Meester Henri Cardoen wordt 100 jaar: “Ik was het jongste schoolhoofd in de regio”

De bijna eeuweling kan genieten van de dagelijkse dingen in het leven in zijn goed onderhouden tuin naast de gewezen gemeenteschool. (foto ZB)
Redactie KW

Een babbel met ‘meester’ Henri Cardoen is echt een verrijking. Iets minder mobiel, maar nog altijd erg helder van geest blikt hij terug op een rijk gevuld en mooi leven ten dienste van Beselare.

De kersverse 100-jarige, die in het schoolhuis in de Dadizelestraat woont, is een geboren verteller die het verhaal van zijn leven doorspekt met de nodige kwinkslagen. “Ik ben geboren op de Reutelhoek op 4 juli 1920”, begint hij zijn verhaal. “We waren thuis met zeven kinderen: vijf jongens en twee meisjes. Mijn oudste broer werd geboren in 1910 en mijn jongste broer Frans in 1935. Frans en ik zijn nog de enigen in leven.”

Vader Henri Cardoen was kasseilegger en moeder Hélène Deleu was huisvrouw. “Mijn ouders waren tijdens WOI gevlucht naar Frankrijk en kwamen als een van de eersten terug. Ik was na de oorlog dus ook een van de eerste kinderen die in Beselare geboren werden. Van het huis bij de Reutel – bij manier van spreken want het was eigenlijk een barak van het Albertfonds – verhuisden we naar mijn eigenlijke ouderlijke huis op De Berg.”

Onderwijs

Henri ging als kleuter naar school bij de nonnekes en in 1926 stapte hij over naar de jongensschool, waar hij in het eerste leerjaar leerde lezen bij meester Duthoy. “De school telde toen acht klassen en de meeste jongens stopten na het achtste leerjaar op 14 jaar. Ik had echter van kleins af al gezegd dat ik wilde verder studeren. De toenmalige pastoor gaf ons ook een duwtje in de rug en met een lening van Bond de Kroostrijke gezinnen kon ik naar de normaalschool in Torhout.”

Samen met 70 medestudenten behaalde Henri de akte van onderwijzer in 1939 op 19-jarige leeftijd. “Mijn eerste werk als onderwijzer was een interim van acht dagen in de gemeenteschool van Zonnebeke waar ik toen dokter Leon Hoflack in de klas had. Na Zonnebeke kon ik aan de slag in de wezenschool Ons Tehuis in Ieper. In januari 1940 werd ik opgeroepen in het leger en moest me melden in de Leopoldskazerne in Gent.”

“Ik gaf alle vakken graag, al ging mijn voorkeur wel uit naar taal”

Meester Cardoen moest op 10 mei mee op veldtocht, maar na de ondertekening van de capitulatie op 28 mei door Leopold III in het kasteel van Wijnendaele mocht hij naar huis. “Werk had ik niet meer en toen ben ik 1 jaar met vader meegegaan om te werken op het vliegveld van Vlamertinge. Daarna kon ik opnieuw aan de slag in Ons Tehuis. Ik herinner me nog goed dat heel onze school tijdens de oorlog werd geëvacueerd en ondergebracht werd in Huize Godtschalck in Loker.”

Toen er in 1948 een vacature was in de Beselaarse gemeenteschool stelde meester Henri zich kandidaat. “Ik werd benoemd tot schoolhoofd en had nog geen 10 jaar dienst. Daarmee was ik het jongste schoolhoofd in de regio. Het was een mooie tijd in Beselare. Trots ben ik nog altijd op het feit dat ik een schoolteam heb gevormd dat vooruit wilde en aan hetzelfde zeel trok. Onderwijzer is een mooi beroep en ik heb het altijd graag uitgeoefend. Ik gaf alle vakken graag, al ging mijn voorkeur wel uit naar taal.”

Meester Henri Cardoen met zijn vrouw Marie-Thérèse Poot en het kroostrijk gezin met zoon Dirk Cardoen en de dochters Mieke, Christine en Lutgart. (foto ZB)
Meester Henri Cardoen met zijn vrouw Marie-Thérèse Poot en het kroostrijk gezin met zoon Dirk Cardoen en de dochters Mieke, Christine en Lutgart. (foto ZB)

In het verlengde van zijn schoolwerk gaf hij ook nog Franse les en muziekles. In 1976 trok hij definitief de schoolpoort achter zich dicht. Hij werd als schoolhoofd opgevolgd door zijn neef André Cardoen en later door zijn jongere broer Frans.

Schilderschool

Op 21 augustus 1946 trad meester Henri in het huwelijk met Marie-Thérèse Poot die ook op 4 juli verjaarde en geboren was in 1918. Ze was afkomstig van Geluwe en haar vader was schilder. “Ik leerde haar kennen op het huwelijksfeest van mijn broer”, gaat de meester verder. “Eerst woonden we in Ieper en in 1949 verhuisden we naar het schoolhuis in Beselare. Onze oudste zoon Dirk (1947) werd nog in Ieper geboren en de andere kinderen Mieke (1949), Christine (1951) en Lutgart (1955) werden allen thuis in Beselare geboren. Haar grote hobby was schilderen en ze was er zeer bedreven in. Ze volgde wat schilderschool, maar was vooral autodidact. Toen studeerden de meisjes nu eenmaal niet vaak verder. Ze was als jong meisje al beginnen te schilderen. Toen de kinderen het huis uit waren, begon ze die activiteiten weer op te nemen. Haar werken waren pareltjes.” Ze overleed in 2007.

Zoals het een onderwijzer in die periode paste, leverde meester Hernri een belangrijke bijdrage aan het socioculturele leven van Beselare. “Ik speelde al muziek van in de normaalschool dus werd ik in Beselare ook spelend lid van de harmonie en later bestuurslid. In 1948, kort na de oprichting van toneelvereniging Vreugde na Arbeid, was ik erbij. In het begin was dat nog niet gemengd. We speelden in zaal Open Deur. Ik heb ook geregisseerd en zetelde in het bestuur. Verder was ik ook voorzitter van de kroostrijke gezinnen en secretaris van de kerkfabriek.”

Gelukkig

Eenmaal met pensioen genoot hij van zijn goed onderhouden tuin met prachtige bloemen en hielp hij bij de kinderen bij het bouwen van hun huis. “Ik heb inderdaad veel klusjes uitgevoerd en deed het graag. Nu ben ik wel wat minder mobiel. Er komt nu iemand van Familiehulp om te koken en te kuisen. Maar ook de kinderen en kleinkinderen komen veel. Ik ben gelukkig met mijn familie. Mijn kinderen schonken me 14 kleinkinderen en 36 achterkleinkinderen.”

Het jongste achterkleinkind Gust werd nog in coronatijd geboren. “Van elk van de kleinkinderen krijg ik als nieuwjaarsgeschenk een etentje. Ik ben blij dat ik nog over alles kan meepraten, al zijn er natuurlijk wel wat ongemakken aan die leeftijd. Maar schrijf maar dat ik gelukkig ben.” (NVZ)