Bruggeling Nicolas en zijn hond Tudor organiseren eerste Hondenfestival van België

Nicolas Compernolle en Tudor. © Davy Coghe
Redactie KW

Een goed jaar geleden waren Nicolas Compernolle én zijn hond ‘Tudor de labrador’ nog nobele onbekenden. Intussen zijn de ‘festivalhond’ met de zonnebril en zijn baasje zo goed als publieke figuren geworden. Het gaat dus behoorlijk hard voor Nicolas Compernolle. Op zondag 26 augustus organiseert de Bruggeling zelfs Het Eerste Hondenfestival in provinciaal domein Puyenbroeck in Wachtebeke. “En zeggen dat het eigenlijk allemaal begonnen is met vrienden die voor de grap een zonnebril en een petje op Tudor zijn hoofd hebben gezet”, lacht Nicolas.

Een uurtje voor ons interview met Nicolas sturen we hem nog een berichtje. Of hij toch wel zeker zijn hond wil meebrengen naar de afspraak, voor de foto. “Natuurlijk”, klinkt het al vlug. Het is dan ook een overbodige vraag. Nicolas en zijn hond, genoegzaam bekend als Tudor de labrador, zijn onafscheidelijk.

We spreken af in café ‘t Molenhuis, vlakbij de Dampoort. Nicolas woonde er vroeger nog in de straat om de hoek. Hij is er duidelijk geen onbekende. Cafébaas Stefaan zet spontaan een bakje met water klaar voor de beroemde hond.

Jij en je hond zijn duidelijk onafscheidelijk, maar waar is die liefde voor honden ontstaan? Kreeg je dit al mee van thuis uit?

“Ik ben opgegroeid in Hertsberge, in een nogal landelijke omgeving samen met mijn zus Charlotte en broer Maxime. Mijn ouders hadden eigenlijk allebei een zelfstandige praktijk. Vader als verzekeringsmakelaar en moeder als psychologe. Van hen heb ik wel die drang tot ondernemen en zelfstandigheid meegekregen, denk ik. Maar bij ons thuis waren dus altijd wel heel wat dieren aanwezig. Waaronder dus ook honden. Ik hield er altijd al van om met honden op te trekken.”

“Maar toen ik ging studeren en later zelfstandig ging gaan wonen, had ik geen hond meer. En ik moet zeggen dat ik dat wel erg hard miste. Dieren, en zeker honden, om je heen brengen leven en vrolijkheid. Toen ik werkte als uitbater van Kasteel Tudor heb ik dan toch weer een hond aangeschaft. Vandaar ook zijn naam, Tudor. Nu zou ik niet meer zonder hond kunnen. Ik ben nogal een rusteloze ziel en een hond geeft wat structuur aan je leven. Je moet er regelmatig mee gaan wandelen, je moet voorzien in eten en drinken … Als baasje van een hond moet je dus ook wat plannen en timen.”

Je bent nogal een rusteloze ziel, zeg je. Ook op professioneel vlak ben je wat zoekende geweest naar je eigen weg, niet?

“Eigenlijk wel. Ik ben altijd graag zelfstandig geweest en mijn vrienden en kennissen zeggen me dat ik het nogal goed kan uitleggen, dus ik zal dat dan maar geloven. Daarom ben ik kort na mijn studentenperiode op zelfstandige basis begonnen met de sales en marketing te verzorgen voor het bekende meubelmerk Rachman, vooral bekend voor de grote tafels. Ik heb dat wel graag gedaan, maar eigenlijk wilde ik meer echt iets van mezelf gaan uitwerken. Ik heb dan ook een zestal maanden gewerkt als uitbater van Kasteel Tudor, dat afgehuurd kon worden voor allerlei evenementen en feesten.”

Nicolas Compernolle.
Nicolas Compernolle.© Davy Coghe

“Ward Benoit , een goede kennis van mij, is daar nu een van de uitbaters. Later stond ik ook in voor de branding van een bedrijf uit Gent. Momenteel ben ik eigenlijk niet meer op zelfstandige basis actief, maar ik blijf wel in de verkoop. Ik werk nu bij Rik Reubens Interieur in Knokke. Vanuit de vestiging in de Lippenslaan sta ik in voor de verkoop en ik richt me vooral op de inrichting van tweede verblijven.”

Je verkoopt duidelijk veel en goed, maar met ‘Tudor de labrador’ verkoop je ook een idee, een verhaal.

“Dat mag je inderdaad wel zeggen. Verkopen is mensen overtuigen, hetzij van een product of van een idee. Maar het verhaal van de festivalhond is eigenlijk wel bij toeval ontstaan. Ik was met vrienden op een evenement in Brugge, Barrio Cantina als ik het me goed herinner, en voor de grap haalden m’n vrienden mijn zonnebril van mijn neus en plaatsten die op de snoet van Tudor.”

“In Brugge stootte ik op veel meer bureaucratie en regeltjes dan in Knokke”

“Dan zetten ze hem ook nog eens een petje op en het plaatje was compleet. Een pak mensen nam foto’s van Tudor en zo werd de festivalhond al vlug een sensatie op internet en sociale media. Toen de media er dan ook op inspeelden, was het hek helemaal van de dam. In die periode hielp ik ook mee op allerlei festivals zoals Bombaclat, Cactus en de Gentse Feesten. En telkens was Tudor bij me, met zijn zonnebril op. Heel wat mensen gaven ons spontaan wat kleingeld als ze iets bestelden aan de bar waar ik werkte.”

Je richtte de vzw Tudor Foundation op. Wat is daar precies de bedoeling van?

“Ik heb een vzw opgericht om mogelijke opbrengst in te brengen, want het was nooit de bedoeling om daar echt voor mezelf een commercieel model van te maken. Met de vzw Tudor Foundation zamelen we dus geld in dat dient voor projecten rond hondenwelzijn. We werken ook samen met het project dopjesactie ten voordele van het Belgisch Centrum voor Geleidehonden. Met Tudor wil ik eigenlijk het verhaal brengen dat honden een echt belangrijke plaats in de maatschappij verdienen, omdat ze zo’n positief effect hebben op hun naasten en de brede omgeving. De hond is geëvolueerd van een lastdier of trekdier naar een gezinslid en dat is maar goed ook. Het is nog niet zo heel lang geleden dat een hond de melkkar of voddenkar trok. We kunnen ons dit nu toch niet meer voorstellen. Honden brengen warmte en genegenheid, maar zijn ook vaak een grote hulp zoals voor blinden en slechtzienden.”

Is een stad als Brugge voldoende hondenvriendelijk? Of zie je verbeterpunten?

Ik zou graag nog veel meer loopweides voor honden zien. Honden mogen nog beter ingebed worden in de maatschappij. Ik begrijp ergens wel dat er regels moeten zijn en dat we niet overal honden los kunnen laten lopen … Maar toch, hoe meer vrijheid een hond krijgt, hoe meer hij kan en mag rondlopen, hoe vriendelijker en rustiger die is.”

“We zijn op zoek naar een permanente locatie voor een hondencafé”

“Veel baasjes hebben vaak de neiging om de leiband erg strak te houden en als er mensen of andere honden passeren, wordt die nog eens extra hard aangetrokken. Net daarvan worden hun onrustig enopstandig. Geef een hond rust en speelruimte en het wordt een nog veel aangenamer dier.”

Wat dit ook het idee van het ‘hondencafé’ dat je inrichtte bij pop-up Het Hoofdkwartier?

“Ja, helemaal. Ik heb daarvoor goed samengewerkt met Bram Loosveldt, een van de mensen achter Het Hoofdkwartier, langs de Noorweegse Kaai. Bram werk trouwens ook mee aan andere projecten van mij. De honden hadden er alle vrijheid om los te lopen en te spelen. Het was leuk om zien hoe daardoor zowel het contact tussen de honden onderling als tussen hun baasjes werd aangesterkt. Gezien het een pop-up is kunnen we daar niet blijven, maar we zijn op zoek naar een permanente locatie voor een hondencafé. We hebben wel iets op het oog, maar het staat nog niet helemaal vast.”

Je organiseerde ook een hondenwandeling rondom Kasteel Tudor en een Vrije Honden Strandloop in Knokke-Heist. Hoe evalueer je die evenementen?

“Naar het evenement bij Kasteel Tudor kwam veel volk af, dat was toen ook in het kader van De Warmste Week van Studio Brussel. Wel zo’n 900 baasjes met hond, maar het was niet evident om georganiseerd te krijgen. Ik ben op nogal veel Brugse regeltjes en bureaucratie gestoten. In Knokke-Heist liep het een stuk eenvoudiger. Ik ben van plan om die Vrije Hondenstrandloop daar ieder jaar te herhalen, en zelfs twee keer. Telkens bij het begin en het einde van het seizoen dat de honden vrij op het strand mogen. Tussen 15 maart en 15 oktober moeten ze aan de leiband blijven.”

Zondag organiseer in je provinciaal domein Puyenbroeck in Wachtebeke Het Eerste Hondenfestival. Wat mogen de mensen verwachten?

“Alleszins veel volk want meer dan 6.000 mensen gaven op Facebook aan dat ze interesse hebben en zo’n 850 zeggen zeker te komen. Alles staat in het teken van de hond, zoals een openluchtbar met hondentapas, een snuffelzoektocht, muziek uiteraard en ook allerlei informatieve standjes van leuke merken en organisaties waar de hond centraal staat.” (PDV)

De tips van Nicolas

Drinken

“Om iets te drinken ga ik erg graag naar ‘t Molenhuis, vlakbij de Dampoort. Ik heb enkele jaren in Sint-Jozef gewoond en een goede vriend van mij woonde iets verderop. In ‘t Molenhuis troffen we elkaar dan halverwege. De mensen zijn er altijd vriendelijk, het is gezellig toeven op het terras en bovendien is Tudor altijd meer dan welkom. De uitbater geeft hem met plezier een bakje water. Voor de rest vind ik ook Bar des Amis op de Eiermarkt wel leuk. Ik kom er de laatste tijd wel iets minder, maar heb er toch al heel wat leuke uurtjes beleefd.”

Lekker eten

“De Grilloir, aan Fort Lapin, valt bij mij altijd in de smaak. Het interieur is heel mooi en er is ook een prachtige tuin bij. Zeker de grillgerechten zijn er heel lekker. Daarnaast wil ik zeker nog Blackbird vermelden, de ontbijt- en lunchzaak aan het Jan Van Eyckplein. Uitbaatster Valerie Croes is een goede vriendin van mij en het is er altijd heel lekker en gezellig.”

Cultuur

“Ik heb enorm genoten van de Triënnale. Daar heb ik alles van bekeken, de gehele wandeling en dat was echt een aangename verrassing. Die koppeling met het water, de liquid city, is erg interessant. Er zit echt een verhaal achter en het zijn zeker niet alleen de toeristen die het bezoeken. Heel wat Bruggelingen doen met hun familie of vrienden de wandeling en ontdekken hun stad eens op een andere manier. Ik hoop dat er nog meer zulke artistieke evenementen komen want Brugge heeft dit nodig.”

Evenementen

“Ik hou van de zomerse festivals in de stad en bezocht die dan ook al vaak samen met Tudor. Nah Mean, van de broers Loosveldt, vind ik zeker ook de moeite. En Bomboclat natuurlijk. Ik wil toch eens zeggen dat die gasten heel goed bezig zijn. Er zijn veel mensen die zagen en klagen dat er in Brugge niet veel te doen is, maar zij klagen niet en steken in de plaats de handen uit de mouwen om zelf iets op poten te zetten. Er is al te veel stadsvlucht naar Gent geweest. Ik woon nu trouwens tijdelijk in Knokke, maar wil zeker terugkomen naar Brugge. Mijn sociale leven speelt zich hier af en ik vind het een heel boeiende, mooie stad.” (PDV)