Het Torhoutse inwonerspanel, lukraak samengesteld uit bereidwillige bewoners van alle standen en leeftijden, heeft zijn licht laten schijnen over het winkelen in de stad. Welgeteld 319 panelleden vulden de vragenlijst is. Twee opvallende conclusies: een ruime meerderheid is voorstander van grote winkelketens en amper 14 procent winkelt nooit online. Het stadsbestuur belooft met de cijfers rekening te zullen houden voor zijn beleid inzake het handelsleven.
Mocht u aan de objectiviteit van het panel twijfelen, eerst even dit. Hoewel bepaalde mensen zich dolgraag voor het panel kandidaat willen stellen, kunnen ze zich niet zelf inschrijven. De selectie van de leden gebeurt at random. Ze wordt dus volledig aan het toeval overgelaten. Alleen op die manier kun je een min of meer representatieve groep samenstellen en nagaan hoe de gemiddelde Torhoutenaar over iets denkt.
Grotere aankopen gebeuren maar voor 35% lokaal
De panelleden werden gevraagd in welke mate hun dagelijkse activiteiten studies, werk of pensioen invloed hebben op hun winkelgedrag. En waarom ze bepaalde zaken doorgaans buiten Torhout kopen.
Ze mochten ook hun mening geven over de lokale winkelbeleving, het aanbod en de manier waarop ze eventueel digitaal shoppen. Logischerwijze werd de wekelijkse woensdagmarkt ter sprake gebracht. Het onderzoeksbureau Public Minds, dat zich over het inwonerspanel ontfermt, zorgde voor de verwerking van de resultaten. Hieronder vindt u het lijstje vaststellingen.
• Voor een horecabezoek doet ongeveer de helft van de ondervraagden doorgaans Torhout aan. De andere helft gaat meestal, of altijd, buiten de stad uit eten of drinken.
“Dit rapport over het winkelen zal zeker niet in de kast verdwijnen”
• Dagdagelijkse boodschappen en het afhalen van maaltijden gebeuren door bijna iedereen in de eigen stad. Voor kleding en schoenen kiest 60% voor Torhout. Voor grotere aankopen is dat maar 35%. De voornaamste reden voor dat laatste, lagere cijfer is het bredere aanbod buiten de stadsgrenzen en het lokale gebrek aan specifieke winkels en producten.
• De meesten combineren winkelen nooit met horecabezoek of vrijetijdsactiviteiten.
• Bancontact is het favoriete betaalmiddel.
• De jaarlijkse Batjes zijn heel goed ingeburgerd, maar de Winterbraderie en vooral de Lenteshopping hebben nog heel wat extra bekendheid nodig.
• De meeste panelleden weten waar je lokale producten kunt kopen. Eén op de drie kent het label 100% Torhout. Van wie jonger dan 55 jaar is, kent hooguit een kwart het label. Hoe jonger, hoe minder dus.
• Een ruime meerderheid van de bevolking is voorstander van grote winkelketens. In dat opzicht wordt de mogelijke komst van de supermarkt Albert Heijn naar de Bruggestraat breed gedragen.
Online shoppen op de eerste plaats voor het gemak
• Amper 14% van de ondervraagden shopt nooit online. De voornaamste motivatie voor webaankopen is het gemak: je hoeft je niet te verplaatsen. Er wordt weinig bewust gekozen voor een bepaalde webwinkel. Er wordt gewoon gegoogeld.
• Bijna één op de drie bezoekt minstens één keer per maand de woensdagmarkt. Bij de 55-plussers is dat quasi de helft. Op de markt hebben vooral de dagdagelijkse aankopen plaats. Wie zelden of nooit langsgaat, noemt als hoofdreden tijdsgebrek.
“Dankzij het inwonerspanel houden we de vinger aan de pols”, zegt burgemeester Kristof Audenaert. “Dit rapport over het winkelen zal zeker niet in de kast verdwijnen. We zullen het gebruiken om beleid te voeren. We willen jaarlijks twee bevragingen over specifieke thema’s bij de bevolking doen.”