Assisen ‘Duivelskoppel’: “Met dit geweer kan je zelfs geen kleiduif schieten” (wapendeskundige)

Laurens Kindt

Op het assisenproces tegen Jean-Claude Lacote (54) en Hilde Van Acker (57), die terechtstaan voor moord op de Brit Marcus Mitchell (44) in De Haan in 1996, hebben de gerechtsdeskundigen getuigd. Het extra DNA-onderzoek dat eerder deze week bevolen werd, leverde niets op.

Eerst aan beurt was wapendeskundige Antoon Vanden Berghe. “Alles wees op een executie”, vertelde hij. “De eerste schotwonde die ik zag, duidde op een schot dat van dichtbij afgevuurd werd. Idem voor het tweede schot. De impact van die projectielen wijst erop dat het slachtoffer zich in een zittende of half liggende positie moet hebben bevonden toen de schoten werden afgevuurd. De schutter moet links achter het slachtoffer gestaan hebben. De patronen zijn ook snel na elkaar afgevuurd, dat zegt genoeg”, vertelde hij.

Samen met ontmijningsdienst DOVO ging hij op de plaats-delict op zoek naar het vuurwapen en de kogelhulzen. “Maar we hebben niets meer gevonden, ook niet in een ruimere perimeter”, vertelde wapendeskundige Vanden Berghe.

Kleiduifschieten

Later werden de twee kogels wel gevonden. “Aan de hand van wat ik daar vastgesteld heb, moet het om een pistool gegaan zijn en dus geen revolver of karabijn”, stelde de deskundige.

Op vraag van voorzitter Meganck bekeek hij ook de riotgun die Hilde Van Acker ooit cadeau gaf aan Jean-Claude Lacote, om te kleiduifschieten. “Hiermee vliegt de hagel meteen wijd verspreid uit de loop en je moet bij elk schot pompen. Ik ben in 1972 West-Vlaams kampioen kleiduifschieten geweest. Met dit geweer kom je nog het plein niet op”, zei Vanden Berghe. Hij sloot de riotgun ook uit als moordwapen.

Niet wetenschappelijk

Tijdens het onderzoek beweerde een informant van de politie dat hij een wapen met vijftien patronen verkocht aan Jean-Claude Lacote. De man bezorgde ook een zestiende aan de politie, om dat te kunnen vergelijken met de kogels waarmee de moord gepleegd werd. “Die vraag is er nooit gekomen van de onderzoeksrechter en dergelijk onderzoek is trouwens ook niet wetenschappelijk”, verduidelijkte Jan De Kinder, toenmalig hoofd van het Nationaal Instituut voor Criminologie en Criminalistiek.

Toxicoloog Jan Cordonnier (archief Davy Coghe)© Davy Coghe
Toxicoloog Jan Cordonnier (archief Davy Coghe)

Toxicoloog Jan Cordonnier kwam vervolgens toelichting geven bij de sporen die indertijd gevonden waren. Hij werd afgelopen week ook belast met een extra opdracht door voorzitter Bart Meganck, op vraag van de verdediging van Jean-Claude Lacote. Op het lichaam van Marcus Mitchell waren immers nog twee haren gevonden, echter zonder haarwortel. Daardoor konden ze met het DNA-onderzoek van 1996 geen DNA op de haren bepalen. Met de huidige technieken kan dit wel en dus vroeg voorzitter Meganck aan toxicoloog Cordonnier om de haren alsnog te onderzoeken. Ook de zwarte pruik die gevonden werd in het appartement van Lacote en Van Acker in Londen werd opnieuw onderzocht met de nieuwste technieken. Voor een grote doorbraak zorgde het extra onderzoek niet, voor een gênant moment bij advocaat Kris Vincke – raadsman van Hilde Van Acker – wel. Hij had de pruik namelijk eens opgezet toen hij het dossier doornam op de griffie. Meester Vincke had dit eerder ook al verteld aan de jury en er zelfs een foto van getoond.

Geen match

“Op die haren hebben we een mooi profiel kunnen uithalen, maar dat was verschillend van dat van mevrouw Van Acker en meneer Lacote”, zei de deskundige. “Het gevonden DNA-profiel is nog niet vergeleken met de nationale databank. Dat kan snel gebeuren, maar daar heb ik een aparte opdracht voor nodig. Ik kan dat deze namiddag al doen”, klonk het. De voorzitter besliste om dat onderzoek inderdaad te laten uitvoeren. Advocaat Kris Vincke stond recht. “U hebt DNA van een man gevonden op de pruik. Een onbekende man. Zoek niet langer: ik vrees dat hij voor u staat”, zei de advocaat lachend.

Twee kogels

De laatste getuige van deze voormiddag was wetsdokter Hubert Floré. “Uit de lijkschouwing bleek dat er op die persoon twee schoten waren afgevuurd. Eén in de linkeroogkas, van boven naar beneden. Die kogel is 15 centimeter onder de grond teruggevonden. Een ander schot is op een viertal centimeter van het linkeroog afgeschoten, eveneens van boven naar beneden. Die kogel is blijven liggen op de pull van het slachtoffer. We vermoeden dat hij op de rug lag toen er geschoten werd, zoals hij ook gevonden is”, vertelde de wetsdokter. Vragen voor de dokter waren er niet.

Object preview

Tijdens het onderzoek werden ook twee computers van de beschuldigden onderzocht. Enkel een Macintosh was in beperkte mate beveiligd. “Maar dat gebeurde nog op het toestel, de beveiliging was destijds nog niet zo ver gevorderd”, aldus computerdeskundige Luc Troffaes. In de verborgen documenten werden onder andere facturen en contracten aangetroffen. Het ging ook om het grondplan van een woning in Yvoir die Van Acker had aangekocht.

Meester Thibaud Delva, advocaat van de burgerlijke partijen, merkte op dat op één van de toestellen ook Photoshop stond. “Met gebruik van Photoshop was inderdaad een kaartje gemaakt om toegang te krijgen tot een vliegveld in Duitsland”, reageerde Troffaes. Bovendien werd het toestel enkele weken voor de moord gebruikt om valse faxberichten te versturen in een oplichtingszaak.

De zitting lag vrijdagnamiddag een half uur stil omdat de laatste getuige niet kwam opdagen. Uiteindelijk bleek dat de schriftdeskundige al sinds december 2013 overleden is.

Maandagochtend komen de laatste getuigen aan het woord. In de namiddag starten de pleidooien.

Lees hier meer over deze assisenzaak