Gunter Lamoot: “Ergens in mijn hoofd is het altijd vakantie”

© Phile Deprez
Bert Vanden Berghe

Met Gunter Lamoot op een podium is het altijd lachen geblazen, maar een feestvarken kan je hem niet bepaald noemen, zeker niet achter gesloten deuren. Zijn uitgesproken humor komt dezer dagen vooral naar voren in korte video’s, maar aan goesting ontbreekt het hem geen seconde. “Je mag niet vergeten dat het ‘maar’ humor is.”

“Het is beter dan in een fabriek werken, hé”, zegt hij met een kwinkslag, als hij de strik op zijn voorhoofd bindt voor de foto. Het is niet helemaal duidelijk of hij grapt, want Gunter Lamoot staat niet bepaald te springen voor de foto’s. Eerlijk, ook niet voor het interview. Hij heeft het niet zo voor woorden, denkt eerder fragmentarisch en in beelden. Dat doet hij dezer dagen voor zijn vaste filmpjesrubriek Showbizz Chantal op Humo.be.

Het is al snel duidelijk dat het niets persoonlijks is. Want alhoewel Gunter op het podium al eens uit de ban springt, zit voor ons aan de keukentafel eerder een introverte loner, die naar eigen zeggen ‘vast niet veel te vertellen heeft’. Ook over feesten. “Voor mij is dat gewoon samen zijn met mensen die je graag hebt. Ik ben ook niet echt een tafelspringer. Alhoewel, dat hangt af van het gezelschap. Als er te veel onbekende mensen bij zijn, dan hou ik me redelijk gedeisd. En een beetje aangeschoten zijn, dat helpt ook wel.” Op het slotgala van de West-Vlaamse Ambassadeur van 2018, op woensdag 28 november, waar Gunter te gast is, zijn ze alvast gewaarschuwd… “Wie er mag winnen? Johnny Turbo. Euh, maar dat gaat moeilijk worden, zeker?”

Je ouders baatten een hotel uit in Oostende. Op feestdagen werkten ze vast door?

“Het hotel was het hele jaar open, behalve enkele weken in november. Ook tijdens de kerstperiode waren we dus inderdaad open. We vierden kerst dan wel samen, in het achterste deel waar we woonden, maar er kon ook altijd iemand binnenkomen om iets te vragen. Ik weet nog dat we op een gegeven moment – ik was toen nog klein – Kerstmis vierden en er een koppel binnenkwam dat het vast wat triestig vond dat we dat met ons vieren vierden. Mijn ouders lieten ze er dan bij zitten uit beleefdheid, en mijn zus verkaste dan maar naar de slaapkamer. Verjaardagsfeestjes waren er ook. Altijd gezellig, maar nooit overdreven of zo, dat was ook niet echt nodig.”

Kan je dat vandaag verdragen, dat er onverwacht volk binnenvalt?

“Euhm, ik heb graag dat ik op voorhand weet wie er komt. Omdat ik me soms – hoe moet ik dat zeggen? – emotioneel moet voorbereiden op bezoek. Dat klinkt zwaarder dan het is, en het hangt ook af van dag tot dag. Ik ben gewoon graag op mijn gemak.”

“James Cooke die danst met een dode labrador, dáár zou ik naar kijken”

“Ik doe sowieso al heel veel dingen alleen. Ik kan mij gemakkelijk bezighouden met filmpjes maken, in mijn bureau, en mij daar een paar dagen opsluiten. Je kan me er niet mee straffen, zeker niet als ik alles in huis heb. Ik heb geen last van fear of missing out, nooit gehad trouwens. Als kind al zat ik het liefst boven in mijn kamertje strips en tekeningen te maken, montages ook, compleet met klank van platen die ik ging halen in de bibliotheek. Ik ben opgegroeid met zicht op zee, maar na een tijdje had ik het wel gezien en hield ik me liever bezig aan mijn bureau.”

Tussen ‘loner’ en eenzaat ligt een fijne grens…

“Goh, ik heb daar niet zoveel last van. Alhoewel. Ik moet af en toe eens naar buiten, om het niet te verleren. Daarom ben ik blij dat ik nog af en toe optreed, dat ik nog wat in de ‘echte wereld’ kan rondlopen.”

Het is al een hele tijd geleden dat je uitpakte met een nieuwe show. Zit het er nog in?

“Ik maak mijn filmpjes en ben gaan rondzeulen bij de zenders met een nieuw programma. Geen idee of dat wat wordt. Uiteindelijk steek je soms veel energie in dingen die achteraf dan niets opleveren. Misschien heb ik mij daar de afgelopen twee, drie jaar iets te veel mee beziggehouden, maar ik kan ook niet anders. Als ik nu nog een show maak, dan is het eerder eentje waarbij ik werk met beelden of zo. En technisch is dat niet simpel.”

Gunter Lamoot:
© Phile Deprez

“De concurrentie is ook groter geworden. Maar natuurlijk zou ik het nog kunnen. Ik heb simpelweg nog niet echt een idee gehad dat ik als kapstok kan gebruiken voor een nieuwe show. Soms maak ik mij daar zorgen in, maar tegelijkertijd heb ik er ook vertrouwen in. Het probleem is ook dat ik niet echt vast te pinnen ben op één iets. Wie naar een Wouter Deprez of Alex Agnew gaat kijken, weet min of meer wat hij kan verwachten. Bij mij is dat ook zo en toch ook niet.”

Heb je indertijd bewust deze stijl van comedy gekozen?

“Ik heb dat niet gekozen, het zijn gewoon altijd dingen geweest die ik grappig vond. Als kind keek ik veel televisie. Ik ben opgegroeid met de Britse televisie, van The Marx Brothers, Fawlty Towers tot zelfs Benny Hill. Als kind was ik ook erg gefascineerd door de tekeningen van Kamagurka, die ik heel erg into your face vond en ook rauw. En dat straalde net een ongelooflijke vrijheid uit.”

Je humor is ook vaak ‘into your face’, maar zelf ben je niet zo. Kan je die knop zomaar omdraaien?

“Ja. Er is diegene die thuis op zijn gemak dwaze filmpjes monteert en de andere op dat podium. Maar dat zie ik dan als mijn werk. Op de een of andere manier vind ik het gemakkelijker om te praten met 500 mensen dan met één iemand. Dat voelt… veiliger aan. Geen idee waarom. Ik heb geen probleem om mij te laten gaan op het podium, maar als ik daar af stap, dan stopt het ook. Au fond zijn dat twee verschillende werelden.”

“Ik heb geen groot publiek, maar wel een trouw publiek, merk ik”

“Maar er zijn er nog in dit vak die zo sociaal gehandicapt zijn, hoor. Het heeft wel iets fascinerends als je er zo bij stilstaat, maar ik zat altijd al zo in elkaar. Is het een soort compensatie? Geen idee. Is mijn humor anders omdat ik meer teruggehouden ben? (haalt zijn schouders op) Ik las net de biografie van Robin Williams. Daaruit bleek ook heel duidelijk dat alles wat hij deed voor de camera of op een podium eigenlijk gewoon maar een façade was.”

Is je absurde comedy ook niet minder voor de hand liggend in een periode waar alles politiek correcter dreigt te worden?

“Goh. (blaast) Ik weet dat alles wel terugkomt. Begin jaren negentig had je Studio Kafka, waarbij de meest absurde en surrealistische humor het nieuwe normaal was. Op vandaag heb je veel stand-uppers die maatschappijkritiek brengen en is dat absurde wat op de achtergrond geraakt. Dat merk ik soms bij de jonge gasten, die het niet altijd meer vatten. Maar alles komt terug. Ik moet gewoon nog een paar jaar wachten en dan ben ik weer God in België.” (grijnst)

Is er nooit een plan B geweest?

“Ik heb nooit zover durven te denken. In een tweedehandsboekenwinkeltje werken, dat is wel iets dat mij zou interesseren. Ik zit graag tussen de boeken, net zoals ik graag rondsnuffel in kringloopwinkels. Ja, ik doe dat als ontspanning. En dan breng ik altijd veel te veel mee, boeken, platen en cd’s, alles waarvan ik denk dat ik het misschien ooit ga kunnen gebruiken.”

Gunter Lamoot:
© Phile Deprez

“Beneden heb ik mijn dvd’s en romans staan, terwijl boven eerder de… vakliteratuur ligt. Ik ben nogal een comedynerd. Ik zit op dat vlak ook met een grote achterstand. Maar ik maak me niet meer druk in het feit dat ik nog niet alles gezien of gelezen heb. In mijn hoofd ben ik nu eerder een verzamelaar. En letterlijk genomen is dat vooral verzamelen van heel veel overbodige informatie, wat wel handig is. Als ik een beeld zoek van iemand die met een wafelijzer gooit, dan weet ik al waar ik het ergens moet zoeken.”

Ik ken niet veel mensen die doen wat jij doet.

“De meesten zitten ook opgesloten in een instelling, denk ik. (lacht) Filmpjes maken heeft een beetje hetzelfde gevoel als de sketches die ik maakte met mijn typetje Véronique voor Comedy Casino. Het is abstract, je kan alles doen en soms is het ook een vuilbak van totale nonsens, zonder dat je daar veel moet aan uitleggen. Creatieve vrijheid zonder meer.”

Met zulke filmpjes heb je niet meteen een rechtstreekse interactie zoals op een podium. Wat gebruik je dan als graadmeter?

“Ik doe simpelweg mijn best. Het doet me plezier als de mensen me een compliment komen geven, maar ik begrijp dat mijn humor ook niet voor iedereen is. Ik heb geen groot publiek, maar wel een trouw publiek, merk ik. Het meest ambetante vind ik dat je jezelf altijd weer opnieuw moet bewijzen, dat je niet kan teren op iets wat je al gedaan hebt. Tenzij je in bepaalde klieken zit. Je weet wel, van die inteeltsituaties, waar je altijd maar weer gevraagd wordt. Ook op dat vlak ben ik altijd een buitenstaander geweest.”

Geen zin om zoals je ‘Bevergem’-collega’s ook aan het schrijven te slaan?

“Ik heb wel een aantal ideeën, ja. Ook voor fictie en dat hoeft niet specifiek iets met humor te maken hebben. Ik ben altijd al een grote fan geweest van series als The Twilight Zone of recent Black Mirror. Van die afzonderlijke verhalen met een twist op het einde, een beetje sciencefiction, wat thriller, beetje griezelachtig.”

“Ik denk niet dat je ooit iets mag maken uit frustratie.”© Phile Deprez

“Ik ben al sinds kind een grote bewonderaar van comedy en de combinatie van horror en sciencefiction. Maar het probleem is dat het snel nogal veel geld kost om te maken. Maar de kern blijft een goed en gemotiveerd idee – zo is het met Bevergem ook gegaan – en dat is er nu nog even niet.”

Als het nooit stilstaat in je hoofd, kan ik mij wel voorstellen dat je soms moe wordt van jezelf.

“Soms gebeurt dat wel, ja. Ik werk meestal heel laat door en dan moet ik nog altijd een halfuurtje voor ik ga slapen wat ontspannen. Hoe? Euhm, nog wat televisie kijken.”

Nog eens?! Je zit toch niet naar verkoopkanalen te kijken?

“Ik heb genoeg dvd’s en Netflix. Het heeft ook niet zozeer te maken met het verstand op nul zetten. Eergisteren nog zag ik een documentaire op BBC over Egon Schiele, een expressionistische schilder uit de periode van Gustav Klimt, eind negentiende eeuw. Ik hoef dus niet zozeer naar Temptation Island te kijken, als het dat is wat je bedoelt. Want ik kan daar niet naar kijken, eerlijk gezegd. Het is zo plat en leeghoofdig dat ik er agressief van zou worden, dus ik probeer zulke dingen te vermijden.”

“Ik moet af en toe eens naar buiten, om het niet te verleren.”© Phile Deprez

“Weet je wat het is, die gasten worden dan opeens helden. Terwijl ze niet meer zijn dan hersenloze orang-oetangs die bezig zijn met hun uiterlijk. Dat ze doen wat ze willen met hun leven, echt waar. Maar ik hoef dat niet te zien. Zoals zoveel zaken. Ik kijk liever naar iets waar ik nog wat uit leer. Programma’s als De Mol zijn waarschijnlijk heel goeie en goed gemaakte televisie, maar ik heb het al gezien. Het leven is ook te kort om het daaraan te hangen.”

Geen guilty pleasures dus?

“Ik kijk het liefst naar zaken waar een ander niet naar kijkt. Docu’s vind ik bijvoorbeeld heel interessant. Soms leer je daar iets uit of krijg je een idee. Maar dat hoeft ook niet. Het is mooi meegenomen, maar het is voor mij vooral ontspanning. Maar al die guiltypleasurekul… het is zelfs niet meer grappig op een ironische manier. (neemt een tv-boekje erbij en bladert erin) Of hier: Dancing with the Stars. Een beetje kijken naar BV’s die aan het dansen zijn, wat is dáár nu in godsnaam interessant aan? Geef mij dan maar Dancing with Dead Dogs. Dan zie je James Cooke eens dansen met een dooie labrador. Dát zou ik nog wel bekijken.”

De klassieke opmerking: misschien moet je vanuit die frustratie ook iets maken of schrijven voor tv?

“Ik denk niet dat je ooit iets mag maken uit frustratie. Je moet het doen omdat je denkt dat het de moeite gaat worden en dat het een zeker verschil kan maken. Maar het moet wel goed zijn. Op dat vlak ben ik wel een perfectionist. (stil) Wat zeg ik hier eigenlijk? De mensen gaan dat lezen en denken: een perfectionist? Die onnozele, grove stront? Ik vind het soms wat ambetant om over te klappen, want het is ook ‘maar’ humor.”

Nog nooit ‘een toek op uw bakkes’ gekregen ook? Ik kan mij voorstellen dat Gella Vandecaveye niet bepaald gecharmeerd is als je zegt dat ze eruitziet als koningin Mathilde met progeria.

“Objectief gezien moet je toegeven dat het klopt, maar het is en blijft een grap. Ik viseer haar ook niet persoonlijk of zo, maar het is altijd wel wat vervelend als je die mensen dan ‘in het echt’ tegenkomt. Maar op dat vlak ben ik een beetje zoals Herman Brusselmans: een grote muil maar met een klein hartje van marsepein. Maar nee, ik heb nog nooit problemen gehad. Als ik daar rekening mee moet houden, dan moet ik niets meer doen.”

En je vrouw, vloekt die nooit dat je eens bij haar in de zetel moet komen zitten?

“Dat is iets…. Euhm, we gaan dat hier afsluiten, dat interview. (grijnst) Ik moet toch nog drie afleveringen van Thuis zien.”

“Het meest aangesproken over ‘Loveboat'”

Vorige week lanceerde Gunter na negen jaar een vervolg op Love Boat, een gedubde versie die een wel heel eigenwijze twist geeft aan bepaalde gebeurtenissen. Het oorspronkelijke YouTube-filmpje haalde bijna 700.000 views. “Als ik over iets word aangesproken, dan is het in 60 tot 70 procent van de gevallen over Love Boat. Er zijn mensen die het al honderd keer bekeken hebben of het naar eigen zeggen elke keer opzetten als ze zich niet goed voelen. Wat mij opvalt is dat het alle soorten van mensen zijn: jonge gasten, presentatoren, hooggeschoolden, veel muzikanten ook. Er zit niet echt een lijn in. Er kruipt wel veel werk in. Als ik iets doe, dan wil ik het tot op de milliseconde doen kloppen. Je hebt mensen die rap content zijn, maar ik ben daar geen van.”

Terug naar Oostende?

“Ik woon in Gent sinds de zomer van 1995. Ik ben hier eerder toevallig beland. Bart (Vanneste ofte Freddy De Vadder, red.) kwam hier wonen en ik woonde toen nog met Piet De Praitere in Brussel. Ik zat in het laatste jaar aan het RITS. Ik sprak vaak af met Bart en Piet, hier in Gent, en ook Kama woonde hier. Uiteindelijk ben ik hier gewoon blijven plakken. Of ik geen zin heb om terug naar de zee te gaan? Ik vind het met ouder worden wel alsmaar aangenamer om er terug te keren, maar ik doe het niet zoveel eigenlijk. Sorry mama en papa! Vaak is het eerder tijdsgebrek of past het alleen in het weekend, maar als je net dan in het centrum van Oostende moet zijn…”

“Ik ben een beetje zoals Herman Brusselmans: een grote muil maar met een klein hartje van marsepein.”© Phile Deprez

Wie is Gunter Lamoot?

Gunter Lamoot (48) is afkomstig van Oostende. Hij is getrouwd en vader van een tienerzoon en -dochter. Het gezin woont in Sint-Amandsberg bij Gent.

Hij breekt door met het Studio Brussel-programma Studio Kafka, samen met Bart Vanneste en Piet De Praitere. Het grote publiek leert hem kennen nadat hij in 2005 Humo’s Comedy Cup wint en daarna zijn eerste succesvolle avondvoorstelling brengt. Hij staat bekend om zijn eigenzinnige, grofgebekte stijl en absurde humor, waarbij hij geen taboe uit de weg gaat.

In 2012 brengt hij op 2BE het humoristische tv-programma Superstaar. Op vandaag maakt hij gelijkaardige filmpjes onder de noemer Showbizz Chantal voor het weekblad Humo. Hij werkt ook aan een nieuw televisieprogramma.

Veertig en vijftig worden…

Je zou het hem niet nageven, maar Gunter is al 48. Heb je een probleem met tram vijf die eraan komt? “We zien wel of het zover komt, hé. Dat is voor mij gewoon een jaar dat erbij komt. En het rare is, wat je vroeger oud vond, is nu weer jong. Maar vijftig, tja, dat is bijna dood, hé.”

En veertig worden, deed dat iets met hem? “Ik denk wel dat ik een probleem zal hebben met negentig worden. Alhoewel, negentig is het nieuwe zestig. Op mijn negentigste zal ik wel denken dat ik een oude zak aan het worden ben, maar eenmaal de 95 voorbij, is het weer uitkijken naar de honderd.”

“Het meest aangesproken over ‘Loveboat'”

Vorige week lanceerde Gunter na negen jaar een vervolg op Love Boat, een gedubde versie die een wel heel eigenwijze twist geeft aan bepaalde gebeurtenissen. Het oorspronkelijke YouTube-filmpje haalde bijna 700.000 views. “Als ik over iets word aangesproken, dan is het in 60 tot 70 procent van de gevallen over Love Boat. Er zijn mensen die het al honderd keer bekeken hebben of het naar eigen zeggen elke keer opzetten als ze zich niet goed voelen. Wat mij opvalt is dat het alle soorten van mensen zijn: jonge gasten, presentatoren, hooggeschoolden, veel muzikanten ook. Er zit niet echt een lijn in. Er kruipt wel veel werk in. Als ik iets doe, dan wil ik het tot op de milliseconde doen kloppen. Je hebt mensen die rap content zijn, maar ik ben daar geen van.”

Terug naar Oostende?

“Ik woon in Gent sinds de zomer van 1995. Ik ben hier eerder toevallig beland. Bart (Vanneste ofte Freddy De Vadder, red.) kwam hier wonen en ik woonde toen nog met Piet De Praitere in Brussel. Ik zat in het laatste jaar aan het RITS. Ik sprak vaak af met Bart en Piet, hier in Gent, en ook Kama woonde hier. Uiteindelijk ben ik hier gewoon blijven plakken. Of ik geen zin heb om terug naar de zee te gaan? Ik vind het met ouder worden wel alsmaar aangenamer om er terug te keren, maar ik doe het niet zoveel eigenlijk. Sorry mama en papa! Vaak is het eerder tijdsgebrek of past het alleen in het weekend, maar als je net dan in het centrum van Oostende moet zijn…”