Voor wie het kan gebruiken, een extra portie goed nieuws: “Zelfs van slecht nieuws kan je iets moois maken”

Jong en oud leest De Krant van West-Vlaanderen ten huize Vandenberghe-Breckx. © Christophe De Muynck
Philippe Verhaest

Laat ons een kat een kat noemen: wie vandaag het nieuws op de voet volgt, wordt daar niet bepaald vrolijk van. Voor het eerst in tachtig jaar woedt er opnieuw een oorlog op Europese bodem, energie- en grondstofprijzen swingen de pan uit… Een mens zou voor minder de moed verliezen. Maar tussen alle sombere berichten valt ook een pak góed nieuws te rapen. Daarom serveren we onze huisoptimist Lies Vandenberghe deze week een tiental nieuwtjes waar je instant gelukkig van wordt. “Ik zie het als mijn taak om de Vlaming wat goed nieuws te schenken”, zegt ze.

In Lies kleurt je dag laat Lies Vandenberghe (31), sinds twee jaar sportanker bij VTM Nieuws én volbloed West-Vlaming, wekelijks haar licht schijnen over de berichten die haar instant gelukkig maken. Nu elk journaal of nieuwsmedium dagelijks een tsunami aan sombere items op de wereld loslaat, wil jouw krant een stevige portie tegengif bieden. Want, zo blijkt, goed nieuws is altijd en overal aanwezig.

“Klopt helemaal”, stemt de van Ruddervoorde afkomstige journaliste in. “Je moet het enkel wíllen zien. Het belang van goed nieuws kan je echt niet onderschatten. In tijden van crisis, zoals nu, is het zelfs cruciaal. Net daarom dat wij onze nieuwsuitzendingen altijd met een uitsmijter afsluiten. Een leuk nieuwtje dat de kijker spontaan een glimlach bezorgt. Hoe slecht de wereld er ook aan toe is, we willen eindigen met een goed gevoel.”

Steun deze zomer massaal onze festivals. Ze hebben ons nodig. En wij hen

Zelf gaat Lies ook actief op zoek naar een dagelijkse portie goed nieuws. “Daar volg ik enkele leuke Instagram-accounts voor en elke dag maak ik voor mezelf de balans op. Waar moet ik dankbaar voor zijn? Ik voel me gezegend met een prachtig gezin en een leuke job. Ik prijs me gelukkig dat ik op een sportredactie kan werken. Sportnieuws is vrijwel altijd positief. Een klinkende overwinning van je favoriete voetbalclub, onze Belgische coureurs die opnieuw schitteren en triomfen op de Olympische en Paralympische Winterspelen… Ik krijg het er nog altijd warm van. Ik beschouw het ook als mijn taak om de Vlaming op die manier wat goed nieuws te schenken.”

Waarvan akte. Laat ons daarom openen met een nieuwtje dat je als West-Vlaamse blij moet maken. In Frans-Vlaanderen zullen schoolkinderen opnieuw ‘Vlemsch’ kunnen leren.

“Schitterend, toch? West-Vlaams beschouw ik als mijn moedertaal. Dat ze in Frans-Vlaanderen een effort willen doen, is alleen maar toe te juichen. Het is een stukje traditie, maar het kan ook helpen om de inwoners aan beide kanten van de grens dichter naar elkaar toe te brengen. Maar ’t is duidelijk: West-Vlaams is een wereldtaal.” (lacht)

Je woont en werkt in Antwerpen. Krijg jij nog vaak de kans om West-Vlaams te praten?

“Op de redactie van VTM Nieuws is er een stevige West-Vlaamse enclave aan de slag. Met hen durft het er nog wel eens plat aan toe gaan, maar eenmaal mijn microfoon ingeschakeld is en ik op televisie mijn ding moet doen, draai ik de knop om. Wat mij betreft, zijn West-Vlaams en Algemeen Nederlands twee van elkaar losstaande talen. En wanneer ik bij mijn familie in Ruddervoorde ben, is het al West-Vlaams dat de klok slaat.”

Je zoon Georges groeit ver weg van jouw roots op. Leer je hem ook enkele West-Vlaamse woordjes?

(blaast) “Da’s een moeilijke. Ik merk wel dat zijn accent durft wisselen. Wanneer Georges meer bij mij is, heeft hij het weer over vis en niet langer over vies. Of nèèn in plaats van neen. En van moemoe heeft hij godverdimme opgepikt. Haar stopwoordje bij uitstek. Dat is iets typisch West-Vlaams, heb ik gemerkt: een vloek te pas en te onpas gebruiken.”

Het beste nieuws van dit voorjaar raakte volledig ondergesneeuwd door de oorlog in Oekraïne, maar corona, of toch de maatregelen, lijken definitief tot het verleden te behoren…

“Hout vasthouden! Ik durf nog niet echt opgelucht te zijn. Mondmaskers zitten nog altijd standaard in mijn handtas en wanneer ik naar de winkel ga, draag ik het ook nog. Dat levert me soms wel vreemde blikken op, maar ik let liever nog wat op. Ergens voelt het ook raar om weer in een pre-coronawereld rond te wandelen.”

Alsof we vergeten waren hoe het leven zonder pandemie eraan toeging.

“Helemaal correct! Die vele maatregelen hebben we ons in recordtempo eigen gemaakt. Maar begrijp me niet verkeerd: ik verwelkom een – bijna – coronaloze wereld met open armen.”

© Christophe De Muynck

Een wereld zonder corona betekent ook een zomer vol festivals. België is hét festivalland ter wereld en met Core in Brussel en Live is Live in Zeebrugge krijgen we er zelfs twee exemplaren bij. Ben jij een festivaldier?

“Amai nog niet! Al moet ik toegeven dat ik op dat vlak een laatbloeier was. Pas op mijn 21ste heb ik mijn eerste grote festival met eigen ogen gezien: Pukkelpop. Sindsdien ben ik er, samen met een goeie vriendin, elk jaar twee dagen te spotten. Ook deze zomer wil ik naar Kiewit afzakken. Ik zal nog maar een goeie maand bevallen zijn, maar als ik me goed voel, maken we Pukkelpop onveilig. Eind juni staat ook TW Classic op onze agenda. Ik zal dan hoogzwanger zijn, maar ik doe het wel lukken.” (knipoogt)

Kan je de populariteit van festivals bij ons verklaren?

“Het heeft veel te maken met het samenhorigheidsgevoel. Je beleeft met duizenden mensen samen dat ene moment, geniet van dat ene concert. Plus: elk festival is tot in de puntjes áf. Zelfs in de kleinste dorpjes is alles fantastisch georganiseerd.”

Minpuntje: de pintjes op Rock Werchter worden duurder. 3,25 euro per bekertje…

“Laat ons niet vergeten dat de hele eventsector twee jaar lang zwarte sneeuw gezien heeft, hé. Daarom: steun deze zomer massaal onze festivals. Ze hebben ons meer dan ooit nodig. En wij hen.”

Maart is halfweg. Sinds enkele jaren staat die synoniem met de VeggieChallenge. Eén op vijf Vlamingen eet nu al minstens één dag per week vegetarisch. Iets voor jou?

“Dat is de laatste jaren onbewust zo gegroeid. Eén dag is zelfs het minimum. Ik betrap me er ook op dat ik in het bedrijfsrestaurant van DPG Media steeds vaker vegetarisch kies. En dat voor een meisje wiens familie uit de varkensstiel komt. (lacht) Neen, ik merk dat ik varkens- en rundvlees ook veel minder makkelijk verteer.”

Evolueren we naar een volledig vegetarische wereld?

“Dat lijkt me, zeker in het bourgondische Vlaanderen, een brug te ver. Maar we moeten een beter evenwicht nastreven, dat wel. Dat zijn we onze planeet verschuldigd. Mochten we collectief twee vegetarische dagen per week inlassen, dan zou dat een wereld van verschil maken. Ik vind het trouwens erg jammer dat je je als vegetariër moet verantwoorden.”

© Christophe De Muynck

Tijd voor een andere evolutie. Het Izegemse Skyline Communications wil werk maken van meer vrouwen in de techwereld.

“Nobel, maar niet eenvoudig. Nog al te veel sectoren zijn echte mannenbastions. Maar alles start met een klein steentje dat verlegd moet worden.”

Ook het medialandschap leunt nog stevig op een patriarchaal systeem. Hoe ervaar jij dit?

“Ik heb voor mezelf moeten leren opkomen, ja. Toen er een nieuw sportanker gezocht werd, vond de toenmalige hoofdredacteur mijn kandidatuur maar niks. Ik was te jong, was net voor het eerst mama geworden… Hij vreesde dat ik me extra zou moeten bewijzen, nét omdat mijn man (Maarten Breckx, red.) ook sportanker is. Twee jaar na mijn start ben ik nog altijd aan het groeien, maar er is al veel veranderd. Momenteel hebben we een stagiaire in dienst, Ester heet ze, en ze doet haar job uitstekend. Ik hoop écht dat ze straks kan blijven. Wat extra girl power is altijd welkom.”

Wie het over een mannenwereld heeft, komt automatisch bij #metoo terecht.

“Met de hand op het hart: daar ben ik nog nooit mee geconfronteerd geweest. Na die onthullende docu over de wanpraktijken bij The Voice Holland kregen we zelfs allemaal een mail met de melding dat we altijd bij een vertrouwenspersoon konden aankloppen en werd me ook letterlijk gevraagd of ik er al mee te maken heb gehad. Ook op dát vlak zijn we op de goeie weg.”

Over naar de ‘boekskes’. Julie Vermeire en haar vriend Laurens gaan samenwonen!

“Awel, ik ben blij voor hen. (glimlacht) De boekskes durf ik wel eens te doorbladeren, maar ze behoren niet tot mijn vakliteratuur.”

Als nieuwsanker ben je zelf ook tot een bekend gezicht uitgegroeid. Hoe ga je daarmee om?

“Dat valt best mee, hoor. Met dank aan corona, want de voorbije twee jaar droeg iedereen een mondmasker. Ik werd dus niet zo érg vaak herkend. De laatste weken zie ik wel regelmatig de hoofdjes draaien. Het is al gebeurd dat een oudere dame naar me toe kwam en stilletjes zei: ge doet dat goed. Fantastisch, toch?”

© Christophe De Muynck

Selfies uitdelen behoort nog niet tot je kerntakenpakket?

“Gelukkig niet, neen. Als ik de vraag krijg, met veel plezier. Recent was ik met een vriendin iets gaan eten in Antwerpen en daar probeerde iemand in den duik een foto van me te nemen. Dat vind ik wel wat onbeleefd… en gewoon ráár. (lacht) Gelukkig zijn zulke gevallen in de minderheid.”

Het beste nieuws houden we voor het laatst: begin juli krijgt Georges een broertje!

(glundert) “Heerlijk. Georges kijkt zó uit naar de komst van de nieuwe mini-Breckx.”

Is jullie gezin dan compleet?

“Als kind zei ik altijd dat ik drie kinderen wilde, en liefst drie jongetjes. We zien wel wat de toekomst brengt.”

Je was ook erg openhartig over het feit dat je twee miskramen in amper één jaar tijd hebt gehad. Bewust?

“Ja. Er rust nog een veel te groot taboe op het gegeven, terwijl er zóveel mensen met dit verlies te maken krijgen. Toen ik mijn verhaal vertelde, kreeg ik een tsunami aan berichtjes te verwerken. Door mijn ervaringen te delen, wil ik lotgenoten tonen dat ze niet alleen staan en dat er altijd hoop is. Want zelfs van erg slecht nieuws kan je nog iets moois maken. Laat ons die les diep in de oren knopen. Zeker nu.”