Binnenkijken in een atelier: “Zeilboten maken geeft meer rust dan op zee zijn”

"Er hangt geen bel en je kan niet zomaar binnen. Het liefst ben ik gerust gelaten." (Foto Pieter Clicteur)
Bert Vanden Berghe

De komende weken gaan we op zoek naar plekjes die rust en

inspiratie bieden in ons kot. Bij Ronny De Gruyter uit Oostende

is dat een voormalig stalhuis, waar hij zijn eigen zeilboten maakt. Hij

noemt ze naar Bertha, zijn chagrijnige grootmoeder.

“Het heeft een vreemd effect, zo’n zeilboot. Kinderen, geen kinderen. Zeilers, geen zeilers. Iedereen heeft die meteen gezien”, weet Ronny. Je kan er ook niet naast kijken. De afgewerkte boot is een pareltje dat uitblinkt in sierlijkheid en eenvoud. Al neemt hij aardig wat plaats in beslag in de ruimte die werd omgebouwd tot een volwaardige hobbyruimte. Al is de term atelier meer op zijn plaats. Overal staat handgereedschap met daartussen restjes hout. Ronny zit er doorgaans zo goed als elke dag. De garagepoort dicht, want hij heeft geen behoefte aan smalltalk van passanten. Het liefst is hij gerust gelaten. Laat hij zijn handen spreken. En het hout.

In een ver verleden had hij al een klein atelier, maar toen hij verhuisde werd de benedenverdieping van zijn nieuwe woning alsmaar meer ingenomen door zijn materiaal, tot hij 16 jaar geleden dit onderkomen zocht en vond. Zeilboten bouwen is een uit de hand gelopen hobby. “Drie jaar geleden ging het bedrijf waar ik werkte – ik was verpakkingsverantwoordelijke voor een voedingsbedrijf – over de kop en moest ik op zoek naar iets nieuws. Op mijn leeftijd liggen de kansen niet voor het grijpen. Ik heb een eindje gezocht, maar besloot toen iets te doen wat ik graag doe.” Ronny wil nu kleine zeilboten maken en verkopen. De eerste is klaar. “Momenteel staat hij wat in de weg, en ik ben al bezig met de voorbereidingen voor een tweede. Je kan dit soort boten ook niet zomaar stapelen.”

“Ik had nog nooit gezeild, maar wel al een boot gemaakt.” (Foto Pieter Clicteur)

Half jaar werk

Voor zijn bedrijf heeft hij naar eigen zeggen al de perfecte naam, dezelfde als van zijn eerste boot: Bertha. “Ik las op een gegeven moment een artikel met een foto van een gelijkaardige boot. In het onderschrift stond: ‘She sails like a witch’. Dat vond ik goed gevonden.” Hij had ook zelf een euh… eigenzinnige dame gekend, grapt hij: zijn grootmoeder Bertha. “Ze was onverzettelijk stroef in de omgang.”

Ronny leerde het zeilen kennen door een vriend uit Nederland. “Maar zelf had ik nog nooit gezeild. Mijn eerste boot was al klaar nog voor ik er voor het eerst mee opuit trok.” Vandaag zeilt Ronny een paar keer per jaar. Dan neemt hij met een groep vrienden deel aan wedstrijden in Engeland. En het tweejaarlijkse festival ‘La Semaine du Golfe du Morbihan’ in Frankrijk is ook een vaste afspraak. Daar hoopt hij toekomstige klanten te vinden voor zijn boten. Hij mikt op de vroeggepensioneerden. “En de zeiler die doorheeft dat hij met een grote boot al snel op zijn beperkingen stuit. Daarmee kan je vanuit Oostende naar Blankenberge varen, Nieuwpoort of misschien eens naar Duinkerke. Maar dat is het ook. Met zo’n kleiner model kan je overal naartoe. Kopers vinden is niet zo makkelijk, ook niet op zo’n zeilfestival. Veel mensen daar maken zelf hun boot of knappen een tweedehandse boot op. In werkuren ben ik aan zo’n boot een viertal maanden bezig. In realiteit is dat snel een half jaar. Toen ik mijn eerste maakte zat ik ook nog in de verbouwingen.”

Eigen bandje

In de ruimte hangt ook een klein kinderbootje. “Heb ik ooit gekocht toen mijn zoon interesse leek te hebben voor het zeilen. Maar na één keer was het enthousiasme al over. Mijn dochter heeft nog een zeilkamp gevolgd, maar zij is eerder theoretisch ingesteld, terwijl er bij zeilen ook veel gevoel komt kijken. Laat ons zeggen dat mijn kinderen allebei de liefde voor boten hebben, maar niet voor het zeilen.”

Er is overigens nog een bovenverdieping. “Die dient vooral om rommel te stapelen die eigenlijk dringend naar het containerpark moet. Maar het is ook de repetitieruimte voor het bandje waar ik in zit, met enkele vrienden: Les Struistulpjes. Doorgaans repeteren we om de veertien dagen. Optreden? We zijn zo fatsoenlijk om daar niemand mee lastig te vallen.” (lacht)

“Aan zo’n boot werk je vier maanden. In de praktijk is dat al snel een half jaar.” (Foto Pieter Clicteur)

In zijn atelier speelt wel muziek. “Ik hou ervan om lang vergeten cd’s opnieuw te ontdekken”, aldus Ronny. Of hij nog een droomboot in gedachten heeft, vragen we als afsluiter. “Ja, maar ik denk niet dat het ooit zover komt. Een Beetle Cat, om op zee te varen. Alleen zit ik niet graag op zee. Na een paar uur zie je geen land meer, alleen maar horizon en water. Dan heb ik het al gehad, omdat er niks te doen is. Geef mij dan maar mijn atelier, hier is altijd wel iets te doen.”

Woon-ID

Ronny De Gruyter (57) uit Oostende is getrouwd met Marijke en vader van Robbe en An.

Hij is industrieel ontwerper en werkte tot voor drie jaar voor een voedingsbedrijf als verpakkingsverantwoordelijke. Ronny heeft ook een achtergrond in grafisch ontwerp. Vandaag probeert hij zijn eigen bedrijfje van de grond te krijgen en wil hij zeilboten verkopen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier