DE ARK VAN KW (5) : De struisvogels van Bert Neirinck uit Aarsele

© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN
Redactie KW

Elke woensdag serveren we (niet letterlijk, geen zorgen) een opmerkelijk dier dat op West-Vlaamse bodem vertoeft.

Wij bij KW zijn zot van beestjes en we weten dat jullie dat ook zijn. Getuige daarvan de duizenden katten en honden in jullie tuin, volières vol parkieten en bokalen vol goudvissen. Maar de ark van Noah had natuurlijk nog wel meer beestjes in het ruim. Voortaan gaan we elke week op zoek naar de eerder zonevreemde exemplaren en de kleurrijke exoten.


© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN

Dierenarts Bert Neirinck (52) uit Aarsele runt Schobbejaks Hoogte, de grootste struisvogelboerderij van het land. Wat 25 jaar geleden begon als een hobby met 2 struisvogels is inmiddels danig uit de hand gelopen, want op het grote domein van Bert en zijn gezin lopen momenteel… 900 gevederde vrienden rond.

Alhoewel, vrienden? “Een struisvogelpoot plooit in de omgekeerde richting in vergelijking met onze benen, waardoor ze bijzonder hard voorwaarts kunnen stampen. Hun poten kunnen tot anderhalve meter van de grond komen. Dat maakt het niet gemakkelijk om hen te vangen. Ooit liep ik daarbij een breuk aan het borstbeen op”, vertelt Bert.

“Een struisvogel stampte me eens een breuk aan het borstbeen”

Sinds de bouw van een slachthuis vorig jaar blijft het op de struisvogelboerderij niet alleen bij de kweek van de dieren. “Onze vleesproducten, onder meer biefstuk, stoverij, salami en paté, zijn bij de liefhebbers al redelijk bekend. We bieden ook honden- en kattenvoer, lederwaren en zelfs cosmetica op basis van struisvogel aan.”

DE ARK VAN KW (5) : De struisvogels van Bert Neirinck uit Aarsele
© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN


© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN

In de jaren negentig was struisvogelvlees op een gegeven moment een ongelooflijke hype. Hoe komt het dat we de delicatesse tegenwoordig nauwelijks nog aantreffen in de grootwarenhuizen? Bert Neirinck: “Ze haalden het vlees vooral uit Zuid-Afrika, dé bakermat van de struisvogelkweek, maar het land wordt al vijf jaar door vogelgriep getroffen en het vlees wordt niet meer uitgevoerd.”

Crisis overleefd

“Wij hebben de dioxinecrisis en vogelgriepperiode overleefd omdat we zijn blijven geloven in de kwaliteit van ons cholesterolarm vlees. Hier lopen dubbel zoveel dieren rond als bij de kwekers in de rest van het land samen. Momenteel zijn we nog met een twintigtal. Veel startende ondernemers dachten ten tijde van de hype, zo’n 15 à 20 jaar geleden, dat struisvogelvlees snel een even grote markt zou bestrijken als varkens- en rundsvlees. Zij hebben er hun broek aan gescheurd, terwijl wij het altijd als een nichemarkt zijn blijven zien.”

(TVW)