Brecht is animator bij een internationale filmstudio en tovert met zijn computer voor Hollywood

De White Apes uit de blockbuster John Carter. "Het coolste dat ik al maakte", aldus Brecht Debaene uit Waregem. © GF
Frederic Vansteenkiste
Frederic Vansteenkiste Medewerker KW

Hoeveel landgenoten ken je die de voorbije jaren telkens aan minstens één film meewerkten die in de top 10 van de box office terechtkwam? Neen, niet Jan Verheyen, ook niet Matthias Schoenaerts en zelfs Jan Decleir niet. Brecht Debaene slaagde daar wél in. De naar Frankrijk uitgeweken Waregemnaar werkte als animator immers mee aan de Minions-franchise, The Secret Life of Pets en The Grinch, stuk voor stuk tekenfilms die wereldwijd volle zalen lokken. Benieuwd naar zijn parcours van de Gaverbeek naar de Seine, gingen we even aankloppen.

Brecht Debaene (33) groeide met zijn broer Stijn en zus Jo op in Waregem, als jongste in een gezin van drie. Tegenwoordig woont de Waregemnaar in Parijs en dat heeft alles te maken met zijn job als animator bij een internationale filmstudio.

Je doet animatie en visuele effecten voor films. Was je als kind ook al bezig met tekenen dan?

“Er wordt altijd van uitgegaan dat mensen in de animatiewereld als kind al uren aan een stuk tekenen en schilderen, maar bij mij ging dat enigszins anders. Voor mij is dat begonnen toen ik samen met wat vrienden besliste om computergames naar onze hand te zetten. Ik herinner mij Operation Flashpoint, Swat 3 en Half Life. Met wat getover op de computer kon ik de games die ik speelde visueel aanpassen om ze er te laten uitzien hoe ik wilde. Toen ik daarna ontdekte dat de technieken en software die ik mijzelf daarmee aangeleerd had, nagenoeg dezelfde zijn als degene die grote studio’s als Pixar en Disney gebruiken, had ik de microbe helemaal te pakken.”

Wat sprak jou zo aan in animatiefilms?

“Ik was al grote fan van animatiefilms en visuele effecten sinds ik als kind Jurassic Park en Toy Story zag. Ik begon daardoor als een bezetene urenlang software te leren op mijn kamer. En ik ben sowieso grote fan van Pixar. Toy Story, The Incredibles en Ratatouille behoren tot mijn absolute favorieten. De verhalen die in die films verteld worden zijn immers niet enkel voor kinderen. Ook als volwassene kan je meevoelen met de personages, dat is net de grote aantrek voor mij in animatiefilms. Het is redelijk vanzelfsprekend geworden dat films die in de cinema komen er visueel goed zullen uitzien, maar een verhaal schrijven dat jong en oud negentig minuten kan boeien is ongelofelijk moeilijk.”

Je werkt nu voor Macguff. Wat doet die studio precies?

“Ik werk nu zo’n 6 jaar bij Macguff in Parijs. Dat is de studio die sinds 2010 de Verschrikkelijke Ikke-franchise produceert, ook bekend van de Minions, en ook andere grote titels als Huisdiergeheimen, Sing en The Grinch heeft gemaakt.”

Niet de minste dus. Hoe ben je daar beland?

“In mijn beroep telt enkel je werk. Diploma’s worden nagenoeg nooit gevraagd op sollicitatiegesprekken. Toen ik mijn eerste job startte in 2005 bij Hoaxland in Oudenaarde werd me gevraagd om een korte portfolio te maken met de tests die ik op mijn computer ineen geprutst had. Ik werd daar de eerste werknemer en kon zo verder mijn portfolio aanvullen. Zo kon ik blijven bijleren terwijl ik werkervaring opdeed. Daarna werkte ik twee jaar in Brussel bij nWave en vier jaar in verschillende Londense studio’s aan visuele effecten voor liveactionfilms. Toen ik in 2013 de kans kreeg om mee te komen werken aan de eerste Huisdiergeheimen zijn mijn vrouw Eline en ik vertrokken naar Parijs.”

Mijn vrouw begrijpt soms niet dat we voor 3 seconden film 3 weken moeten werken

Is je echtgenote een grote fan van de films waar je aan werkt?

“Eline is blij dat ik mijn job graag doe, al zou ze er zelf geen geduld voor hebben zegt ze. Ze kan niet begrijpen dat we voor drie seconden film vaak drie weken aan het werk zijn.” (lacht)

Bij The Secret Life of Pets (Huisdiergeheimen) en The Grinch was je ‘lead animator’. Wat betekent dat?

“Op elke film werken op het hoogtepunt van productie een 80-tal animatoren. Die worden verdeeld in kleine groepen van 8 à 10 mensen en mijn dagelijkse taak is om er los van mijn eigen animatiewerk op toe te zien dat de visie van de regisseur door mijn team goed vertaald wordt naar het beeldscherm. Mijn voornaamste taken zijn originele ideeën zoeken, acteerprestaties uitzoeken en hier en daar wat technisch bijsturen zodat de animatiestijl coherent blijft doorheen de film.”

Komt daar soms nog een potlood of een vel papier bij kijken?

“Er wordt in ons departement niet meer met traditionele media als papier en potlood gewerkt. De meeste animatiefilms worden vandaag de dag geproduceerd op de computer. Wanneer een animator aan het werk gaat, krijgt hij de personages en decors van de film op zijn scherm in een 3D-omgeving. Daarin kan hij de personages vanuit elke hoek bekijken. Zijn taak is dan om deze personages overtuigend te laten bewegen en acteren. Je kan het je voorstellen als marionetten laten bewegen in de computer. Geen papier meer dus, maar wat we wel nog handhaven zijn de traditionele wetten van de beeldspraak. We moeten weten wat er goed uitziet op het scherm en daarom is een sterke basis in tekenen of fotografie zeker een sterke eigenschap. Er worden ook regelmatig workshops georganiseerd om deze vaardigheden aan te scherpen.”

Je werkt nu ook aan de tweede Minions-film, vermoedelijk een van dé succesfilms van volgende zomer. Is er een groot verschil met pakweg ‘Sammy’s Avonturen’, een van je eerste projecten?

“Tussen Sammy’s Avonturen, die in Brussel gemaakt is, en de huidige Minions-film zit ongeveer 10 jaar tijd. Alles ziet er natuurlijk een stuk beter uit, maar de technieken die we toen gebruikten, zijn in de animatie nog niet echt veranderd. De computers zijn sneller en de software is beter, maar we gebruiken ze nog steeds op dezelfde manier.”

Brecht is animator bij een internationale filmstudio en tovert met zijn computer voor Hollywood

Je hebt ook enkele liveaction titels op je palmares, zoals Harry Potter, John Carter en The Chronicles of Narnia. Wat is je rol daar dan?

“De software die we gebruiken in liveaction is dezelfde als in een animatiefilm. Het grootste verschil is dat er in liveaction gewerkt wordt met een ‘plate’. Dit zijn de beelden die gefilmd werden op locatie, waar je dan bijvoorbeeld de acteurs op kan zien. Dan moeten we daar proberen onze personages toe te voegen zonder dat de kijker merkt dat ons werk er later werd bijgezet. Het coolste dat ik op dat vlak al heb gemaakt? Dat waren vermoedelijk de ‘white apes’ in John Carter.”

Kan je als animator ook proeven van awardshows, celebrity-feestjes en andere Hollywoodfenomenen?

“Neen, dat niet. Ik ontmoet sporadisch wel eens acteurs en regisseurs, maar een rode loper heb ik nog nooit van dichtbij gezien.” (lacht)

Heb je nog dromen of wensen? Een transfer naar Disney of Pixar misschien?

“Dromen veranderen hé. Ik zit momenteel goed waar ik ben, ik amuseer me en de mensen waarmee ik werk zijn stuk voor stuk supergetalenteerd. Ik heb dus op dit moment geen behoefte om mijn leven alweer te verhuizen.”