Karl Vannieuwkerke schrijft een brief naar Karangwa: “Je draagt je verhaal zonder er de hele tijd op te leunen”

Karangwa verloor vier gezinsleden tijdens de genocide van 1994. (gf)
Karl Vannieuwkerke
Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief

Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief. Deze keer richt hij zich tot Karangwa. Hij verloor in 1994 zijn vader, moeder, zus en broer tijdens de Rwandese genocide. Op zijn 22ste werd hij opgevangen in Boezinge. Karangwa mag altijd antwoorden: karl@kw.be.

Beste Karangwa,

Zondag in de vooravond brengt Jean-Bosco, onze Rwandese gids, ons terug naar het hotel. We zitten op de achterbank, draaien het raampje open en absorberen de unieke sfeer van zwart Afrika. Buiten klinkt nog steeds het lawaai van enthousiaste en dansende mensen. Rwanda vierde de voorbije week het WK wielrennen als een hoogmis. De taferelen op Mount Kigali beklijven. Een land dat zoveel littekens draagt, leek gedurende een paar uur één groot hart dat in hetzelfde ritme klopte.

Ik ontmoette je hier de voorbije dagen, op de plek die voor jou evenveel pijn als hoop in zich draagt. Morgen ga je voor de derde keer terug naar Gisenyi, naar het ouderlijke huis waar je vader, moeder, broer en zus het slachtoffer werden van de wrede genocide waarbij bijna één miljoen mensen op honderd dagen tijd werden vermoord. Het was 1994, de wrede strijd tussen Hutu’s en Tutsi’s beheerste de internationale nieuwsbulletins. Maar diezelfde internationale gemeenschap greep niet in en is daardoor ook medeplichtig.

“Waarom trekken we geen lessen uit het verleden?”

Jij was twaalf, Karangwa. Te jong om te begrijpen waarom buren plots vijanden worden, maar oud genoeg om te voelen en te weten dat je leven nooit meer hetzelfde zou zijn. Jij overleefde omdat je met twee van je zussen op dat moment niet in Gisenyi was. Je jongste broertje van drie maanden was er wel, maar je ouders moeten hebben beseft dat er onheil op komst was. Ze slaagden erin om de baby te verstoppen en hij zweeg. Alsof hij begreep dat stilte zijn enige kans was. De dunne lijn tussen leven en dood. Een niet-geslaakt kreetje, een toevallig gekozen weg of simpelweg afkomst. Nog altijd regeren wreedheden en barbarijen onze wereld. Waarom trekken we geen lessen uit het verleden? Dat is een vraag die jij je ongetwijfeld ook vaak stelt, Karangwa.

Voor de ene is Rwanda een toonbeeld van economische groei en stabiliteit, voor de andere een land dat geleid wordt door een president die geen tegenspraak duldt. Paul Kagame, die met zijn rebellenbeweging de genocide in 1994 een halt toeriep, verzamelt geen applaus in de Europese parlementen. Maar als je door de straten van Kigali wandelt, zie je mensen die vooral vrede en rust willen. Die blij zijn dat hun kinderen zonder angst naar school kunnen. Die elke dag hopen dat er nooit meer een burgeroorlog komt. De meeste Rwandezen zien Kagame niet als een despoot – die hij wel degelijk is – maar als de redder van het vaderland en de behoeder voor verder onheil. De geschiedenis van Rwanda hangt als een deken van nuances gedrapeerd over het hele verhaal. Net daarom is het niet te vatten in zwart of wit. En toch zouden stabiliteit en vrijheid geen vijanden van mekaar moeten zijn.

“Je ogen blonken als die van een trotse vader. Terecht, want in hun lach zit jouw overwinning”

We hadden dit weekend een paar gesprekken, Karangwa. Je draagt je verhaal zonder er de hele tijd op te leunen. Het is deel van wie je bent, maar er is veel meer. Je bent ook de man die al twintig jaar in België woont, die tien jaar lang onderdak vond bij Rik Decupere in Boezinge. Rik, die zijn huis én zijn hart voor jou opende. Mensen die het verschil maken en beseffen dat niemand zijn lot voor het kiezen heeft, maar wel dat iedereen recht heeft op kansen. Dankzij Rik kon jij studeren in Brussel. Dankzij jouw inzet sta je nu op je eigen benen in Aalst. Je vertelde over je drie kinderen. Je straalde toen je het had over de twee oudsten die voetballen bij Eendracht Aalst-Lede. Je ogen blonken als die van een trotse vader. Terecht, want in hun lach zit jouw overwinning.

Zoals jij fier bent op je kinderen is Rik dat op jou. Hij is momenteel bij je in je Rwanda. Je zit diep in zijn hart. Het heeft me geraakt. Net als de rust die je uitstraalt. Alsof je vrede hebt gesloten met je verleden zonder het ooit te verloochenen. Voor de rest zal de warmte en vriendelijkheid van je landgenoten me voor altijd bijblijven. Op de vlucht terug dacht ik aan ons afscheid maandagavond. Een warme knuffel die langer duurde dan beleefdheid voorschrijft. Een knuffel die sprak zonder woorden. We zien mekaar snel, Karangwa. Sterkte in Gisenyi morgen.

Met warme groet,

Partner Expertise