“Bruggelingen van buitenlandse herkomst vinden zelden een woning”
“Een huurwoning vinden op de private woonmarkt. Dat is het belangrijkste probleem”, zeggen Cynthia Owembabazi en Habiba Kerouach. Beide dames zijn ‘toeleiders in diversiteit’ bij de stad Brugge en spreken samen vijftien talen. “Het foefje van vele agences dat de eigenaars niet willen verhuren aan buitenlanders is larie. Er is sprake van racisme op de woonmarkt.”
De Oegandese Cynthia Owembabazi (33) en de Marokaanse Habiba Kerouach (42) zijn ‘ervaringsdeskundigen’, want zij ervoeren zelf heel wat problemen toen zij in ons land arriveerden. “Ik ben vijf jaar geleden uit Oeganda naar België gevlucht”, vertelt Cynthia. “De liefde dreef mij twaalf jaar geleden naar België”, bekent Habiba, die na een tussenstop in Spanje inmiddels gehuwd is met een Syrische vluchteling.
Foefje
Beide dames kenden zelf heel wat moeilijkheden om een deftige woning te kunnen huren, net als vele nieuwkomers. “Ik zoek nu al drie jaar een andere woonst”, zegt Habiba. “Zelfs met de loonfiches van mijn man en ik lukt het niet. Met foefjes als ‘we zullen u terugbellen’, ‘de woning is net verhuurd’ of ‘u hebt vier kinderen, maar de woning telt slechts drie slaapkamers’ word ik vaak wandelen gestuurd. Zowel mijn man als ik hebben vast werk.”
“Het foefje van vele agences dat de eigenaars niet willen verhuren aan buitenlanders omdat zij vrezen hun huurgeld niet te krijgen, is larie. Er is sprake van racisme op de woonmarkt. Het is geen verrassing voor mij dat 17 procent van de hulpvragen die wij krijgen gaat over het vinden van een betaalbare woonst.”
“Er is sprake van racisme op de woonmarkt”
Cynthia en Habiba zijn Brugse stadsambtenaren en maken deel uit van de Diversiteitsdienst. Zij opereren vanuit het Huis van de Bruggeling aan het station. Het project ‘toeleiders in diversiteit’ is het resultaat van een samenwerking tussen de Stad Brugge en het Agentschap Integratie en Inburgering.
“Het bestaat ook in Kortrijk, Roeselare, Harelbeke en de Westkust, maar je mag het toch een uniek West-Vlaams project noemen. Want in andere Vlaamse provincies en in de Brusselse rand wordt de integratie op een andere manier aangepakt”, stelt Thomas Schoreel, consulent integratie van het Agentschap voor de regio Brugge.
Brugfiguren
Annick Vandamme, hoofd van de stedelijke Diversiteitsdienst noemt de toeleiders ‘brugfiguren’: “Voor nieuwkomers is het soms moeilijk om de weg te vinden. Ze weten niet waar naartoe met hun vragen en problemen. Toeleiders maken hen wegwijs: ze verduidelijken documenten, leiden hen naar de juiste diensten en soms gaan ze letterlijk mee op stap naar verschillende organisaties om ondersteuning te bieden.”
“Toeleiders verduidelijken documenten en leiden mensen naar de juiste diensten”
“Cynthia en Habiba hebben sedert december al 354 hulpaanvragen verwerkt. Het merendeel van de vragen komt van Syrische vluchtelingen. Maar ook personen met een migratieachtergrond, die al enkele jaren in Brugge wonen en de Belgische nationaliteit verworven hebben, zitten nog met veel praktische vragen en kloppen bij onze toeleiders aan. De knelpunten en signalen vanuit dit ‘klantencontact’ worden aan de hulp- en dijnstverlenende instanties meegegeven. Zo kunnen die diensten hun toegankelijkheid verbeteren.”
Onbegrepen facturen
Naast vragen over het zoeken naar betaalbare huisvesting moeten Habiba en Cynthia vaak uitleg geven over onbegrepen administratieve formulieren en facturen. “Nieuwkomers die het Nederlands onvoldoende machtig zijn, weten bijvoorbeeld niet hoe ze hun energiefactuur moeten betalen“, zegt Habiba, die vijf talen (Nederland, Frans, Marokkaans, standaard Arabisch en Spaans red.) spreekt.
“Let wel, wij zijn geen tolken, maar maken die nieuwe Bruggelingen in meerdere talen wegwijs in de administratie. Vaak moet ik iets met handen en voeten uitleggen. Zoals onlangs aan een Afghaanse familie, die geen Nederlands, noch Engels en slechts een mondvol Arabisch sprak. Af en toe maak ik ook gebruik van de Vlaamse tolkentelefoon, als de hulpzoekende een taal spreekt die ik niet machtig ben.”
Oudkomers
Cynthia is tien talen machtig. Engels is de officiële taal in Oeganda, zij volgde zelf lessen Frans en Nederlands in België. Kiga is haar moedertaal, maar ze leerde de andere Afrikaanse talen Nyankole, Kinyarwanda, Kirundi, Swahili, Luganda en Bantoe op straat, tijdens haar jeugdjaren in Oeganda. “Geregeld ga ik mee naar het oudercontact van nieuwe Bruggelingen, met kinderen, die het Nederlands onvoldoende machtig zijn”, vertelt Cynthia. “Er zijn soms ook ‘oudkomers’ bij: mensen die hier al minstens een jaar wonen, maar toch nog hulp nodig hebben om doorverwezen te worden naar de juiste diensten.”
“Soms maken we schrijnende toestanden mee”, getuigt Habiba. “Een man was zijn verblijfsdocumenten kwijt en vreesde terug naar zijn land van herkomst gestuurd te worden. Hij weende en wou zelfmoord plegen. Gelukkig hebben wij hem in contact kunnen brengen met de bevoegde administratie. Je moest die man zijn gezicht zien, toen hij goed nieuws kreeg. Zijn aangezicht klaarde letterlijk op, hij leek wel een ander persoon!”
In Brugge zijn er sinds 2014 amper 237 erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden bij gekomen
“Veel mensen zijn ons dankbaar. Ze willen ons zelfs geld of een cadeau geven. Wat we uiteraard weigeren! Ze begrijpen niet dat wij werken voor de Stad Brugge, dat die dienstverlening gratis geeft. Toen ik op een dag aan een man zei dat ik slechts tot 17 uur werk, wou hij mij betalen als ik tot 19 uur wou blijven”, glimlacht Cynthia.
Nieuwkomers
Volgens Annick Vandamme hebben er zich tussen 2014 en 2017 in Brugge 2.821 nieuwkomers gevestigd: “Dat is 2,4 procent op een bevolking van 118.000 mensen. Ter vergelijking: Oostende telde 2.137 nieuwkomers, West-Vlaanderen 20.927 nieuwkomers. Wat Brugge betreft, gaat het in hoofdzaak om Roemenen (22 procent), Polen (14 procent) en Syriërs (11 procent). Daarnaast vestigden zich de voorbije jaren hier ook Italianen (10 procent), Nederlanders (9 procent), Portugezen (9 procent), Fransen (7 procent), Afghanen (5 procent) en Irakezen (5 procent). Met andere woorden: 79 procent van de inwijkelingen heeft een Europese herkomst, 21 procent komt van buiten Europa.”
Vluchtelingen
Interessant om weten is dat er in Brugge sedert 2014 amper 237 erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden bij gekomen zijn in hoofdzaak Syriërs (57 procent), gevolgd door Afghanen (19 procent), Irakezen (16 procent), Libiërs (4 procent) en vluchtelingen uit Eritrea (4 procent). “Slechts 90 van die 237 vluchtelingen bleven na hun erkenning in Brugge wonen. Daar tegenover staat dat er 147 mensen vanuit andere steden naar Brugge verhuisd zijn”, zegt Annick Vandamme. Brugge telde op 1 januari van vorig jaar 6.750 personen met een vreemde nationaliteit.
“Dat is 5,7 procent van de bevolking. De meesten wonen in de binnenstad, want die telt er 13,6 procent. Daarnaast zijn er 11.154 Bruggelingen, die een andere nationaliteit hadden bij hun geboorte en ondertussen Belg zijn geworden. Zij maken 9,4 procent van de Brugse bevolking. Als je er de Bruggelingen bij rekent van wie een van de ouders een andere nationaliteit heeft, kom je aan 15.103. Dat is 12,7 procent van de bevolking, en zelfs 18,7 procent van de bewoners van de binnenstad. daar heeft dus één op zes buitenlandse roots. Je kan dus wel stellen dat Brugge met zijn 148 nationaliteiten zeer divers, maar ook versnipperd is. Van grote etnische entiteiten die in getto’s wonen is geen sprake”, besluit Annick Vandamme. Overigens hebben 2.900 van die buitenlanders…. de Nederlandse nationaliteit.
Interview
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier