Nog steeds buitenbeentje onder de internationale veldritten! Donderdag 16 oktober viert de Kermiscross Ardooie zijn dertigste verjaardag. Het blijft een losse veldrit die door een schare vrijwilligers in elkaar wordt gebokst.
“Dit werkt al dertig jaar, dat moeten we niet veranderen”, benadrukt de 35-jarige Mathieu Demuynck, binnen het organisatiecomité verantwoordelijk voor het parcours. “We blijven een losse cross, deels een bewuste keuze. Zo kunnen we zelf kiezen, zonder verantwoording te moeten afleggen tegenover een overkoepelende organisatie. Steeds op een donderdag, een vreemde eend in de bijt.”
De Kermiscross is ook al dertig jaar deels een familiezaak. “Mijn oom Patrick, elf jaar geleden gestorven, was de vroegere voorzitter”, verduidelijkt Mathieu Demuynck. “Mijn pa Rik was vijftien jaar verantwoordelijk voor het parcours. Dat doe ik intussen ook al tien jaar. Eens uit mijn wieg was ik erbij. Met Lisa Vandenberghe en Evelien Demuynck zitten twee nichtjes in het bestuur. We hebben een bijzondere band met de organisatie. Het is voor een stukje een familieaangelegenheid.”
Privégronden
Mathieus vader Rik helpt nog altijd bij de opbouw van het parcours. “Onze ploeg parcoursbouwers bestaat vooral uit zestigplussers”, gaat Demuynck verder. “Tijdens de week kunnen zij makkelijk afspreken. Bij goed weer verzamelen ze rond 8.30 uur aan ons materiaalkot en zijn ze een hele dag in de weer. In twee dagen stonden alle paaltjes rechtop.”
De omloop van de Kermiscross – 3.050 meter lang – gaat deels over private eigendommen. Dat betekent dat er weinig kunstmatige hindernissen kunnen worden opgetrokken. Ardooie doet het met drie heuvels en een balkenpartij.
Ingrijpende wijziging
“Ieder jaar gaan we bij de eigenaars langs om te vragen of we hun terrein voor onze cross mogen gebruiken”, verduidelijkt Mathieu Demuynck. “We worden altijd goed gediend, ze zijn allemaal crossminded. Iedereen zegt dat we die vraag eigenlijk niet moeten komen stellen, dat het in orde is. Wij nodigen de eigenaars die hun grond ter beschikking stellen de middag van de cross uit in onze viptent.”
In vergelijking met vorig jaar – Michael Vanthourenhout won en het dérailleurincident tussen Eli Iserbyt en Ryan Kamp enkele dagen eerder in Beringen was hét gespreksonderwerp – ondergaat het parcours een ingrijpende wijziging. “Vroeger draaiden we in de Stationsstraat tussen de huizen de Waterbek in”, verduidelijkt Demuynck. “Door andere omstandigheden kunnen we daar niet meer passeren. Zoals vroeger draaien we de Berlingmolenstraat in. En doen we eerst de volledige buitentoer van het waterbufferbekken.”
“Omdat we over private gronden gaan is het niet mogelijk om een brug te bouwen of een zandbak aan te leggen”
“Rond de vijver is een extra lus voorzien”, gaat de parcoursverantwoordelijke verder. “Op het einde komen we niet meer in de Berlingmolenstraat. Via de achterzijde van Voederswinkel Berlingmolen steken we, zoals veel vroeger, de beek over. Daar komen we op het terrein waar de viptent staat en waar de crossers over balkjes moeten. Zo keren we terug naar de Stationsstraat.”
Waar start en aankomst liggen. De hindernissen op dit parcours blijven beperkt tot drie heuveltjes en balkjes. “Omdat we over private gronden gaan is het niet mogelijk om een brug te bouwen of een zandbak aan te leggen”, verduidelijkt Mathieu Demuynck. “De voorbereiding van de Kermiscross neemt veel meer tijd in beslag dan de afbraak. Vrijdagavond, daags na de wedstrijd, is alles opgeruimd. Want de Waterbek is publiek toegankelijk.”
Veel partners
De bouw van een omloop – vermoedelijk wordt het donderdag een droge en snelle cross – die door de deelnemers wordt gesmaakt, is één deel van het werk. Centen verzamelen om crossers met naam en faam naar Ardooie te lokken, is een ander onderdeel. Ook dat doet de vzw Veldritcomité Ardooie zonder steun van grote spelers als Golazo of Flanders Classics. En zonder tv-gelden van een rechtstreekse uitzending.
“Donderdagmiddag hebben we meer dan zevenhonderd vips”, somt Mathieu Demuynck de geldschieters op. “We hebben heel veel sponsors die een duit in het zakje doen. De gemeente Ardooie doet, organisatorisch én financieel, altijd een grote inspanning. Krijgen wij zelf op de omloop iets niet gerealiseerd, mogen we op de gemeentelijke technische dienst een beroep doen.”
