Hopteler ‘t Hoppecruyt wil duurzamer werken en doet dat samen met partner Alken-Maes: “Onze Rolls-Royce plukmachine wordt een Belgische primeur”

We zien Wout Desmyter, Ellen Mertens, zoon Roel en Benedikte Coutigny. (gf)
Laurie Bailliu
Laurie Bailliu Medewerker KW

Het Poperingse familiebedrijf ‘t Hoppecruyt neemt een gedurfde stap om in te zetten op duurzamer en efficiënter werken. Ze werken aan een investeringsdossier voor een warmtewisselaar en een nieuwe, duurzame plukmachine. Voor die plukmachine haalt ’t Hoppecruyt nu een innovatiesubsidie binnen samen met projectpartner en brouwer Alken-Maes.

De vijfde generatie hopteler is aan de slag in hopboerderij ‘t Hoppecruyt in Proven. Aan het roer staan vandaag Roel Desmyter (27) en zijn ouders Wout Desmyter (54) en Benedikte Coutigny (51). Dochter Marou is apotheker in de Hoppestad. In 1893 kwam ‘t Hoppecruyt in handen van de familie Desmyter. Hector Desmyter, Wouts overgrootvader, kweekte toen – naast hop – vooral ook tabak. Zijn zoon Guillaume nam later het bedrijf over. “De hopteelt bleef aanwezig, maar er werd ook ingezet op melkvee. Er was ook een hoevewinkel waar boter en melk werd verkocht. Mensen uit de buurt kwamen er massaal hun zuivelproducten kopen”, vertelt Benedikte. “De eerste plukmachine die op de markt was, werd aangekocht door Guillaume. Zoon Hugo volgde zijn vader op en de hoeve specialiseerde zich steeds meer in hop. Niet veel later kocht Hugo een nieuwe plukmachine en breidde het bedrijf uit naar zes hectare hop. Op het bedrijf waren toen ook nog onder andere bieten en varkens.

Aromahop

Wout en Benedikte namen in 1996 het familiebedrijf over. “Toen we overnamen stelden wij – en de bank – de vraag: ‘Is er hier een toekomst?’, want je moet weten dat wij ‘t Hoppecruyt hebben overgenomen in een crisisperiode. Er zijn een 400-tal hopsoorten, maar welke moet je aanbieden? Toen we overnamen had elke hopteler bitterhop en was er amper aanbod van aromahop. Wij gingen in gesprek met brouwerijen en we vroegen hen wat ze wilden. Het werd ons snel duidelijk dat brouwerijen eigenlijk aromahop nodig hadden, dus gingen we daarmee ook aan de slag. Bij ons is elke kilo hop verkocht en elke plant is besproken. We planten wat onze brouwerijen willen en nodig hebben. Ondanks alle crisissen en tegenslag geloven we sterk in de toekomst”, benadrukt Benedikte. “Er wordt steeds vaker gekozen voor een non-alcoholische optie, maar alcoholvrij bier? Daarvoor hebben ze ook een hopteler nodig.”

“Onze zwartbles schapen zorgen ervoor dat we niet meer moeten sproeien tegen het onkruid en ze zorgen ook voor veel betere waterbeheersing”

Zwartbles schapen

Zoon Roel stapte in 2023 in het familiebedrijf, ook tijdens een crisis. “Roel was onmiddellijk gebeten door de hopmicrobe. Als tweejarige was hij al mee op stap met zijn papa.” ‘t Hoppecruyt is gespecialiseerd in hop en daarmee gaan ze ook negen maanden aan de slag. Tijdens de winterperiode wordt ingezet op wintergroenten: spruiten en knolselder. “Vee hebben we niet meer. Zwartbles schapen zie je wel op ons hoppeveld. De dieren verwijderen het onkruid en hopblad van de hopranken. Een zwaar werk dat vroeger manueel gebeurde. De schapen leveren uitstekend werk”, zegt Roel.

(lees verder onder de foto)

Roel tussen de zwartbles schapen. (foto LBR)

Net zoals alle andere land- en tuinbouwbedrijven voelt ‘t Hoppecruyt de noodzaak om te blijven innoveren. “De schapen zorgen ervoor dat we niet meer moeten sproeien tegen het onkruid en ze zorgen ook voor veel betere waterbeheersing. We merken 10 procent meer oogst door de schapen. We willen onze productie opschalen en tegelijk efficiënter en duurzamer maken,” zegt Benedikte. “Oogsten is een zeer energie-intensief proces: als de ranken van het veld komen, moet de hop onmiddellijk worden gedroogd. Hiervoor is veel warme lucht nodig. Daarom wordt volgend jaar geïnvesteerd in een nieuwe warmtewisselaar om energie te recupereren. Hierdoor zullen we zo’n 30 procent energie van dat droogproces kunnen besparen.”

Warmterecuperatie

De inspiratie voor deze investering deden Benedikte, Wout en Roel op tijdens een bezoek aan Mouterij Albert in Puurs-Sint-Amands, onderdeel van partner en brouwer Alken-Maes. Zij nemen zo’n 70 procent van de hop af bij ’t Hoppecruyt voor de pils Cristal.

“Die duurzame plukmachine wordt een Belgische primeur, omdat dit de eerste wordt die volledig aangepast is aan ons lokale klimaat”

Hyperefficiënt 

‘t Hoppecruyt beschikt nu over 13 hectare hoppeveld, waarmee ze tal van brouwerijen van hop voorzien. Denk maar aan De Poes, De Halve Maan, de Poperingse brouwerij Brouwmens en uiteraard ook Alken-Maes. ‘t Hoppecruyt zal in 2027 ook een nieuwe en efficiënte plukmachine in gebruik nemen. “Onze oude machine gaat mee sinds de derde generatie en is 52 jaar oud. De nieuwe machine wordt echt de Rolls-Royce onder de plukmachines en wordt momenteel op maat gemaakt. Het zal bovendien een Belgische primeur zijn omdat dit de eerste plukmachine wordt die volledig aangepast is aan ons lokale klimaat”, legt Benedikte uit.

“In onze streek is er namelijk veel wind en dat heeft invloed op de groei van de bladeren van de hopranken. Deze machine is hyperefficiënt in het verwijderen van de bladeren zodat we de hopbellen nog sneller kunnen oogsten en drogen. De capaciteit gaat hierdoor ook omhoog, neemt de verwerkingstijd gevoelig af en kan de hop nog sneller worden gedroogd. Het resultaat is betere kwaliteit van de hop, minder energieverbruik tijdens het plukken en dus een lagere CO2-voetafdruk. Ons energieverbruik zou met 50 procent dalen. Door het sneller plukken, zullen we ook kunnen uitbreiden qua hoeveelheid hop, wat nu niet haalbaar is.” 

(lees verder onder de foto)

Compressed by jpeg-recompress

Subsidie 

Een subsidieaanvraag voor de plukmachine werd, samen met Alken-Maes als projectpartner, ingediend en recent ook goedgekeurd door het Agentschap Landbouw en Zeevisserij van de Vlaamse Overheid. “Die goedkeuring is ongelooflijk goed en belangrijk nieuws, want we nemen natuurlijk een risico aangezien we de eerste hopteler zijn in België die met de machine aan de slag zal gaan”, aldus Benedikte. “Hiermee zetten we een belangrijke stap om de financiering verder uit te werken waardoor we straks nog duurzamer kunnen produceren. De innovatiesubsidie zorgt ervoor dat we aan het einde van de rit 50 procent van alle gemaakte kosten terugkrijgen, dat omvat zowel de machine als onderzoeken en eventueel problemen die erbij komen kijken. Daarnaast hebben we ook een VLIF-steun waarbij we een deel van het toestel terugbetaald krijgen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise