgeld deels terugbetaald zal worden.

“Wij kunnen niet elke ondernemer vergoeden die getroffen wordt door de federale maatregelen. Het is aan de hogere overheid om hierin tussen te komen”, zegt burgemeester Bart Tommelein. Volgens hem komt de sluiting vooral door het politieadvies dat de maatregelen specifiek voor de kerstmarkt niet te handhaven waren. “Er moesten ook nog meer stewards aanvaard worden en dat is niet enkel duur, er was ook geen zekerheid dat we die zouden vinden. Ik wou ook open blijven, maar het was gewoon niet haalbaar. Dat de twee bars wel open mogen blijven is het gevolg van de maatregelen zelf. Daarin staat heel specifiek dat ijspistes en bijhorende horecazaken open mochten blijven. Dat zijn de regels van het Overlegcomité. Het gaat zeker niet om vriendjespolitiek.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier