Stefaan Vermeersch (53) won drie keer de Kattekoers, een gereputeerde klassieker voor elite zonder contract die intussen omgevormd werd tot de belofteversie van Gent-Wevelgem. Gianni Vermeersch (28) is prof bij Alpecin-Fenix en verschijnt zondag voor de derde keer aan de start van dé West-Vlaamse klassieker bij uitstek. Wij brachten vader en zoon samen voor een dubbelinterview. “Als je ziet wat Gianni de voorbije weken heeft gepresteerd, stellen mijn prestaties van vroeger niet veel meer voor.”
Een dinsdagochtend ten huize Vermeersch in Klerken. Altijd opnieuw rakelen we de herinneringen op aan de Kattekoers van 2001, toen Stefaan Vermeersch op de Kemmelberg voorop reed met de jonge Tom Boonen, op dat moment een 20-jarige belofte bij de Kortrijkse Groeningespurters. Stefaan blaast eens. “Als je ziet wat Gianni de voorbije weken deed en tussen welke renners hij zat, stelt dat niet veel meer voor. Het enige vraagteken waarmee ik zit, is wat ik als prof waard geweest zou zijn. Die kans heb ik nooit gekregen.”
Zoon Gianni knikt. “Ik schat mijn pa toch hoog in, hoor. Ik heb zijn laatste jaren bewust meegemaakt. Negen op de tien keer won hij, bij wijze van spreken. Toen vond ik dat evident, maar nu ik zelf koers, besef ik maar al te goed dat dit niet zo is. Maar het is moeilijk om te zeggen wat hij had kunnen presteren. Ik heb de luxe dat ik met Mathieu van der Poel een uitzonderlijk goede kopman heb en soms eens mijn eigen kans mag gaan. Die combinatie zou voor mijn pa ook ideaal geweest zijn. Ik denk dat hij hetzelfde type renner als ik was.”
Stefaan glimlacht. “Ik was een renner die zich een maand tot anderhalve maand enorm kon opladen. Ik wilde Gent-Staden winnen en ben daarin geslaagd. Ik wilde de Kattekoers winnen en ook dat is me gelukt. Hetzelfde met de interclub in Moorsele, de Memorial Danny Jonckheere in Oudenburg en de Internatie in Reningelst. Ik kon goed pieken en dat is een voordeel.”
Zondag is er een nieuwe Gent-Wevelgem. Een speciale koers voor jullie. Vanwaar die opmerkelijke band?
Stefaan : “Het was mijn trainingsparcours. Overal had ik herkenningspunten. Dat is in koers een enorme meerwaarde.”
Gianni : “Daarom heb ik me twee jaar geleden bij mijn eerste deelname na 50 kilometer laten verrassen, zeker? (grijnst) Kijk, in 2019 is er voor mij veel veranderd toen de ploeg met de vraag kwam om de voorjaarsklassiekers te rijden. Men vroeg mij welke koers ik zeker wilde rijden. Gent-Wevelgem natuurlijk. De koers die door mijn eigen streek passeert. Mijn eerste WorldTourkoers ooit.”
Met succes, want zowel in 2019 als vorig seizoen liet je je tot diep in de finale opmerken. Vorig jaar had er zonder die valpartij zelfs een heel mooie uitslag ingezeten. Je hebt nochtans jarenlang op je carrière als crosser gefocust. Sinds wanneer weten jullie dat er ook een toekomst op de weg mogelijk was?
Stefaan : “Al vanaf de eerste minuut, toen hij zijn eerste wedstrijdjes in het Criterium van de Westhoek reed. Michel Pollentier zei: je zoon is een wegrenner . Ik antwoordde: Michel, hij wil crossen . Waarop hij dan afsloot: oké, ik zal er nooit meer over beginnen. Na de Strade van enkele weken geleden stuurde Michel me een berichtje: niet slecht voor een crossertje, hé. Met zijn typische manier van humor. Hans De Clercq heeft het ook al lang geleden gezegd en achteraf bekeken heeft Gianni misschien wel enkele jaren als wegrenner verloren. De huidige planning, met tien tot twaalf crossen per winter en meteen erna het voorjaar, dat had al eerder een optie kunnen zijn.”
Gianni : “Het was een moeilijke situatie. Ik croste gewoon heel graag. Als tweedejaarsbelofte stond ik in de Wereldbekercross van Hoogerheide op het podium tussen Wietse Bosmans en Julian Alaphilippe. Wat moet je dan doen? Ik kon op de weg misschien prof worden bij Topsport Vlaanderen, maar daar zou ik aan het minimumloon gereden hebben, terwijl ik als veldrijder een heel mooie cent kon verdienen.”
Stefaan : “Bij Topsport mocht je ook niet crossen. Als Gianni dat wel had gekund, zou hij misschien wel toegehapt hebben.”
Gianni : “Maar het is de realiteit dat ik als crosser nooit echt een winnaar ben geweest. Als je dan het gemak bekijkt waarmee ik met een heel beperkt programma koersen op de weg kon winnen, kan je wel stellen dat ik meer wegrenner dan crosser ben.”
Adrie van der Poel zei onlangs: “Ik wist al langer dat Gianni een goeie wegcoureur was. Als belofte heb ik hem in een bergrit in de Thüringen-Rundfahrt straffe dingen zien doen.”
Gianni : “Dat herinner ik me nog heel goed, want Adrie was toen onze ploegleider. Een aangename ervaring. Ik reed toen altijd zonder handschoentjes. Adrie vond dat niet kunnen. Onlangs na de Strade Bianche kwam ik hem tegen. Mijn handen lagen open door die valpartij, waarop hij met een lachje zei: rijd je nu nog altijd zonder handschoenen ? Die Thüringen-Rundfahrt werd gewonnen door Rohan Dennis. In de eerste rit werd ik meteen vierde na Danny van Poppel, Moreno Hofland en Nikias Arndt. Alexey Lutsenko eindigde als vijfde. Allemaal coureurs die vrij snel doorgebroken zijn. Toen wist ik: het is zo slecht nog niet wat ik doe.”
Stefaan : “Adrie zegt altijd waar het op staat. Het mag nog de koning zijn die voor hem staat. Bij hem is het zwart of wit. Altijd zal hij zeggen wat hij ervan vindt. Je steekt veel van hem op, vind ik.”
Stefaan, ben jij verrast door de recente prestaties van Gianni?
Stefaan : “Ik niet. Ik weet intussen dat hij dit kan. In de Strade Bianche van vorig jaar had hij zonder pech ook al veel dichter kunnen eindigen.”
Gianni : “Ik ben wel verrast. Als er één koers is die me ligt, is het wel de Strade. Voor mij was Milaan-Sanremo een nog grotere verrassing. Op tv is dat niet correct verteld. Het was niet ik die Mathieu op de Poggio nog heb geholpen. Ik zat aan de voet pas in 80ste positie en ben nog als 24ste geëindigd. Er had dus misschien zelfs wat meer ingezeten. Het was ook de eerste keer in mijn leven dat ik 300 kilometer reed.”
Stefaan : “Ik heb het al duizend keer gezegd: je hebt coureurs die goed zijn tot 200 kilometer en je hebt er die beter worden naarmate de afstand langer wordt. Wijlen Wouter Weylandt was bijvoorbeeld een heel goeie coureur tot 200 kilometer. Gianni verbetert als het langer duurt. Maar daar kan je niet op trainen. Je hebt dat of je hebt dat niet.”
Vandaag is er de E3 in Harelbeke, zondag Gent-Wevelgem. Met welke ambities gaat Gianni Vermeersch van start?
Stefaan : “In de E3 zal het sowieso voor Mathieu zijn.”
Gianni : “Het wordt een ontdekking voor mij. Ik heb die koers nog nooit gereden.”
Stefaan : “Veel nieuwe wegeltjes. Hellingen die hij niet zo goed kent. We zullen zien. Maar zondag moet hij op zijn ervaring als streekrenner proberen te teren.”
Van der Poel start zondag niet, maar Tim Merlier wel. En hij heeft de voorbije weken al meerdere keren bewezen dat hij heel goed en vooral heel snel is.
Gianni : “Het is een beetje zoals met Mathieu: als Tim start in een koers, weet je dat de kans reëel is dat je als ploeg die dag kan winnen. Veel zal afhangen van het koersverloop. Vorig jaar waren Mathieu en ik erbij in de finale van Gent-Wevelgem. Na afloop zei de ploegleiding dat ik zonder die val misschien wel mijn kans had gekregen. Iedereen keek naar Mathieu. Wie weet had ik daarvan kunnen profiteren. We zullen het nooit weten, maar dat was echt een gemiste kans.”
Stefaan : “Hoeveel koersen heeft Deceuninck-Quick-Step al niet gewonnen door op verschillende pionnen te mikken?
Het zal voor de concurrentie nodig zijn om Van Aert en Van der Poel te verslaan. Het grappige aan de huidige situatie is dat jij al van bij de jeugd met en tegen hen moet koersen.
Gianni : “Dat is het, hé. Ik rijd al tien jaar zo rond. Wout is als renner gegroeid en pas als eerstejaarsbelofte echt doorgebroken als crosser. Mathieu is al van jongs af ongeslagen. Ik schrik er niet meer van als ze weer een straffe stoot uithalen die zowaar nog straffer is dan de vorige straffe stoot. Ik heb het gewoon nog nooit anders geweten.”
Stefaan : “Bij ons thuis hangt er een foto van de Wereldbekercross in Tabor bij de beloften. Mathieu won voor Gianni en Wout. Of denk maar aan dat Europees kampioenschap in Mlada Boleslav, waar Michael Vanthourenhout won en Gianni als Belg de ambetanterik moest uithangen in het wiel van Mathieu.”
Gianni : “Of die keer in Hoogerheide. Mijn voorlopig enige podiumplaats als prof in een Wereldbeker, na Wout en Mathieu.”
Stefaan : (glimlacht) “Zoals we vaststellen: wat Gianni nu doet, is niet zomaar van gisteren op vandaag uit de lucht komen vallen.”
Hoe ziet de planning voor de komende weken eruit?
Gianni : “Normaal wordt de Ronde van Vlaanderen mijn laatste klassieker. Ik rijd erna ook nog Parijs-Camembert. Maar het is sowieso de bedoeling om in mei de Giro te rijden. Het volgende doel waar ik naartoe wil werken. Ik ben op een leeftijd gekomen dat ik een grote ronde moet rijden om nog een stap te zetten. Die stap wil ik dit jaar zetten.”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier