Koppel ontkent diefstal urne ‘mémé’: “Mag ze een aperitiefje meedrinken?”

De diefstal vond plaats op de begraafplaats van Bellegem. © JD
Redactie KW

C.G. (36) en haar vriend C.V. (42) uit Avelgem blijven in beroep ontkennen dat ze de urne van C.G. haar doopmeter hebben gestolen op de begraafplaats in Bellegem. De urne zou op een barbecue zijn gepresenteerd op een roze badjas naast een glas wijn. “Mag mémé een aperitiefje meedrinken?”

Op 29 april 2020 overleed de 81-jarige meter van C.G. (34). De urne met haar assen werd opgeborgen in een zuil op de begraafplaats van Bellegem. Anderhalf jaar later, op 20 november 2021, bleek die urne echter verdwenen te zijn. Het was de vader van de daderes die de politie attent maakte op de diefstal. Uiteindelijk zou ook haar zoon tegen haar getuigen. “De zoon woont al jaren bij zijn grootouders, maar ging met zijn zus logeren bij de moeder. Ze reden die nacht naar de begraafplaats, waar de kinderen in de auto moesten wachten. De moeder en haar vriend hadden een boormachine mee en keerden twintig minuten later terug met een urne. Die werd tussen de kinderen gezet op de achterbank. ‘Ge zijt nu eindelijk thuis, mémétje’, zou de vrouw toen hebben gezegd. Later zou de urne ook tevoorschijn zijn gekomen tijdens een familiebarbecue. ‘Vindt niemand het erg als mémé een aperitiefje meedrinkt?’, zou C. G. hebben gezegd. Waarna de urne in een roze badjas naar de tafel zou zijn gedragen en er een glas wijn worden naast gezet.

De rechtbank van Kortrijk oordeelde dat de daders van die opmerkelijke diefstal en de grafschennis wel degelijk haar metekind C.G. en diens vriend C.V. uit Avelgem zijn. De vrouw werd veroordeeld tot zes maanden cel en een boete van 800 euro, haar vriend kreeg dezelfde straf, maar de helft met uitstel.

In beroep schreeuwen ze hun onschuld uit. “Waarom die diefstal plegen net die ene nacht als de twee kinderen bij de moeder logeren? En waarom hen meenemen?”, aldus hun advocate Elisabeth Vanpeteghem. Volgens haar is er onvoldoende bewijs. Ook een huiszoeking bij het koppel leverde niks op. Er werden enkel urnes met asse van overleden hondjes gevonden. Maar volgens het openbaar ministerie valt er aan de verklaringen van de getuigen niet te twijfelen en vraagt ze de bevestiging van de straffen uit eerste aanleg. Volgens C.V. leven de getuigen in onmin met hen een gaat het om een geldkwestie. C.G. kwam niet naar het hof wegens ziekte. Uitspraak op 9 oktober. (OSM)

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier