David Martijn van Goose: “Soundtracks maken is een oefening in bescheidenheid”

David Martijn: "Intussen heb ik vier soundtracks gedaan. En ik wil eigenlijk best wel groeien als filmcomponist." © Guillaume Decock
Kurt Vandemaele
Kurt Vandemaele Reporter

David Martijn was een gitaarwonder toen Goose in 2002 Humo’s Rockrally won. Zijn vingervlugheid maakte zoveel indruk op de jongens van Soulwax dat ze hem prompt meenamen op wereldtournee. Sinds Goose in 2006 met ‘Bring it on’ iedereen uit de bol laat gaan op allerlei elektronisch tuig waar een klavier aan zit, doet hij het zoals de rest van de Kortrijkse superband gewoonlijk op toetsen. Maar de fijnbesnaardheid blijft. Eigenlijk kan deze man elke sfeer, elke kleur, elk gevoel in muziek vertalen. Ze zeggen wel eens dat filmcomponisten de Bachs en Beethovens van onze tijd zijn. Of is hij eerder Mozart? Feit is dat we aan het mede aan deze Kortrijkse rockheld te danken hebben dat we zoals in De Dag’ ook in ‘De Twaalf’ en War of the Worlds’ in de juiste stemming geraken.

Eigenlijk was hij nooit echt van plan om filmcomponist te worden, zo vertelde David Martijn ons in de nog altijd naar vers ruikende Safari Studios. “Het is begonnen toen Carl De Keyzer me vroeg om soundscapes te maken bij de licht bewegende foto’s op zijn expo’Aller Retour’. Als gevolg daarvan mocht ik ook de soundtrack maken voor de documentaire OdysSea’ die Jimmy Kets in 2013 maakte over Carl De Keyzer.” Van het een kwam het ander, en via vrienden van het postproductiebedrijf Sonhouse, werd hij gevraagd om muziek te maken voor ‘De Dag’, de serie van Gilles Coulier en Dries Vos. “Wellicht door wat ik gedaan had met ‘OdysSea’,” aldus David, “en misschien ook wel door wat ik bij Goose deed, met klankjes en zo. Er zitten veel filmische elementen in onze muziek.”

Ondersteunende functie

Hij was nog bezig met een volgende opdracht, ‘De Twaalf’, de serie van Wouter Bouvijn, toen Gilles Coulier alweer belde. “Hij wou me meenemen voor een internationaal project. Ik voelde me heel vereerd. Want je merkt meteen dat je op een niveau hoger speelt: befaamde acteurs, een grotere productie, meer budget. Eerst denk je: zal ik dit wel aankunnen? Je stelt jezelf in vraag, en je wil vooral Gilles niet ontgoochelen. Maar voilà, hier zijn we. Intussen heb ik vier soundtracks gedaan. En ik wil eigenlijk best wel groeien als filmcomponist.”

Safari Studios is letterlijk een huis aan het worden, ons huis

Het was van Gilles Coulier dat David ook zijn eerste leerschool had gekregen. Gilles is een prille dertiger uit Jabbeke, die eerder al voor Bevergem’ en Cargo’ tekende. “Eigenlijk zijn we tijdens het eindproces van ‘De Dag’ volledig naar mekaar toegegroeid,” zegt David. “We waren toen nog in de oude studio’s boven Den Bras aan de slag en Gilles kwam er bij de afwerking de hele tijd bij zitten. En hij liet me daar voortdurend dingen doen waar ik zelf niet zou opgekomen zijn. Het was letterlijk een spoedcursus in filmmuziek en hoe cinematografie werkt. Als componist mag je de regisseur af en toe uitdagen, je moet het hem niet altijd makkelijk maken, maar uiteindelijk moet hij wel zijn verhaal kunnen vertellen. Je hebt een ondersteunende functie. Je moet er gewoon voor zorgen dat het verhaal beter overkomt. Een keer dat ik dat snapte, was ik vertrokken.”

“Voor ‘War of the Worlds’ had ik veel minder tijd dan voor de muziek van ‘De Dag’. Maar dat was ook goed. Er zit één thema in dat ik in heel veel variaties heb gemaakt: sneller, trager, met gitaar, piano, synths,… Dat geeft een soort rust. Heb ik voor ‘De Dag’ misschien te veel muziek gemaakt, dan was ‘War of the Worlds’ echt een les in minder muziek maken en eigenlijk ook in sneller werken. Bij ‘De Twaalf’ hadden we nog minder tijd, daar hadden we slechts drie weken om tien afleveringen te scoren. Dat was samen met Jeroen Swinnen, die ook niet aan zijn proefstuk toe is. Hij heeft ‘Beau Séjour’ gedaan en ‘Chaussée d’Amour’, plus hij is een producer, iemand die heel goed mensen snapt, dus die samenwerking verliep heel vlot. Jeroen is echt een machine als het moet. We begrepen elkaar goed. Ook dat was een megamooi avontuur. En het is ook een heel sterke serie geworden. Ik ben me daarvoor letterlijk gaan opsluiten in een studio dicht bij Jeroen thuis, in Asse. Gedurende drie weken ben ik gewoon van de aardbol verdwenen. Muziek schrijven voor een serie is echt als een marathon lopen: heel lang en intens. Het is ook heel anders dan een plaat maken. Dat doe je voor jezelf. Maar bij een soundtrack ben je voor iemand anders aan het werken en moet je je ego intomen. Het is een oefening in bescheidenheid. Je maakt je muziek en dan krijg je feedback. Van de regisseurs, maar ook van de producers, zij willen ook hun gedacht zeggen. Soms heb je de muziek voor een hele scène uitgewerkt, en die wordt dan met één vingerknip weggeveegd. En daar moet je echt tegen kunnen. Soms hakt dat er wel in…”

Safari Studios

De soundtrack van ‘War of the Worlds’ is helemaal tot stand gekomen in de nieuwe Safari Studios, waar Goose als band sinds vorig jaar zijn intrek heeft genomen. In het gebouw bij Kortrijk Weide zijn er verschillende studio’s, een repetitieruimte, een living en een multifunctionele eventruimte. De Safari Studios zijn een echt muziekfabriekje geworden, het industriële karakter van het pand is gebleven, de aankleding is strak en modern.

Muziek schrijven voor een serie is echt als een marathon lopen: heel lang en intens

“Het is eigenlijk alles waar we jaren van gedroomd en gebabbeld hebben. Het was geen evidente stap. Want zulke investeringen, daar sta je wel even bij stil. Maar we wisten dat we dit moesten doen om verder te kunnen gaan. Er verandert veel. Ons geluid wordt bijvoorbeeld heel anders. Er zijn hier de voorbije maanden een aantal samenwerkingen geweest die in de oude studio nooit mogelijk zouden geweest zijn. Mensen komen graag naar dit gebouw. Het nodigt gewoon uit. En het laat in zekere zin ook zien dat we al iets opgebouwd hebben. Het toont waar we mee bezig zijn. We zijn ook meer op ons gemak om iemand te ontvangen. Zoals Colin Van Eeckhout van Amenra die hier met Bert (Libeert, red.) beneden de soundtrack voor ‘Grenslanders’ heeft gemaakt, topmodel Kim Peers is onlangs gepasseerd voor een nummer met Mickael (Karkousse, red.), die de voorbije maanden aan een soloproject bezig was. Toen ik ‘De Dag’ gemaakt heb, palmde ik onze oude studio boven Den Bras helemaal in en kon niemand nog iets doen. Maar nu is iedereen hier bezig. En helpen we mekaar. Ik mag echt wel zeggen dat het goeie resultaat van ‘War of the Worlds’ ook deels aan mijn maten van Goose te danken is. Bert heeft trouwens mijn soundtrack voor ‘War of the Worlds’ helemaal afgemixt.”

Nieuw album

Dat ze allemaal met nevenprojecten bezig zijn, vindt David niet erg. “Nee, we hebben mekaar altijd alle vrijheid gegeven. Dat is de weg naar de toekomst: je vizier verbreden. Wij putten energie uit de impulsen die van buitenaf komen. Nevenprojecten willen we het al niet meer noemen, we noemen het eigenlijk Safari Studios projecten. Safari Studios is letterlijk een huis aan het worden, ons huis. En Goose is daar ook een onderdeel van. Tot het einde van het jaar gaan we nu weer volop nieuwe nummers maken. Er komt deze week ook een nieuwe single uit, ‘Girls Who Act Like Boys’. Bijna helemaal het werk van Mickael. Ik kon er weinig aan toevoegen. Het zat gewoon goed. Het is een verrassend nummer. Anders dan wat je van Goose gewoon bent.” Deze zomer kwam ook al ‘Something New’ uit, terwijl er van een nieuw album nog niet echt sprake is. David knikt. “Misschien moeten we gewoon veel meer liedjes uitbrengen en dan zien we wel of we daar een plaat van maken of niet. De hele muziekwereld evolueert. Tegenwoordig is het beter om geen vier jaar weg te zijn. Dat is ook wel tof. Hebben we een nummer klaar, en vinden we het goed, dan delen we het gewoon, zonder er veel over na te denken.