Loes Maveau: “Het enige dat ik mis in Brugge zijn vegetarische restaurants”
Loes Maveau promoot de stad in het buitenland. Dat doet ze niet zelf, ze neemt Brugse journalisten mee op sleeptouw door Brugge door hen te inspireren met de toeristische troeven. “Als er aanvragen zijn om te filmen in de stad, gebeurt de coördinatie en ondersteuning via ons.”
Loes Maveau is sinds vorig jaar in februari coördinator internationale pers van Stad Brugge. Ze leidt het persteam van de dienst Toerisme en ontvangt buitenlandse journalisten om de stad te promoten. Als rasechte Brugse kent Loes de stad als haar binnenzak.
Destijds zette Loes ook de eerste stappen van haar carrière in Brugge, want tijdens haar studies journalistiek volgde ze stage bij Het Brugsch Handelsblad. Later was ze jarenlang mee het gezicht van Cactus Muziekcentrum en Cactusfestival. Tot ze vorig jaar dus bij de stad ging werken.
Maveau, is dat een Franse naam?
“Mijn zus heeft ooit eens de etymologische betekenis ervan opgezocht en het betekent ‘hij die van slechte wil is’. (lacht) Maar het klinkt inderdaad Frans en sommigen durven het wel eens vertalen als ‘mijn kalf’, maar dan zou het Monveau moeten zijn.”
Oké, die Franse piste laten we varen. Hoe goed ken je je stad?
“Ik ben geboren en getogen in Brugge. Ik woonde tot aan mijn 24ste in Sint-Kruis Male. Na een tussenstop van zes jaar in de binnenstad, woon ik ondertussen al acht jaar in Sint-Andries. Ik heb drie jaar gestudeerd in Gent en een jaar in Utrecht, maar daarna ben ik in Brugge beginnen te werken. Gent vond ik nochtans ook heel tof. Mijn vriend studeerde in Brussel en die stad lag mij ook echt, maar op den duur ken je zo goed je eigen stad dat het stom zou zijn om ergens helemaal opnieuw te beginnen. Ik kende mijn stad tenslotte door en door.”
Je hebt in Utrecht gestudeerd?
“Ja, een jaartje aan de School voor Journalistiek. Ik had na mijn opleiding journalistiek aan de Arteveldehogeschool het gevoel dat ik van alles wat kon, maar tegelijk ook niets. Vandaag kun je je specialiseren in een medium zoals tv, radio, krant, tijdschrift,… en in bepaalde sectoren zoals cultuur of politiek. In mijn tijd was dat nog niet zo. We leerden eerder van alles een beetje. In Utrecht heb ik voor tijdschrift gekozen, want voor televisie en radio was ik veel te verlegen. Een trekje waar ik nog altijd wat last van heb. Voorts koos ik als specialisatie cultuur, iets wat mij enorm lag. Kort nadat ik ben afgestudeerd, heb ik voor een tijdschrift geschreven dat gespecialiseerd was in films en televisie, want ik was toen enorm geïnteresseerd in film. Vroeger ging ik haast wekelijks op zondagavond naar de laatavondfilm in Lumière, ik vond het heerlijk om daar soms helemaal alleen te zitten.”
Toch ben je in aan de andere kant van de journalistiek terecht gekomen?
“Ik was bezig met een freelance opdracht op het filmfestival van Gent, toen ik een telefoontje kreeg van Brugge 2002. Dat was de organisatie die alles in goeie banen leidde in het jaar 2002 waarin we de culturele hoofdstad van Europa waren. Men zocht nog iemand voor de communicatie. Ik werkte onder andere mee aan de brochure en de nieuwsbrieven. Dat was een heel leuke en leerrijke ervaring, een jaar lang werd ik ondergedompeld in dingen waarvan ik nog niet zo heel veel wist: theater, dans,… Daar heb ik beseft dat ik verder wou in de culturele wereld.”
Na Brugge 2002 ben je bij Cactus Muziekcentrum terechtgekomen waar je bijna 14 jaar pers- en promotieverantwoordelijke was. Ook een fijne tijd?
“Absoluut. Ik heb die job altijd met veel passie gedaan, maar na de zomer van 2016 was ik toe aan een nieuwe uitdaging. Ik heb Cactus en het festival enorm zien evolueren naar de professionele organisatie die het vandaag is. Het is niet evident om een festival dat haast volledig gedragen wordt door vrijwilligers, te laten uitgroeien tot een festival dat er staat op alle vlakken. Het was een enorm boeiende maar tegelijk een zeer heftige job. Tijdens de maanden die vooraf gingen aan het festival werd je als medewerker telkens voor een stuk geleefd.”
“Dat is jarenlang geen issue geweest, maar met twee kindjes in huis wordt dat natuurlijk plots minder evident. Mijn persoonlijke interesses liepen dooreen met mijn job waardoor het ook moeilijk was om mijn grenzen af te bakenen. Vaak was ik ook in het weekend bezig met muziek, concerten, waardoor alles vaak ‘Cactus’ was. Lange tijd heb ik dat niet beschouwd als ‘werk’, meer als een hobby. Toen ik moeder werd, kreeg ik het gevoel dat ik beiden te kort deed: mijn werk én de kinderen en dat wrong.”
Heb je de Cactusdeur volledig gesloten achter je?
“Neen, zeker niet. Ik ben nog vrijwilliger op het Cactusfestival. Ik ervaar nu dus alleen nog de voordelen. (lacht) Uiteraard draag je als vrijwilliger nog verantwoordelijkheid, maar ik ervaar die stress niet meer waardoor ik van het festival kan genieten. Vroeger zat ik er helemaal door nog voor het festival begon en moest ik me echt door het weekend slepen. En daarna was het nog niet gedaan. Want dan was er nog de opkuis, Klinkers (Moods nu, nvdr.)en Benenwerk. Halverwege augustus kon mijn vakantie dan eindelijk beginnen. Zeker met twee jonge kindjes was dat echt niet praktisch.”
Dus solliciteerde je bij de stad?
“De vacature sprak mij aan omdat het over een afgebakend kader ging én omdat ik een beroep kon doen op mijn ervaring. Deels met de pers, maar ook met de stad en mijn netwerk. Ik ken heel wat mensen uit de culturele sector (Brugge Plus, Concertgebouw, …) met wie ik al jaren samenwerkte. Door terug te vallen op dat netwerk heb ik een vliegende start kunnen nemen.”
Wat houdt je job precies in?
“Ik ben coördinator van het persteam van de dienst Toerisme. De nationale persrelaties worden verzorgd door de persdienst van de stad en de persdienst van toerisme gaat over alles wat met internationale pers te maken heeft. Gaandeweg is daar ook het City Film Office bijgekomen. Als er aanvragen zijn om te filmen in de stad, gebeurt de coördinatie en ondersteuning via ons.”
“We houden van de rust en de stilte. Het klinkt cliché, maar die kleine dingen maken mij echt gelukkig. En ik haal er mijn energie uit”
“In hoofdzaak werken we dus met buitenlandse journalisten en onze partner is de overkoepelende organisatie Toerisme Vlaanderen. Zij hebben buitenlandkantoren in Europa en doen heel vaak al een eerste filtering en bekijken welke buitenlandse media qua profiel het best bij bijvoorbeeld de Triënnale passen. Wij zetten dan een persreis op en ontvangen die journalisten in de stad en steken een heel programma ineen zodat ze ook de stad in haar totaliteit leren kennen.”
Wat doe je om te ontspannen tijdens de weekends?
“We pakken heel vaak de fiets en gaan dan het bos in of we gaan naar het strand van Zeebrugge. Kleine dingen eigenlijk. We houden van de rust en de stilte. In het weekend heb ik heel weinig de behoefte om de drukte van de stad op te zoeken. Ik zie dat als een tegenwicht voor mijn drukke job.”
Hoe ziet de perfecte zondag eruit?
“Lang uitslapen! Iets wat nooit lukt. (lacht) ‘s Ochtends gaan we graag lopen. De kleinste gaat mee in de kar en de oudste met haar fiets. Ik sta ook graag vroeg op voor een rommelmarkt op zondagochtend. Ik ben fan van allerlei tweedehandse dingen. In de namiddag springen we de fiets op, al zitten we voorlopig wel nog vast aan het middagdutje van ons zoontje. Ook afspreken met vrienden om te picknicken in het bos hoort bij mijn favorieten op zondag. Het klinkt cliché, maar die kleine dingen maken mij echt gelukkig. En ik haal er mijn energie uit.”
Waar droom je nog van?
“Russisch leren! Toen ik ging studeren heb ik lang getwijfeld om Slavische talen te studeren, maar ik vroeg me af wat ik er later mee zou kunnen doen. Dus heb ik voor journalistiek gekozen. Maar de droom om Russisch te leren is altijd gebleven.”
“Ik droom ervan om een eigen bakkerij te beginnen maar dat is iets voor mijn fin de carrière”
“Een andere droom is een eigen bakkerij beginnen. Ik heb de opleiding brood en banket aan Syntra West gevolgd en daarna nog twee jaar Spermalie gedaan. Met mijn vriendinnen heb ik al zitten brainstormen over wat we zouden doen. Ons specialiseren in babyborrels bijvoorbeeld. Maar het is er nog niet van gekomen. Het is wachten op de goeie specialisatie. Mijn vriend verdraagt geen gluten en lactose en ik heb er lang over gedacht me daar in te specialiseren. Maar het idee heeft nog tijd nodig. Het is iets voor mijn fin de carrière!”
Het is niet gelijk wat je in de kookpotten gooit met die allergieën van je vriend?
“Neen en ik ben dan ook nog eens vegetariër! Als wij ergens gaan eten krijgen we dikwijls de vraag ‘Wat eten jullie dan wél?’ We eten vooral heel veel groenten en glutenvrije pasta’s. Dat is trouwens iets wat ik mis in Brugge: meer vegetarische restaurants. Op dat vlak komen wij achter op bijvoorbeeld Gent. Maar dat is echt het enige wat ik mis aan mijn stad!”
De tips van Loes p>
Lekker eten p>
“De Plaats in de Wapenmakersstraat, omdat ik vegetarisch eet en omdat het er gewoon ook echt lekker is. De Republiek is dan weer al heel lang één van mijn favorieten. Sinds Bart Geernaert en zijn team hun schouders er onder gezet hebben, is het echt een magische plek geworden. Het is er supermooi zitten en het eten is top.” p>
Mooiste plekje p>
“Sint-Anna! Ik heb lang in de Rodestraat gewoond, waarvan twee jaar op het pleintje onder de Jeruzalemkerk. Daar heb je twee kleine witte huisjes en ik woonde in eentje daarvan. Ik heb echt zó genoten van die buurt. Recht in het centrum, maar toch rustig.” p>
Reizen p>
“Met Nepal heb ik een bijzondere band. Dat land is echt aan me blijven plakken. Ik ben er al twee keer geweest. De eerste keer was toen ik 25 was, samen met mijn twee zussen. We zijn er zeven weken gebleven en het was een heel intense ervaring. We hebben het land leren kennen op een niet-alledaagse manier door vaak bij de plaatselijke bevolking te verblijven. Het was mooi om te zien hoe die mensen daar ondanks alle miserie toch positief blijven. Tijdens beide reizen heb ik ook Bert Demarest ontmoet, een Belg die met de Nepalese Maya is getrouwd en tussen Nepal en België schippert. Ik engageer me samen met een aantal andere Bruggelingen om met zijn vzw De Vuurvlieg activiteiten ten voordele van Nepal op te zetten.” p>
“Ik droom ervan om er ooit terug te keren met onze kinderen en dan nog het liefst als eindpunt van een fietsreis door Azië!” p>
Shoppen p>
“Ik koop heel veel tweedehandse kleding. Als ik nieuwe kleren koop, dan wil ik dat het duurzame kleding is. Kleding met een ethisch verantwoord verhaal, zoals het Belgische merk Ginger. Daarvan is er een winkel in de Noordzandstraat. Ook Leeloo heeft de lijn doorgetrokken en biedt alleen nog merken aan die ethisch verantwoord zijn. Meestal hangt daar ook een prijskaartje aan vast, maar dan liever één stuk dan tien dingen die in mijn kast blijven hangen.” p>
Interview
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier