Chef techniek bij de VRT Wouter Degrave zorgt dat Ronde goed in beeld komt: “Sfeer is enorm, maar van de koers zie ik niet veel”

Wouter Degrave. (foto HDV) ©  Hein Demeyer
Freddy Vermoere
Freddy Vermoere Medewerker KW

Nog twee keer slapen en het jaarlijkse wielerfeest van De Ronde van Vlaanderen staat weer op het menu. Wouter Degrave (47) maakt het vanop de eerste rij mee als chef techniek bij de VRT en dat op de plaats waar de renners voor spektakel zorgen: op de Oude Kwaremont. “De sfeer is enorm, maar van de koers zie ik niet al te veel”, zegt hij.

Wouter Degrave zette zijn eerste schuchtere passen als technicus bij de VRT in 1997. In aanloop naar een job elders zo dacht hij toen. Vandaag prijst hij zich gelukkig dat hij gebleven is want inmiddels is hij chef techniek en is het samen met de regisseur zijn verantwoordelijkheid dat niet alleen De Ronde, maar ook de Zesdaagse van Gent, De Warmste Week, Vive le Vélo en vele andere events technisch perfect in beeld worden gebracht. We spreken hem in zijn huis in de Gruuthusestraat in Beveren-Leie waar hij twintig jaar geleden is neergestreken. “Heerlijk om hier te wonen”, zegt hij op een druilerige dag na een uurtje fietsen op de rollen.

De Ronde van Vlaanderen wordt wereldwijd bekeken. Geeft zoiets stress?

“Het is toch altijd een beetje spannend in aanloop daar naartoe. Ik kan gelukkig een beroep doen op een team van vijftien toptechnici. Dat maakt dat er nooit grote problemen zijn. Al is het elke keer wel nodig dat we heel geconcentreerd zijn want uiteindelijk zijn er toch vijf camera’s te bedienen op de Kwaremont en is er ook een flyline opgesteld. Dat is een systeem waarbij een camera aan een kabel bevestigd is die toelaat om de renners vijfhonderd meter lang mee te volgen langs het moeilijkste stuk. De voorbije dagen is alles in gereedheid gebracht. We zijn er helemaal klaar voor.”

Heb je tijd om van de koers te genieten?

“Die zie ik amper voorbijkomen. We zijn ook allemaal volledig gefocust op het technische luik zodat we alles perfect in beeld kunnen brengen.”

De Ronde van Vlaanderen is een van de vele programma’s waarvoor je verantwoordelijk bent. Wat is daarnaast jouw favoriete uitzending?

“Ik hou van alles wat ik doe, maar Vive le Vélo zou ik toch niet graag missen. We werken daarvoor intensief samen met een kleine ploeg en dat is toch altijd een aparte ervaring. Bovendien ga ik voor Vive le Vélo ook vooraf mee op pad met een regisseur en een producer om voor de Ronde van Frankrijk de locaties vast te leggen. Het is altijd toch een hele opdracht om per rit een plaats te vinden binnen een straal van vijftig kilometer van de aankomstlijn. Al is het toch ook altijd aangenaam om door Frankrijk te rijden, een land dat je toch altijd een beetje in vakantiestemming brengt. Ik stel telkens opnieuw vast dat ik nog altijd nieuwe dingen ontdek.”

Ik hou van alles wat ik doe, maar Vive le Vélo zou ik toch niet graag missen

Wist je als kind al dat je technicus wou worden?

“Ik was inderdaad nog niet oud toen het voor mij duidelijk was wat ik later zou doen. Mijn broer, die zes jaar ouder is, volgde elektronica in het VTI van Roeselare en ik zat bij wijze van spreken de hele tijd over zijn schouders mee te kijken als hij thuis aan het studeren was. Ik heb nog een broer en het grappige is dat we nu alle drie technicus zijn terwijl onze vader in de bank- en verzekeringssector werkte en niet eens zo handig is.” (lacht)

Je bent een verwoed mountainbiker. Heb je zelf al eens meegedaan aan de Ronde van Vlaanderen voor wielertoeristen?

“Neen omdat ik dan bezig ben met de laatste controles in aanloop naar de Ronde. Ik ga wel regelmatig mountainbiken in de Vlaamse Ardennen. Van bij mij thuis is dat een kleine 25 kilometer, perfect voor een tocht van rond de 70 kilometer. Ik ben de voorbije weken ook een paar keer tot daar gefietst om alles al eens te gaan checken. Dat is het voordeel als je dichtbij woont.”

Waregem organiseert de City Mountainbike Challenge in de stad, een UCI-discipline wedstrijd. Doe je daar dan ook aan mee?

“Ik heb dat in de beginperiode gedaan, een jaar of vijftien geleden toen daar in hoofdzaak vrijetijdsrijders op afkwamen. Ik stond er met een team van drie rijders zelfs ooit op het podium. Dat was dus voor dat het een UCI Worldcup-wedstrijd geworden is. Nu komen er vooral profs aan de start en heb ik daar niets meer te zoeken. Tegenwoordig focus ik me op mountainbike Enduro discipline (technische afdalingen, red.).”

Is die podiumplaats in Waregem jouw strafste prestatie als mountainbiker?

“Ik ben daar eerlijk gezegd niet zo mee bezig, al ben ik een keer of vijf naar het VRT-gebouw aan de Reyerslaan in Brussel gemountainbiket. Misschien was dat nog straffer. De eerste keer had ik het wel wat onderschat. Ik was via de Vlaamse Ardennen richting Brussel gereden en dus was dat echt heuvel op en heuvel af. Ik was dan ook pompaf toen ik er aankwam. De keren nadien heb ik toch maar een ander en vlakker parcours uitgekozen om ernaartoe te rijden, via Wetteren en Aalst.” (lacht)