Brandon Wen, het nieuwe hoofd van de Antwerpse Modeacademie: “Ik hou wel van een portie drama”

© Joris Casaer
Lut Clincke Mode journalist

Zeven jaar geleden schreef hij zich in aan de Antwerpse Modeacademie, nu zet hij er zelf de bakens uit, als opvolger van Walter Van Beirendonck. Met de Amerikaanse modeontwerper en performancekunstenaar Brandon Wen (29) kiest de Modeacademie voor een jong en internationaal profiel, een bruggenbouwer tussen culturen en disciplines.

We spreken af in de Modeacademie. Brandon, gekleed in witte jeansshort, tule hemdje, blazer met geborduurde bloemen en veel kettingen hoeft qua opvallende looks niet onder te doen voor zijn voorganger Walter. Hij straalt de onbevangen vrolijkheid van Alice in Wonderland uit. Hij praat enthousiast, vaak onderbroken door een lachsalvo. Hij heeft duidelijk zin in zijn nieuwe job. “Ja, ik ben heel blij en vereerd met de job, het is een droom die uitkomt. Hier voel ik me thuis, zowel in de Academie als in de stad Antwerpen zelf.”

Hoe ben je in Antwerpen verzeild?

“Ik heb Antwerpen en de Antwerpse Modeacademie leren kennen toen ik net voor mijn laatste jaar middelbaar een summerschool mode volgde in Parijs. We trokken voor één dag naar Antwerpen om er de tentoonstelling Zwart. Meesterlijk zwart in mode en kostuum in het MOMU te bezoeken. Er stond ook werk van de masterstudenten tentoongesteld, het zag er heel fris en fantastisch uit. Die ongebreidelde creativiteit maar ook de sfeer van de stad spraken mij meteen aan. Na die summerschool ben ik teruggekeerd naar mijn geboortestad Los Angeles om er mijn middelbaar af te werken. Het was een heel strenge school en gedisciplineerd als ik was, liep ik mooi tussen de lijntjes.”

“Het jaar daarop ben ik gaan studeren aan de Cornell University in de staat New York. Het was een mooie campus, midden in het groen, buiten de stad. Ik volgde er een brede modeopleiding die meer focuste op stoffenkennis, chemie en management waardoor ze eerder gericht was op de kledingindustrie dan op het loutere creatieve aspect. Toen ik afstudeerde, wist ik nog niet wat ik met mijn diploma wou doen. Die zomer ben ik met mijn moeder naar Europa getrokken om er mijn Spaanse familie te bezoeken en daarna door te reizen naar Parijs in de hoop een job in de mode te vinden. Dat ging minder vlot dan verwacht en mijn ouders raadden mij aan om nog een korte, bijkomende modeopleiding van een of twee jaar in Parijs te volgen. Net op dat moment hadden de toelatingsexamens aan de Antwerpse Modeacademie plaats. Op het gevoel af heb ik mijn kans gewaagd, weliswaar goed voorbereid en gewapend met een mooie portfolio tekeningen. Ik werd toegelaten en besliste om nog vier jaar extra te studeren. Het was mijn beste beslissing ooit om naar Antwerpen te komen.”

© Joris Casaer

Heb je die creativiteit van thuis meegekregen?

“Mijn vader is architect, mijn moeder is accountant. Ik heb altijd veel getekend, wellicht onder invloed van mijn vader. Ik zong ook heel graag, ik was lid van een kinderkoor dat vaak gevraagd werd voor operavoorstellingen. Ik hield van die sfeer, voor mij mag er best wel een portie drama zijn. Die liefde voor performancekunsten heeft er altijd wel ingezeten. Mijn ouders hebben mij altijd de ruimte gegeven om mezelf te ontdekken en hebben mij gesteund in mijn keuzes, het zijn fantastische, heel open-minded mensen. Ik heb een heel gelukkige jeugd gehad, ik ben altijd met heel veel warmte omringd geweest. Veel mensen worden heel ernstig wanneer ze volwassen worden omdat de omstandigheden of gebeurtenissen hen ertoe verplichten. Ik heb die nood nooit gevoeld, ik ben altijd mezelf kunnen zijn en heb mijn dromen kunnen nastreven.”

“Wat je maakt, ben je zelf, je kan het moeilijk loskoppelen”

“Een van mijn sterke punten is mijn aanpassingsvermogen dat wellicht met mijn afkomst te maken heeft. Mijn vader is Chinees, mijn moeder is Spaanse. Ik vind het een rijkdom om een kind te zijn uit een gemengd huwelijk en op die manier twee verschillende culturen mee te krijgen die bovendien heel uitgesproken zijn. Ik heb altijd het beste van beide werelden geproefd, ook letterlijk: ik kan beide culturen ook op culinair vlak goed smaken. Toen ik als kind ooit een actualiteitsprogramma op tv zag rond de problematiek van kinderen uit gemengde huwelijken, begreep ik niet waarover ze het hadden. Ik heb dit nooit als een probleem ervaren, wel integendeel. Feit is dat je nergens en overal thuishoort, wat maakt dat je je overal snel aanpast. Ik leg vlot contacten en sta voor alles open, wat zowel privé als professioneel een troef is.”

© Joris Casaer

Wat heeft de Antwerpse Modeacademie jou bijgebracht?

“Toen ik hier kwam studeren, wist ik niet waar het mij zou leiden: werken in een modehuis, een eigen collectie opstarten… ik had geen concreet plan, maar wel veel ambitie. Ik vertrouwde erop dat de opleiding mij in een zekere richting zou sturen. Ze heeft een grote invloed gehad op mij. Ik heb er leren werken vanuit een soort zoektocht naar mezelf, het creatieve denken wordt enorm gestimuleerd. De opleiding is heel artistiek georiënteerd, in tegenstelling tot vele andere modescholen. Het heeft mij ook doen inzien dat er veel meer is dan het puur rationele.”

“Ook je buikgevoel kan je ergens leiden. Vroeger had ik een strakke manier van denken, nu ben ik veel opener geworden. Veel heeft ook te maken met de manier waarop gedoceerd wordt. Als student aan de Antwerpse Modeacademie word je verondersteld om een eigen mening te hebben, er is veel interactie tussen student en docent. Onze docenten doen veel meer dan kennis overbrengen, hun emotionele intelligentie is heel belangrijk, net omdat het creatieve proces gepaard gaat met emoties. Het is een zware, arbeidsintensieve opleiding die ook een intense creativiteit vergt. Als student krijg je constant een spiegel voor je: wat je maakt, ben je zelf, je kan het moeilijk loskoppelen. Als er kritiek komt op je werk, kan dat heel hard aankomen. Het vergt een zekere maturiteit om dat te kunnen plaatsen.”

“De eerste twee jaar van mijn opleiding hebben voor een solide basis gezorgd. In het derde jaar, onder Walter, kregen we veel ruimte en vrijheid, terwijl hij toch superviseerde. Hij deelde ook graag zijn kennis en ervaring. Ik herinner mij zijn tentoonstelling Powermask in Rotterdam toen ik in mijn derde jaar zat. We konden het hele proces volgen, van zijn eerste schetsen tot de expo zelf. Dat biedt inzichten. Door iemand iets te zien doen, neem je die kennis gemakkelijker over.”

Een poëtische creatie uit de mastercollectie van Brandon Wen uit 2019.
Een poëtische creatie uit de mastercollectie van Brandon Wen uit 2019. © Dirk Alexander

In welke mate is de job van modeontwerper de laatste jaren veranderd?

“Binnen de meeste modehuizen zien we dat de job van creatief directeur sterk geëvolueerd is van zuivere ontwerper naar curator. Cureren houdt in dat bestaande zaken verzameld en herschikt worden op een manier die nieuw en fris aanvoelt, maar die op zich weinig vernieuwing toevoegt.”

“Ik zie een modeshow als een viering van je werk als ontwerper”

“Ikzelf heb het meer begrepen op de zuivere creatie, op dingen maken met mijn handen en zelf research doen. Ik vind het de taak van de ontwerper om nieuwe zaken te creëren, om te experimenteren, om dieper te graven. Dat leidt tot heel persoonlijke ontwerpen met diepgang. Dat is ook de manier waarop we onze studenten leren werken.”

Droom je zelf nog van een eigen collectie?

“Voorlopig zal ik mij voor de volle honderd procent focussen op mijn job als artistiek directeur. Maar in mijn vrije tijd blijf ik ontwerpen voor mezelf, meer zoals een schilder of beeldhouwer werkt, als deel van een heel intimistisch creatieproces, zonder enige druk van buitenaf. Ik zie het ook als een soort incubator, waar veel ideeën rijpen. Mocht ik ooit een collectie op de markt brengen, zou het eerder een eigentijdse haute-couturecollectie zijn, waarbij de kleren tot leven komen in een artistieke context. Ik zie een modeshow als een viering van je werk als ontwerper, het is het moment waarop alle stukken van de puzzel in elkaar vallen en je je werk op de wereld loslaat. Dat is een element dat nooit mag verdwijnen in het modesysteem.”

© Joris Casaer

Wat wil je veranderen aan de huidige modeopleiding?

“In eerste instantie wil ik het werk van mijn voorganger voortzetten. De opleiding aan de Antwerpse Modeacademie is uniek in haar genre en slaagt er als geen ander in om de creativiteit te cultiveren en ontwerpers voort te brengen met een heel eigen visie en een authentieke stijl.”

“Je leert in deze Academie anders te denken, vanuit je eigen persoonlijkheid. Het programma is op zich heel solide en moet dus behouden blijven. Wat ik wel wil toevoegen is meer openheid naar wat mode kan zijn. Er zijn zoveel verschillende mogelijkheden en jobs om creatief te zijn binnen de modewereld. Creativiteit is meer dan collecties ontwerpen, het gaat onder meer ook om de manier waarop je duurzame oplossingen bedenkt. Eenmaal studenten de Academie verlaten, moeten ze hun eigen creatieve wereld kunnen neerzetten en loskomen uit de bubbel waarin ze jaren gezeten hebben. Tijdens workshops zouden we de studenten kennis kunnen laten maken met al die verschillende disciplines en facetten. In die zin wil ik de mooie erfenis van de Academie vrijwaren door ze toekomstproof te maken.”


Wie is Brandon Wen?

– Geboren in Los Angeles in 1993.

– Studeerde aan de Cornell University in New York en vervolgens aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen.

– Werkte in Parijs voor onder meer Rick Owens, Michèle Lamy en Maison Lemarié/Chanel.

– Was als organisator en lesgever verbonden aan de International Arts of Fashion Foundation.


Tips van Brandon

– What Artists Wear van Charlie Porter. “Dit boek gaat over de kracht van kleren en hoe de manier waarop je je kleedt deel uitmaakt van jouw artistieke expressie en van jouw reactie op de wereld. Ik herken mij er helemaal in!”

– Turning Red van Domee Shi. “Ik hou van familieverhalen en verhalen over moeders. Deze animatiefilm gaat over een Chinees-Canadees tienermeisje en hoe het voelt om een weirdo te zijn.”

– Nathy Peluso. “Ze brengt leuke muziek en haar optredens zitten vol humor en spontaniteit, helemaal mijn ding!”

– Jack Davey & Laila Gohar. Laila is een chef die food verheft tot kunst, ik hou van haar fijngevoeligheid en stijl. Jack is een vriend die ook op de Academie zat. Ik bewonder zijn werk en zijn parcours. Nu werkt hij in Londen als kunstenaar.”


Internationaal met een West-Vlaams accent

De wereldvermaarde Antwerpse Modeacademie heeft al veel grote namen voortgebracht. Sommige ontwerpers zijn intussen zo bekend dat je zou vergeten dat ze uit West-Vlaanderen komen. Te beginnen met Ann

Demeulemeester, afkomstig uit Waregem, een van de Antwerpse Zes, die de Belgische mode op de wereldkaart gezet hebben. Of de Bruggeling Glenn Martens, ontwerper van Y/Project, creatief directeur van Diesel en gastontwerper van de haute-couturecollectie van Jean Paul Gaultier. Glenn werkt vaak samen met Stephanie D’heygere, de Kortrijkse accessoireontwerpster en oud-studente van de Antwerpse Modeacademie die al jaren succesvol aan de weg timmert in Parijs en stilaan de wereld verovert met haar eigenzinnige creaties.