Brugge: een stad zonder zichtbare prostitutie in het centrum

Er is geen zichtbare prostitutie meer in Brugge. (GF) © Getty Images
Redactie KW

In de Brugse binnenstad is geen zichtbare prostitutie meer te zien. En dat voor een stad die zich steeds meer wil profileren als congresstad. Dat is eeuwenlang anders geweest. Dat onderzocht het historisch onderzoeksbureau Vigor Clius.

Deze reportage maakt deel uit van ons dossier Prostitutie in West-Vlaanderen.

“Prostitutie was tijdens de late middeleeuwen een wijdverspreid fenomeen in de Brugse binnenstad”, zochten Pieterjan Vinck en Koen Goeminne van het historisch onderzoeksbureau Vigor Clius uit. “Brugge telde ongeveer 35.000 inwoners en gemiddeld 112 prostituees, of 1 op 312 inwoners. In de hoogdagen rond 1400 ging het om 180 prostituees, tewerkgesteld in om en bij de 50 bordelen.” Er was tijdens de late middeleeuwen niet één door de overheid opgelegde buurt voor prostitutie in Brugge, maar eerder een spreiding over de hele stad. “De bordelen en stoven concentreerden zich tot het midden van de 15de eeuw echter veelal in de rijkere buurten, in de nabijheid van straten waar vreemde kooplieden hun natiehuizen hadden en zaken deden.” Door het achteruitgaan van de havenfunctie van Brugge, en in haar kielzog het vertrek van de vreemde kooplui, verdween vanaf het einde van de 15de eeuw de prostitutieconcentratie rond de vreemde handelsbuurten wat.

Een gemengde badstoof. Miniatuur geschilderd in 1470 door de in Brugge werkzame Philippe de Mazerolles. (GF)
Een gemengde badstoof. Miniatuur geschilderd in 1470 door de in Brugge werkzame Philippe de Mazerolles. (GF)

De tolerantie ten opzichte van prostitutie maakte op het einde van de 15de eeuw plaats voor repressie, waarna er in de 16de en 17de eeuw weer een zekere tolerantie kwam. “Voor deze periode zijn dan ook nauwelijks veroordelingen terug te vinden. Prostitutie werd in deze periodes opnieuw gezien als een noodzakelijk kwaad. In de 18de eeuw, en dan vooral in de tweede helft, sloeg de tolerantie in Brugge weer over naar repressie. “De prostitutie was te opzichtig geworden, te veel aanwezig in het straatbeeld. Dit beleid was er vooral op gericht de prostitutie te reguleren door onder meer het afschermen van bepaalde buurten, niet om ze af te schaffen. Samenvattend kunnen we stellen dat in de vroegmoderne tijd de prostitutie in Brugge het meeste van de tijd gezien werd als een noodzakelijk kwaad dat werd getolereerd, maar ook wel gecontroleerd moest worden.”

“In de vroegmoderne tijd werd de prostitutie in Brugge het meeste van de tijd gezien als een noodzakelijk kwaad dat werd getolereerd”

Officiële prostituees

Vanaf de 19de eeuw kwamen er meer regels en werd de sector ook beter bijgehouden. “In het prille koninkrijk België kwamen zowat alle bevoegdheden te liggen bij de stedelijke autoriteiten, waardoor er in de verschillende gemeenten een erg verschillende attitude ontstond ten opzichte van prostitutie. In Brugge legde de politie zich sterk toe op het in kaart brengen van de prostitutie in de stad. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de zogenaamde ‘officiëlen’, de prostituees die officieel waren ingeschreven als sekswerker, en de ‘clandestienen’, vrouwen die zich niet hadden gemeld als prostituee en die na een constatatie door de politie als prostituee bekend stonden. Naarmate de eeuw vorderde werden ook de gemeentelijk ordonnanties strenger en werden de huizen van lichte zeden opgedeeld in huizen waar prostitutie werd gedoogd en huizen waar prostitutie clandestien bleef bestaan.”

“Vooral het kwartier rond de Langestraat stond bekend als een centrum van clandestiene prostitutie”

Brugge, zoals veel andere steden, kende eind 19de eeuw een enorme verpaupering, niet het minst bij de arbeidersvrouwen. Daardoor schoten de clandestiene huizen als paddenstoelen uit de grond. “Vooral het kwartier rond de Langestraat stond bekend als een centrum van clandestiene prostitutie. De daar heersende armoede en de aanwezigheid van een groot aantal militairen waren hier zeker niet vreemd aan. De gedoogde en deftigere huizen bevonden zich in wijken die hoger in aanzien stonden.” Door de toenemende overlast en problemen met volksgezondheid werden eind 19de eeuw en in de eerste decennia van de 20ste eeuw de gemeentelijke regelgevingen uitgebreid. “Het hoogtepunt kwam er in 1939 toen de bordelen officieel werden afgeschaft in Brugge, al zou de Duitse bezetter dit gedurende de oorlog herroepen.”

Toerisme

Waar vanaf de middeleeuwen tot het midden van de 20ste eeuw er steeds zichtbare prostitutie aanwezig was in de Brugse binnenstad, is dit nu niet meer het geval. “Tijdens het onderzoek bleken twee ijkpunten van groot belang. Eén: de verzwakking van de Brugse positie in de wereldhandel, die het vertrek van vreemde kooplui veroorzaakte. Door het achteruitgaan van de havenfunctie van Brugge en het vertrek van de vreemde kooplui, verdween de prostitutieconcentratie rond vreemde handelsbuurten en spreidde ze zich uit over de stad. Na de gouden eeuw van Brugge verloor de stad een aanzienlijk deel van haar bevolking. De prostitutie werd dan ook teruggebracht tot het niveau waaraan de lokale stedelijke- en plattelandsbevolking een behoefte had.”

Een tweede belangrijk moment is de keuze van Brugge om zich te ontwikkelen als toeristische trekpleister, waardoor de prostitutie vriendelijk maar toch dringend verzocht werd de de binnenstad te verlaten en zich te vestigen langs de invalswegen. “Waar de uitlopers van de Tweede Wereldoorlog initieel nog zorgden voor een behoorlijk aantal pv’s rond prostitutie, zakt dit vanaf de jaren 50 aanzienlijk. Het verdwijnen van de betaalde liefde uit de binnenstad lijkt gepaard te gaan met een ‘laissez-faire’-politiek van de Brugse politie en gemeenteraad.”

‘Evolutie van de prostitutie in Brugge’ is een werkstuk van het historisch onderzoeksbureau Vigor Clius. De volledige studie is te lezen op www.vigorclius.be