Karl schrijft een brief naar Max Verstappen: “Vaak is de zoon een afkooksel van de vader. Bij jou ligt het anders”
Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief. De spectaculaire ontknoping in de Formule 1 van afgelopen weekend bezorgde hen tonnen inspiratie. De kersverse wereldkampioen Max Verstappen mag altijd antwoorden: karl@kw.be.
Beste Max,
Gefeliciteerd. Wereldkampioen F1. Het moest er ooit van komen. Je bent nog jong en toch heb je lang gewacht. Ook al is dat relatief als je vierentwintig jaar bent. Maar je was amper zeventien jaar en had nog geen rijbewijs toen je in het F1-circus al een eerste act kreeg. Het was meer dan een simpel kunstje op een strakgespannen touw. Je mocht onmiddellijk bij de leeuwen. Als je motor het toen niet had begeven, schoot je in Japan onmiddellijk in de WK-punten. Ik geloof in predestinatie, Max. Toch zeker als het over topsport gaat. Talent, genen en de constante onderdompeling in hetzelfde bad. Het maakt de wereld klein en moet bijna leiden tot succes. In veel gevallen is de zoon een afkooksel van de vader. Axel was een goede coureur, maar kon uiteraard nooit de voetsporen van zijn vader Eddy drukken. Mick is een schim van Michael en Jordi mocht de schoenveters van vader Johan alleen maar knopen om te leren hoe je dat doet. Bij jou ligt het anders. Jij maakt de droom van je vader waar. Twee keer stond papa Jos op een podium van een F1-race. Twee keer in zijn debuutjaar bij Benetton. Dat was het. Laat ons eerlijk zijn. Daar ligt niemand van wakker. Je vader was een passant die niets achterliet in de geschiedenis van autosport. En terwijl ik het schrijf, besef ik dat ik er glad naast zit. Hij gaf ons jou, Max. Een van de meest getalenteerde piloten die ooit op deze aardbol rond snorden. Juan Manuel Fangio, Ayrton Senna, Michael Schumacher, Lewis Hamilton en Max Verstappen. Dat zullen de namen zijn in de categorie Formule 1 die in een kokertje zullen worden gestopt als we de erfenis van het leven op planeet aarde de ruimte in willen schieten.
Ik geloof in predestinatie, Max. Zeker als het over topsport gaat
Ik merkte zondag dat voor veel mensen de GP van Abu Dhabi de F1-ontmaagding was. De manier waarop je wereldkampioen werd, riep veel vragen op. Vaak uit onwetendheid, want het gebeurt al dertig jaar op deze manier. Ik moet het eerlijk toegeven, na een paar ronden was ik er ook van overtuigd dat Lewis op weg was naar een achtste wereldtitel. Maar we bleven wel hopen dat het naar jouw kant zou vallen. Mijn Nederlandse schoonmama postte een uur voor de race in de whatsappgroep: En straks allemaal duimen voor Max!!! Omdat we het historische moment toch maar niet zouden missen. Toen de voorsprong van Lewis richting twintig seconden ging, waagde ik me in het groepje ook aan een voorspelling: Het zal dan toch voor het Verenigd Koninkrijk en niet voor Nederland zijn! En dan waren er plots ronde 53, Nicholas Latifi, een safety car, Michael Masi, een aantal gedubbelde wagens en zachte banden. Een paar minuten later zag de wereld er helemaal anders uit. Je bent wereldkampioen, Max. Punt. Toen ik deze week voor een lange rit in de auto zat, haalde ik me het hele seizoen nog eens voor de geest. En het daagde plots. Jij en Lewis Hamilton zijn zonder twijfel beste vrienden, sturen mekaar twintig whatsappjes per dag en gaan samen op vakantie op een eiland waar paparazzi geen schijn van een kans maken. Door mekaar publiekelijk te beledigen, zuigen jullie alle aandacht naar de Formule 1 en drijven jullie de eigen marktwaarde alleen maar op. Alles wordt achter de schermen ondertussen verfilmd en over een jaar of tien krijgen we het op Netflix te zien. Jullie lachen met ons terwijl jullie de dollars tellen. Goed gezien, boys. Je bent inderdaad meer Nederlander dan Belg, Max.
Sportieve groeten,
Karl kruipt in zijn pen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier