Sophie Degraeve (De Club) gaat jubileumjaar tegemoet: “Ik wil dat dit een gezellige bruine kroeg blijft”

“Ik heb alles geleerd van mijn moeder”, vertelt Sophie Degraeve. (foto Kristof Desmet)
Rémi Bruggeman
Rémi Bruggeman Medewerker KW

Sophie Degraeve (62) ‘van De Club’ is een begrip in Lauwe. Volgend jaar gaat ze haar jubileumjaar tegemoet. Veertig jaar cafébazin en zeventig jaar feestzaal café De Club wil ze dan ook niet onopgemerkt laten passeren. Een groot feest lonkt. Wij namen de tijd om even terug te blikken op haar pad tot nu toe. “Praten met je klanten, dat is de essentie van een café openhouden.”

Je viert volgend jaar het 70-jarig bestaan van eethuis café De Club en bent daarmee een van de bruisende hotspots in Lauwe. Hoe heb je de cafécultuur zien veranderen in al die jaren?

“Mijn moeder is er in 1955 mee begonnen en in 1985 nam ik over. Vandaag ben ik de oudste barmoeder van Lauwe. Je ziet dat er steeds minder horeca is. In Lauwe ligt dat trouwens niet enkel aan de centrumwerken. Er is sowieso al wat leegstand de laatste jaren. Er is ook veel veranderd sinds de coronacrisis. Nu hebben velen mancaves of drinken ze nog iets op het werk na de shift op vrijdag. De cultuur is ook veranderd. Velen zien het niet meer zitten om nog een café te houden en bijvoorbeeld te werken in het weekend. Ik heb dan nog het geluk dat ik erin geboren ben. Kijk, ik doe dit echt met hart en ziel. Ik praat met mijn klanten. Dat is ook de essentie van café houden. Ik ken ook iedereen bij naam. Daarnaast heb ik het geluk dat er hier veel lokale verenigingen komen vergaderen. Daarnaast zijn de dagschotels hier bekend. Die zijn seizoensgebonden en huisbereid, gezien ik kok ben van opleiding. Ook dat is een sterkte.”

Doe je dit alleen?

“Ik doe dit als alleenstaande vrouw, maar kan dit blijven doen dankzij mijn topteam van flexi-jobbers. Dat mag zeker genoteerd worden. We doen dagschotels, rouwmaaltijden, jubilea, seminaries, doopfeesten, communies… We hebben een goed systeem. Ik regel ook alles zelf en ben gewoon zo opgekweekt, zoals we in het dialect zeggen. Mijn moeder was vroeg weduwe en heeft ook alles zelf gedaan. Ik heb niets anders gekend.”

Ben je schatplichtig aan haar?

“Ik heb alles geleerd van mijn moeder. We zitten al die jaren al in hetzelfde gebouw. Ondertussen hebben we het zelf al zeker drie keer verbouwd. Dat gaat dan over een verandering van de infrastructuur. De sfeer, het hout en de antieke kaders zijn hetzelfde gebleven. Ik wil dat dit een gezellige bruine kroeg blijft. Ik woon hier al 62 jaar en ben een echte Lauwenaar.”

Hoe zag je jonge leven eruit voor je begon met De Club?

“Mijn lagere en middelbare school heb ik gedaan in Wallonië. Daarna ging ik naar hotelschool Spermalie. Ik heb ook een opleiding tolk Engels en Frans gevolgd. Ik dacht er namelijk ook even aan om in de toeristische sector te gaan. Ik heb mijn eerste vijf jaar trouwens gewerkt in hotel Broel in Kortrijk.”

Hoe maak je je menukaart?

“Die is seizoensgebonden. Alles wordt vers bereid. Ik probeer er ook veel variatie in te stoppen. Ik heb veel mensen die dagelijks komen, vandaar. De croque met mijn zelfgemaakte croquesaus en de spaghetti’s in het weekend zijn publieksfavorieten.”

Welke beroemdheid zou je ten slotte graag eens over de vloer willen hebben in De Club?

“Waarschijnlijk Quentin Tarantino. Ik ben een grote filmfan, altijd al geweest. Als regisseur apprecieer ik zijn werk echt. Op vlak van muziek hou ik dan weer van Fleetwood Mac.”

Info: https://feestzaaldeclub.be

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier