Oostende Mondiaal reageert op interpellatie van Vlaams Belang over stedenband met Banjul

© GF
Edwin Fontaine
Edwin Fontaine Medewerker KW

Oostende Mondiaal is niet te spreken over de beweringen van Tom Lamont over de stedenband met Banjul. “Misleidende aantijgingen en uit de context gelichte punten”, luidt het.

De Adviesraad voor Internationale Samenwerking Oostende, kortweg Mondiaal Oostende, groepeert personen en verenigingen die zich inzetten voor internationale solidariteit. Ze adviseren de stad rond het beleid van internationale samenwerking en zetten ook acties op. De interpellatie van Tom Lamont (Vlaams Belang) op de jongste gemeenteraad was de aanleiding om hun standpunt over die interpellatie bekend te maken.

Lamont hekelde het beleid van het regime in Gambia en had het over luxueuze uitstapjes van de stuurgroep in Banjul. (nvdr, het gaat wel degelijk over uitstapjes van de groep mensen uit Banjul en niet over de groep uit Oostende). Bij monde van Willy Sibiet reageert Oostende Mondiaal: “De stedenband handelt met het stadsbestuur van Banjul en niet met de president die in 2017 werd afgezet en vervangen door de democratisch verkozen president Barrow waarbij sterk wordt ingezet op versterken van democratische instellingen.” De stuurgroep in Banjul wordt verdedigd : “De kosten om het Europees project van 3 miljoen in goede banen te leiden worden quasi als misbruik bestempeld. De opstart van de stuurgroep is geen sinecure en het is logisch dat de nodige tijd wordt uitgetrokken. Een meerdaagse scholing is niet overdreven.”

Ook over twee driedaagsen van de stuurgroep had Lamont zich kritisch uitgelaten en stelde dat ze plaatsvonden in luxe resorts. Oostende Mondiaal: “Die vonden plaats in de ecologische lodge Tendaba Camp en Abca’s Creek. Er waren 16 deelnemers en die kregen een vergoeding van 116 euro per dag. Er wordt bij Europa een dagvergoeding van 192 euro geadviseerd.” Mondiaal Oostende beschikt ook over informatie die niet door de schepen werd meegedeeld op de gemeenteraad: “De kosten voor de meerdaagse vormingen en de gordijnen werden noch door Europa, noch door de externe auditor Ernst&Young betwist.” Over die gordijnen in het kantoor van de burgemeester van Banjul (1176 euro) zegt Oostende Mondiaal nog: “Gordijnen zijn in Gambia geen luxe, in een zonovergoten land is een afscherming tegen de zon aangewezen bij beeldschermwerk.”

Stedenband nodig

Ze breken een lans voor de stedenband: “Het Europees project heeft enorm bijgedragen aan de ecologische bewustwording in Banjul. Het aanplanten van ruim 6.000 bomen op het strand heeft de erosie bestreden met een ophoging van het strand als resultaat. Een natuurlijke barrière tegen de stijgende zeespiegel. De bescherming van en de aanplanting van mangroves krijgen navolging in andere gebieden. De uitbouw van Crab Island zet de deur open voor innovatie, creativiteit en kleinschalige collectieve tuinbouw. Wederkerigheid wordt als een belangrijke factor gezien. Wederkerigheid drukt men niet enkel uit in financiële return. Honderden Oostendse jongeren hebben kunnen kennis maken met een andere cultuur. Tientallen verpleegkundigen in opleiding hebben een verrijkende stage kunnen lopen.”

Ze kijken verder uit naar het eindrapport: “Dat kan pijnpunten in de samenwerking tonen. Zaak is om die te onderzoeken. Na het Europees project wordt teruggeschakeld naar een kleinschaligere samenwerking zowel naar budget als naar projecten. Als Oostende Mondiaal blijven we voorstanders van de stedenband Oostende-Banjul. We zijn voorstanders van een degelijke externe analyse van de stedenband en op basis van die gegevens kan dan een bewuste onderbouwde beslissing genomen worden. In geen geval op basis van uit een context gelichte punten of misleidende aantijgingen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise