Nadat Vlaams Minister van Omgeving Jo Brouns (CD&V) eerder deze week de vier windturbines die langs de E403 zouden komen heeft vergund, is nu duidelijk geworden dat het stadsbestuur van Kortrijk beroep zal aantekenen tegen de vergunning. Het gaat in deze om de milieuvergunning van de noordelijkste windturbine. Het stadsbestuur is telkens tegen de plannen geweest. Schepen van omgevingsvergunningen Hannelore Vanhoenacker (TBSK) verduidelijkt het standpunt.
Het dossier rond de vier geplande windturbines in Kortrijk blijft voor beroering zorgen. Enkele jaren geleden werd een eerdere vergunning vernietigd door de Raad van State, onder meer vanwege de impact op waardevol agrarisch gebied. Nu heeft de Vlaamse overheid een aangepaste vergunning toegekend, waarbij rekening is gehouden met de eerdere bezwaren. Minister Jo Brouns stelt dat de hinder en milieu-effecten tot een aanvaardbaar niveau beperkt blijven en dat de turbines in overeenstemming zijn met de stedenbouwkundige voorschriften en ruimtelijke ordening.
Toch blijft er hevige weerstand tegen het project, onder andere vanuit het stadsbestuur van Kortrijk. Het schepencollege heeft daarom beslist om opnieuw gedeeltelijk een nietigverklaring aan te vragen bij de Raad van State. Advocaat Bart De Becker zal de stad in deze juridische procedure vertegenwoordigen. Concreet verzet de stad zich tegen de noordelijkste windturbine van de vier, die volgens hen te dicht bij de dorpskern van Rollegem ligt.
Reactie schepen
Schepen van omgevingsvergunningen Hannelore Vanhoenacker (TBSK) verduidelijkt het standpunt van het stadsbestuur: “We zullen beroep indienen tegen de noordelijkste windturbine van de vier. We zijn telkens tegen het project geweest, al tien jaar lang. Deze in het bijzonder ligt volgens ons te dicht bij de dorpskern van Rollegem. We willen met het stadsbestuur een goede balans vinden tussen hernieuwbare energie en de leefbaarheid van de dorpskernen.”