Olievervuiling op de Noordzee in 20 jaar tijd significant gedaald: pak minder dode vogels op onze stranden

Er spoelen steeds minder dode zeevogels aan die besmeurd zijn met olie. © VLIZ
Phebe Somers

Soms is er ook goed nieuws te melden op ecologisch vlak: de olievervuiling op de Noordzee – ter hoogte van de kustlijn – is de afgelopen 20 jaar spectaculair sterk gedaald. Waar in 2005 nog meer dan de helft van alle zeekoeten met olie besmeurd dood aanspoelden aan de kust, waren dat er in 2023 nog minder dan 5 procent. “We zijn al onder het streefdoel van 2030 gezakt”, klinkt het tevreden bij provincieraadslid Patrick De Klerck (Open VLD)

Uit cijfers die het VLIZ publiceerde blijkt dat de olievervuiling langs de Belgische kustlijn bijna verleden tijd is. Een goeie indicator hiervoor is het aantal zeekoeten (een verzamelnaam voor enkele soorten zeevogels, die tevens bekendstaan als de ‘kanaries van de zeekoolmijn’, red.) die met olie in de veren dood aangetroffen worden op het strand. Voor de jaren ‘90 kwam nog meer dan 90 procent van deze zeevogels op die manier aan hun einde, nu is dat nog minder dan 5 procent. De daling zette zich vooral in vanaf 2005. Mooie cijfers, want het streefdoel voor 2030 was 10 procent, die doelstelling hebben we dus al overschreden.

Meer controle

Volgens West-Vlaams gouverneur Carl Decaluwé ligt de reden bij diverse internationale verdragen waardoor er nu veel meer controle is over de bouw van tanks en afvallozing. Daardoor is het moedwillig dumpen van bilgewater (het mengsel van condenswater, olieresten en andere chemicaliën uit de machinekamer, red.) en het lekken van bunkerolie tot een minimum herleid. Ook werd de Noordzee gekwalificeerd als een MARPOL Special Area, een kwetsbaar gebied waar olielozing verboden is.

“We zijn heel tevreden met deze cijfers. We herinneren allemaal nog levendig de klodders die bijvoorbeeld na een winterstorm op het strand aanspoelden, of nog erger: zeevogels die onder een dikke laag smurrie nog met moeite kunnen bewegen. Schrijnende taferelen die gelukkig achter ons liggen”, aldus Patrick De Klerck, die hierover informeerde bij de gouverneur.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier